Les 1: Introductie Romeinen + §4.1 Van stad tot wereldrijk

H1c
1 / 30
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

In deze les zitten 30 slides, met interactieve quiz en tekstslides.

Onderdelen in deze les

H1c

Slide 1 - Tekstslide

Tijd: 7 min
Handeling: De docent verwelkomt de leerlingen bij de deur en geeft aan dat ze hun mobiel in de telefoontas moeten doen. Daarna mogen de leerlingen in het lokaal gaan zitten. 
Verantwoording: 
Peter Teitler,  lessen in orde
Voorspelbaarheid in aandacht: Eerste stap in voorspelbaarheid in aandacht geven binnen mijn lessen (elke les de leerlingen verwelkomen bij de deur, mobieltjes in de telefoontas, etc.) (blz.79)

Maak contact:  (Bernes: 'weg naar een goede relatie') Door aan het begin van de les bij de deur te staan en de leerlingen te verwelkomen geef je de leerlingen het gevoel dat ze gezien zijn/ welkom zijn.  (blz. 47-48)

Gebruik maken van vaste patronen: door structuur aan te brengen binnen mijn lessen is het volgen Teitler makkelijker om orde te houden.

De vijf rollen van de leraar: gastheer (welkomsgevoel creëren en het idee dat ik alle leerlingen gezien heb bij binnenkomst)



Planning vandaag
  1. Tijdvak en periode
  2. Hoe is Rome gegroeid?
  3. Van stadstaat naar Republiek
  4. Romeinse veroveringen
  5. Huiswerk
  6. Afsluiting

Leerdoelen:
Aan het einde van deze les kun je:
  1. beschrijven hoe de Romeinse Republiek ontstond;
  2. uitleggen hoe het bestuur van de Romeinse Republiek werkte.
Je bent stil en luistert naar elkaar
(tenzij de docent jou de beurt geeft)
Bij een vraag steek je hand op
(roep dus niet door de klas)
Huiswerk:
Introductie:
Opdracht: 1 t/m 3
WB: blz. 90

§4.1: Van stad tot wereldrijk
Opdracht: 1 t/m 3
WB: blz. 91

Slide 2 - Tekstslide

Tijd: 1 min

Huiswerk van de vorige keer is :
1.4 leven langs de Nijl
Opdracht 1 t/m 4
Je bent stil en luistert naar elkaar
(tenzij de docent jou de beurt geeft)
Maak aantekeningen
Schrijf de belangrijkste informatie op in je schrift
Tweede Tijdvak: Tijd van Grieken en Romeinen (3000 v.C. tot 500 n.C.)
Periode: Klassieke Oudheid (3000 v.C. tot 500 n.C.)

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Deze periode:
  • §4.1: Van stad tot wereldrijk
  • §4.2: De Romeinse Samenleving
  • §4.3: De cultuur van het rijk
  • §4.4: De opkomst van het christendom

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Je bent stil en luistert naar elkaar
(tenzij de docent jou de beurt geeft)
Maak aantekeningen
(tenzij de docent jou de beurt geeft)
De Romeinen:
§4.1 Van stad tot wereldrijk
Wisbordje:
  • Waar denken jullie aan als jullie dit horen?

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

  • Het Forum Romanum (‘Romeinse plein’), de plek midden in Rome waar alle belangrijke tempels en bestuursgebouwen stonden. De huidige ruïnes geven maar een flauw idee van hoe indrukwekkend het centrum van Rome er ooit uitzag.

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

753 v.C.
380 v.C.

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

380 v.C.
272 v.C.

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

272 v.C.
201 v.C.

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

201 v.C.
133 v.C.

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

133 v.C.
44 v.C.

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

44 v.C.
14 n.C.

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

14 n.C.
117 n.C.

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Stadstaat -> Koninkrijk -> Republiek -> Keizerrijk

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Stichting Rome


  • 753 v.Chr.
  • Klein dorpje bij de Tiber
  • Veroveren om handel te beschermen

  • En of het verhaal van Romulus en Remus waar is....?

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Stadstaat\Koninkrijk Rome


  • Koning (gekozen voor het leven)
  • Daaronder Priesters
  • 250 jaar lang koninkrijk
  • 509 v.C. verandering
  • Wegen
  • Geld
  • Sterk leger
  • Eén taal

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


De Romeinse Republiek
(509 v. Chr. - 27 v. Chr.)


  • Laatste koning weggejaagd | Lucius Tarquinius Superbus
  • 7e koning en 3e Etruskische
  • De Romeinen besluiten om Rome zélf te gaan besturen.
  • Land zonder koning, bestuurd door een of meer gekozen leiders

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De Romeinse Republiek
  • De naam republiek komt van: res publica. Dat betekent: publieke zaak, in het Latijn. (Staat zonder vorst)

  • Wordt bestuurd door de senaat (vergadering met mannen uit aanzienlijke families)

  • Het volk kiest elk jaar 2 leiders: Consuls --> voerden advies senaat wel of niet uit en waren leider van leger (machtigst).

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Romeinse veroveringen
  • Leger= goed georganiseerd en bewapend.
  • Bestond uit legioenen = +/- 5000 soldaten.
  • Boeren die eigen wapens kochten en elke zomer ten strijd trokken.
  • Kregen een deel van de buit bij veroveringen. 
Gladius: Romeins kortzwaard bedoeld om te steken 
Groot Romeins schild: bedoeld om de vijand omver te duwen
Romeinse helm: zijkleppen zijn bedoeld om de oren en wangen van het soldaat te beschermen.

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

3e eeuw v.C. (264 - 146 v.C.)
  • 3 grote oorlogen met Carthago 
Binnen 6 weken een complete oorlogsvloot gebouwd, gebaseerd op één gecrashed schip van carthago.

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

201 v.C.
133 v.C.

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

44 v.C.
14 n.C.
- Wereldrijk: Groot rijk in meerdere werelddelen

- Imperialisme: als een staat zijn macht uitbreidt over een groot gebied

- Gouverneurs: Bestuurder

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Introductie:
Opdracht: 1 t/m 3
WB: blz. 90

§4.1: Van stad tot wereldrijk
Opdracht: 1 t/m 3
WB: blz. 91
Huiswerk:

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De Romeinse Republiek
  • Republiek (staat zonder vorst).
  • Senaat had de macht (groep van mannen uit rijke Romeinse families).

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Zet in de juiste volgorde
Rome wordt een republiek
De laatste koning wordt verbannen
Rome wordt een stadstaat

Slide 26 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Romeinse veroveringen
  • Leger= goed georganiseerd en bewapend.
  • Bestond uit legioenen = +/- 5000 soldaten.
  • Boeren die eigen wapens kochten en elke zomer ten strijd trokken.
  • Kregen een deel van de buit bij veroveringen. 
Gladius: Romeins kortzwaard bedoeld om te steken 
Groot Romeins schild: bedoeld om de vijand omver te duwen
Romeinse helm: zijkleppen zijn bedoeld om de oren en wangen van het soldaat te beschermen.

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Grootste tegenstander= Carthago
  • Drie oorlogen met Zuiderburen in Noord-Afrika= Carthago
  • Uiteindelijk wint Rome en krijgt de overhand in de Middellandse zee. 

Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Imperium Romanum

Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Imperium Romanum
  • Wereldrijk
  • Imperialisme
  • Indeling in provincies met  gouverneurs.
  • Alle Romeinen moesten belasting betalen.

Slide 30 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies