Het betoog

1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo gLeerjaar 3

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 2 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Vragen
Waar gaat het filmpje over?
Wat vind je hiervan: ben je voor of tegen?
Waarom?--> argumenten

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Doelen
Aan het einde van de lessen:
  • Weet je wat een betoog is en hoe een betoog is opgebouwd. 
  • Kun je aangeven wat een goede speech is.
  • Kun je een kort betoog schrijven en presenteren.

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Warming up: twee vragen!

Log in op LessonUp

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is een betoog?
A
Een tekst met informatie
B
Een tekst waarin je mensen amuseert
C
Een tekst met een mening
D
Een tekst waarin je mensen iets wilt laten doen.

Slide 6 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

In een inleiding van een betoog staat:
A
de stelling
B
de korte mening van de schrijver
C
al de argumenten van de schrijver
D
een originele beginzin en al de argumenten.

Slide 7 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Opdracht 
  • Ga naar blz 108 van In gesprek
  • Luister naar audiotekst 15 [track 22] --> files Managebac
  • Maak opdracht A-B
  • Zoek moeilijke woorden op!
  • Lees de theorie op blz 112 & 113

Slide 8 - Tekstslide

Eventueel moeilijke woorden eerst bespreken: zie lesvoorbereiding term 2
betoog

Slide 9 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Uitleg betoog
  • Doel (goal): iemand overtuigen(to convince) van jouw mening (opinion)
  • Dat doe je met argumenten: feiten en/of meningen. 
  • Onderbouw je argumenten door uitleg of voorbeelden te geven (support your arguments by giving explanations or examples).

Slide 10 - Tekstslide

Filmpje doodstraf: Ik vind dat de doodstraf in Texas afgeschaft moet worden.
Argument 1: als er een fout wordt gemaakt, kan dit niet teruggedraaid worden.
Argument 2: levenslang in de gevangenis zitten is een zwaardere staf.
Uitleg of voorbeeld: mensen met een donkere huidskleur krijgen vaak eerder de doodstraf. Dit is niet altijd terecht--> discriminatie.
4,1 % van de mensen in de Amerikaanse dodencel is onschuldig.
Opbouw betoog

blz 112 & 113
  • Inleiding (introduction) : hier noem je het onderwerp en geef je je mening.
  • Kern (paragraph): hier geef je argumenten bij de mening:                                                geef uitleg of voorbeelden. 
  • Slot: conclusie:

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Voorbeeld betoog
Inleiding:  Ik vind het goed dat we dit jaar geen vuurwerk mogen afsteken.
Kern: Vuurwerk is slecht voor het milieu. Bij het afsteken wordt de lucht vervuild en op de grond liggen overal vuurwerkresten (remains of fireworks).
Slot: Doordat vuurwerk slecht voor het milieu is, ben ik van mening dat het goed is dat we dit jaar geen vuurwerk mogen afsteken.

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Voorbeeld betoog
Mening: Ik vind het goed dat we dit jaar geen vuurwerk mogen afsteken.
Argument 1: Vuurwerk is slecht voor het milieu. 
Onderbouwing argument 1: Bij het afsteken wordt de lucht vervuild en op de  grond liggen overal vuurwerkresten.
Argument 2: ..... 
Onderbouwing argument 2: ....

Slide 13 - Tekstslide

Maak opdracht A en B blz 108 t/m 113 af.
Lees de theorie op blz 112 en 113.
Denk alvast na over het onderwerp van je betoog.

Slide 14 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 15 - Video

beginnen bij 1.10 - tot 4.10

twee speeches
Welke speech vind je beter?
Waarom?
Wat maakt een speech goed?

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Ik hou van New York,
het is groot en er zijn veel wolkenkrabbers.
(feit)

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Mobieltjes moeten tijdens de les verboden worden, leerlingen kunnen er niks nuttigs mee doen.
A
Mobieltjes moeten tijdens de les verboden worden--> argument
B
Mobieltjes moeten tijdens de les verboden worden-->standpunt

Slide 18 - Quizvraag

Wat is het argument?
Ik ga niet mee naar Parijs, want Parijs is groot en dichtbevolkt.
A
want Parijs is groot en dichtbevolkt -- >feit
B
want Parijs is groot en dichtbevolkt --> mening

Slide 19 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Ik ga graag mee naar Parijs, want in Parijs heb je de mooiste musea!
A
want in Parijs heb je de mooiste musea!--> feit
B
want in Parijs heb je de mooiste musea!--> mening

Slide 20 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

huiswerk bespreken
In gesprek blz 108 t/m 113 bespreken--> opdracht A & B




Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

opdracht betoog
  1. Kies een onderwerp 
  2. Bedenk samen een stelling
  3. Bedenk 3 argumenten
  4. Bedenk ook een tegenargument en ontkracht het tegenargument (zie blz 112)
  5. Bedenk tot slot een conclusie
  6. Maak aantekeningen
  7. Houd een betoog over het gekozen onderwerp

Slide 22 - Tekstslide

kopieren blz 114: 1 tweetal beoordeelt een ander tweetal.
Kijk bij opdracht C of D in je boek, verzin zelf een onderwerp of kijk op de site: (https://www.schooldebatteren.nl/stellingen/)