appelflappen

Welkom!
1 / 53
volgende
Slide 1: Tekstslide
horecaPraktijkonderwijsLeerjaar 1

In deze les zitten 53 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 120 min

Onderdelen in deze les

Welkom!

Slide 1 - Tekstslide

appelflappen

Slide 2 - Tekstslide

Wat heb je vorige week gemaakt?

Slide 3 - Tekstslide

lesdoelen
  • je kan met een vork de randen van de appelflap dichtdrukken, zonder dat het deeg scheurt. 
  • Je kan uitleggen waar je fruit op controleert
  • je kan vertellen welk fruit NIET in de koelkast hoort
  • je weet wat er op de groene, gele en witte snijplank wordt gesneden

Slide 4 - Tekstslide

theorie
hard fruit: bomen ==> appel en peer
zacht fruit: snel eten, koelkast ==> aardbei, framboos
steenfruit: harde pit ==> olijf, kers, pruim
citrusfruit: schil ruikt, persen, pellen of schillen
==> sinaasappel, limoen, citroen
tropisch fruit: evenaar, schillen, onrijp geplukt ==> 
meloen, banaan, mango


Slide 5 - Tekstslide

theorie
fruit= alle vruchten aan struik of boom

75% uit water

veel vitamine en mineralen

Slide 6 - Tekstslide

theorie
kwaliteit controleren= kijk, proef ruik
- stevig aanvoelen
- schil mag niet beschadigd zijn. 

bewaren:
- veel in de koelkast
- tropisch/citrus buiten de koelkast. (smaak/kleur)

Slide 7 - Tekstslide

noem 4 fruitsoorten die in Nederland groeien

Slide 8 - Open vraag

waarom worden bananen ingevlogen en groeit het niet in Nederland?

Slide 9 - Open vraag

waar controleer je fruit op?

Slide 10 - Open vraag

welk fruit hoort NIET in de koelkast?
A
sinaasappel
B
appel
C
druiven
D
framboos

Slide 11 - Quizvraag

Slide 12 - Tekstslide

kleur snijplank
rood= rauw vlees(ongebakken)
bruin = gebakken vlees + worst
blauw= vis en waterdieren
groen = groente en fruit
geel = kip
wit = kaas, brood, boter + RESERVE

Slide 13 - Tekstslide

gele snijplank
blauwe snijplank
groene snijplank
rode snijplank
bruine snijplank
witte snijplank

Slide 14 - Sleepvraag

Slide 15 - Tekstslide

voorbereiding
we gaan appelflappen maken. 
We gaan met de volgende 3 slides, onze spullen verzamelen en de keuken hygiënisch schoon maken. 

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

emmer sop
1. pak het blauwe schoonmaakmiddel.

2. doe 1/2 dopje in je emmer. 

3. vul tot het 2e streepje. 

Slide 18 - Tekstslide

2 plakjes
2 eetlepel
1/2 theelepel
20 gram

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

stap 1
Verwarm de oven op 200 graden. 

Slide 21 - Tekstslide

stap 2
Leg het bakpapier op je bakplaat. 

Laat het bladerdeeg hierop ontdooien. 

Slide 22 - Tekstslide

uitvoeren
je gaat nu de appelflappen maken. 

Volg de stappen voor een goed resultaat

Slide 23 - Tekstslide

brunoise snijden

Slide 24 - Tekstslide

Stap 2
schil de appeln. 
Snij dunne plakken (0,4 cm) van de appel. 

Slide 25 - Tekstslide

Stap 3
Snij dunne repen van de plakken. Zorg dat deze even dik zijn.

Slide 26 - Tekstslide

Stap 5
Doe in de bekken 1 eetlepel suiker, 20 gram rozijnen en 1/2 theelelepel kaneel 

Slide 27 - Tekstslide

Stap 4
Snij blokjes van de appel. Dit heet brunoise. 

Slide 28 - Tekstslide

Stap 6
Doe de gesneden appel bij het suikermengsel en roer door. 

Slide 29 - Tekstslide

Stap 7
Verdeel het mengsel in het midden van het bladerdeeg. 

Slide 30 - Tekstslide

Stap 8
Pak de kwast. 
Smeer de randen van het bladerdeeg in met water. 

Slide 31 - Tekstslide

Stap 9
Vouw de appelflappen dicht. Je maakt hierbij een driehoek.
Verwijder nu het plastic.

Slide 32 - Tekstslide

Stap 10
Pak de vork. Druk de randen van het bladerdeeg dicht. 

Slide 33 - Tekstslide

Stap 11
Pak de kwast. Doop deze in het water. 

Besmeer de bovenkant van de appelflap. 

Slide 34 - Tekstslide

Stap 12
strooi 1 eetlepel suiker over de ingesmeerde kant. 
let het dan op het bakpapier. 

Slide 35 - Tekstslide

Stap 13
Doe de bakplaat in de oven. Zet een timer van 15 min.
timer
15:00

Slide 36 - Tekstslide

Stap 14
Doe een ovenwant aan. 
Haal de bakplaat uit de oven en laat het 10 min afkoelen. 
timer
10:00

Slide 37 - Tekstslide

afronden
Tijdens het afkoelen je spullen schoonmaken en opruimen. 

je zorgt dat ze ruimte weer netjes wordt.

Slide 38 - Tekstslide

stap 1
Afwassen en afdrogen van het gebruikte materiaal

Slide 39 - Tekstslide

stap 2
maak je werkblad schoon

Slide 40 - Tekstslide

stap 3
Maak het fornuis schoon

Slide 41 - Tekstslide

stap 4
veeg en/of dweil de vloer. 

Slide 42 - Tekstslide

extra taak:
  • vloer vegen
  • vloer dweilen
  • kruidenkar
  • oven schoonmaken
  • temperatuur
  • werkbank raam
  • tafel schoonmaken
  • wasbak 1
extra taak:
  • wasbak 1
  • wasbak 2
  • wasbak 3
  • wasbak 4
  • producten afdekken/stickeren
  • bovenkast
  • kopkasten

Slide 43 - Tekstslide

Nabespreken
kijk terug op de les. Hoe is het gegaan, wat ging super? 
zijn er ook dingen die je anders zou doen?
antwoord dit op de volgende slides

Slide 44 - Tekstslide

Hoe smaakte het gerecht?
A
lekker
B
niet lekker
C
een beetje lekker
D
ik heb het niet geproefd

Slide 45 - Quizvraag

Wat ga je de volgende keer anders doen?

Slide 46 - Open vraag

wat heb je geleerd deze les. Noem minimaal 1 ding

Slide 47 - Open vraag

waar controleer je fruit op?

Slide 48 - Open vraag

Waarom druk je de rand dicht van de appelflap?



je kan met een vork de randen van de appelflap dichtdrukken, zonder dat het deeg scheurt.

 

Slide 49 - Tekstslide

ik snij op de witte snijplank
A
boter, brood, kaas
B
boter, brood, vis
C
brood, kaas, worst
D
brood, kaas, vlees

Slide 50 - Quizvraag

ik snij op de groene snijplank
A
brood en fruit
B
groente en kaas
C
groente en diepvries
D
groente en fruit

Slide 51 - Quizvraag

ik snij op de gele snijplank
A
vis
B
ei
C
kaas
D
kip

Slide 52 - Quizvraag

Super, je bent bij het einde, tot volgende week!

Slide 53 - Tekstslide