In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 45 min
Onderdelen in deze les
14.3 Zenuwstelsel havo5
Slide 1 - Tekstslide
HORMOONSTELSEL
ZENUWSTELSEL
snel
langzaam
impulsen
via bloed
kort
langdurig
neuro
transmitter
via zenuwen
hormonen
Slide 2 - Sleepvraag
Centrale zenuwstelsel
Perifere zenuwstelsel
ligt binnen de beschermende botten van de schedel en wervelkolom
ligt buiten de schedel en wervelkolom
hersenen (groot en klein), hersenstam en ruggenmerg
verbindt het CZS met de organen
bestaat uit de hersenzenuwen, de ruggenmergszenuwen, de grensstreng en de zenuwen van het vegetatieve zenuwstelsel.
Slide 3 - Tekstslide
De hersenen
Je hersenen bestaan uit 3 onderdelen
- grote hersenen
- kleine hersenen
- hersenstam
Slide 4 - Tekstslide
Wat is GEEN functie van de grote hersenen?
A
verwerking van informatie
B
regulatie van de ademhaling
C
herinneringen en het bewust worden
D
aansturen van de skeletspieren
Slide 5 - Quizvraag
BINAS 88C
Slide 6 - Tekstslide
Slide 7 - Tekstslide
Impulsen komen binnen in de primaire schors. Met informatie uit de secundaire schors is interpretatie mogelijk.
Slide 8 - Tekstslide
Op zoek naar de basis van beweging haalden onderzoekers de grote hersenen van katten weg waar de bewegingsopdrachten tot stand komen. Ze liepen als robotten rond en botsten overal tegenaan. Ze aten pas als ze met hun bek in de voerbak geduwd werden. In welk deel van de grote hersenen van de katten ontstaan bewegingsopdrachten?
Slide 9 - Open vraag
Waarop zal een geneesmiddel tegen hoofdpijn vooral effect hebben?
A
op de sensorische centra van de grote hersenen
B
op de motorische centra van de grote hersenen
C
op de kleine hersenen
D
op de hersenstam
Slide 10 - Quizvraag
Homunculus;
het sensorisch mannetje
Slide 11 - Tekstslide
BINAS 88C3
Slide 12 - Tekstslide
Welke deel van het zenuwstelsel verzorgt de coördinatie van de spierbewegingen?
A
de kleine hersenen
B
de grote hersenen
C
de hersenstam
D
het ruggenmerg
Slide 13 - Quizvraag
Slapen is goed voor je geheugen. Tijdens je slaap worden nieuwe verbindingen tussen zenuwcellen aangelegd. In welk deel van de hersenen worden deze nieuwe verbindingen tussen zenuwcellen aangelegd?
A
grote hersenen
B
kleine hersenen
C
hersenstam
D
hypofyse
Slide 14 - Quizvraag
Animale zenuwstelsel
Autonome zenuwstelsel
staat onder invloed van de wil
onwillekeurig - buiten de wil om
regelt bewuste reacties en reflexen - betrokken zijn zintuigen en skeletspieren
- actief bij actie van het lichaam - actief bij rust van het lichaam
- "gaspedaal" - "rempedaal"
Slide 15 - Tekstslide
Indeling autonome zenuwstelsel
Orthosympathisch deel: Beïnvloedt organen zodanig dat het activiteiten kan verrichten
Parasympathisch deel:
Beïnvloedt organen zodanig dat het in rust kan komen
BINAS 88L
Slide 16 - Tekstslide
Een man loopt hard op een trimbaan. Tijdens het hardlopen raken de spieren van de man zwaar vermoeid. Na het hardlopen gaat de man thuis bij de televisie zitten en valt in slaap. Heeft één van de beide delen van het autonome zenuwstelsel tijdens het slapen een grotere invloed op het functioneren van het ademhalingsstelsel en bloedvatenstelsel dan tijdens het trimmen?
A
Ja, tijdens het slapen heeft het orthosympathische deel een grotere invloed.
B
Nee, de invloed van beide delen is tijdens het slapen en tijdens het trimmen gelijk.
C
Ja, tijdens het slapen heeft het parasympathische deel een grotere invloed.
Slide 17 - Quizvraag
Iemand schrijft een brief. Is op dat moment het animale zenuwstelsel actief? En het autonome zenuwstelsel?
A
alleen het autonome zenuwstelsel is actief
B
beide zenuwstelsels
zijn actief
C
alleen het animale zenuwstelsel is actief
D
geen van beide zenuwstelsels zijn actief
Slide 18 - Quizvraag
Parasympatisch
Orthoympatisch
Bevordert de assimilatie
Stimuleert de nierwerking
Verhoogt de hartslagfrequentie
Bevordert de dissimilatie
Verlaagt de ademfrequentie
Stimuleert het gladde spierweefsel in de darmen
Remt speekselklieren
Slide 19 - Sleepvraag
Optisch chiasma
Kruising van de oogzenuwen
Slide 20 - Tekstslide
BINAS 87C4
Stereoscopie
=
diepte zien
Slide 21 - Tekstslide
Geef met een emoji aan of je iets hebt geleerd deze les, hoe vrolijker de emoji, hoe meer je hebt opgestoken