L1 Mensen beïnvloeden hun omgeving TL

Mondeling examen Biologie
Mensen beïnvloeden hun omgeving

VMBO 4
D. Bosma
1 / 42
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

In deze les zitten 42 slides, met interactieve quiz, tekstslides en 4 videos.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Mondeling examen Biologie
Mensen beïnvloeden hun omgeving

VMBO 4
D. Bosma

Slide 1 - Tekstslide

Mondeling examen Biologie
Leerdoel: 
Je kunt: uitleggen dat de mens voor voedsel(productie), water, zuurstof, grondstoffen, energie, en
recreatie van ecosystemen afhankelijk is.

VMBO 4
D. Bosma

Slide 2 - Tekstslide

Hoe maakt de mens
gebruik van het milieu?

Slide 3 - Woordweb

De mens is afhankelijk van het milieu
energie
voedsel                              water
zuurstof                           recreatie         
grondstoffen

Slide 4 - Tekstslide

Mensen zijn afhankelijk door...
Mensen beïnvloeden hun omgeving- Zuurstof uit de lucht
- Water uit bodem en rivieren
- Voedsel van planten (en dieren)
- Energie uit brandstoffen, wind, zon en water
- Grondstoffen
- Ontspanning 
 

VMBO 4
D. Bosma

Slide 5 - Tekstslide

De mens en ons milieu is een constante wisselwerking

En dat is niet altijd goed...
VMBO 4
D. Bosma

Slide 6 - Tekstslide

Invloeden op het milieu

Slide 7 - Tekstslide

Mondeling Examen Biologie
Je kunt de belangrijkste oorzaken en effecten noemen van de aantasting van natuur en milieu door:
• overbevolking
• bepaalde soorten afval
• het gebruik van bestrijdingsmiddelen
• het verkeer
• energiegebruik
(dit mede met gebruikmaking van de scheikundige benamingen.)

VMBO 4
D. Bosma

Slide 8 - Tekstslide

Milieuproblemen
  • Vervuiling (plastic, smog, fijnstof)
  • Uitputting van de bodem, energiebronnen, etc.
  • Aantasting omgeving
  • Overbevolking
  • Verdwijnen biodiversiteit
  • Ontbossing
  • Klimaatverandering 
VMBO 4
D. Bosma

Slide 9 - Tekstslide

Concept 19 | Overbevolking   (8.2, 8,3, 8,4)

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Video

Klimaatverandering
  • Broeikaseffect: het tegenhouden van de warmte-uitstraling.
  • Versterkt broeikaseffect: door de verbranding van fossiele brandstoffen neemt de hoeveelheid CO2 in de atmosfeer toe, hierdoor neemt de broeikaseffect toe. 
  • Biodiversiteit neemt af.

Slide 12 - Tekstslide

Afname van de biodiversiteit
Oorzaak: toename bevolking, toename gebruik water, toename gebruik grond voor landbouw en huizen en wegen, toename visserij

Gevolg:
uitsterven planten- en diersoorten 
te weinig voedsel en medicijnen

Slide 13 - Tekstslide

VMBO 4
D. Bosma

Slide 14 - Tekstslide

Bestrijdingsmiddelen
  • Biologische bestrijdingsmiddelen: inzetten van natuurlijke vijanden
  • Pesticiden: selectief en niet-selectieve varianten.
  • Accumulatie

Slide 15 - Tekstslide

7.2 Voedselproductie

Slide 16 - Tekstslide

Landbouw

Slide 17 - Tekstslide

Soorten landbouw
Door het klimaat is Europa geschikt voor landbouw. Er zijn verschillende soorten landbouw.

akkerbouw                      veeteelt                                 tuinbouw

Slide 18 - Tekstslide

Voedingsgewassen









(akkerbouw & tuinbouw)
Landbouwhuisdieren









(veeteelt)

Slide 19 - Tekstslide

Monocultuur

Slide 20 - Tekstslide

Monocultuur
  • Een stuk grond waar maar één gewas op wordt verbouwt
  • Voordeel: snel en makkelijk
  • Nadeel: grote kans op een plaag

Plaag
Er zijn veel dieren van één soort die voedselgewassen aantast
Bestrijdingsmiddelen
Chemisch of biologisch



Slide 21 - Tekstslide

Monoculturen
De grond wordt uitgeput

Slide 22 - Tekstslide

Bodembewerking

Bemesting 
blz 118

Slide 23 - Tekstslide

Bemesting
Bemesting met stalmest en kunstmest: productieverhoging

Mineralen (nitraat + fosfaat) toevoegen

Nadeel: niet alle mineralen worden opgenomen en komen in het milieu terecht

Slide 24 - Tekstslide

Bodembewerking
Ploegen/eggen

Meer zuurstof in de grond,
water kan beter de grond in

*niet-kerende grondbewerking
Het bodem leven wordt niet verstoord.

Slide 25 - Tekstslide

Veredeling (planten)
Genetische modificatie

Slide 26 - Tekstslide

Veredelen
Een veredelaar kruist planten met gunstige eigenschappen tot er planten uitkomen met een combinatie van deze gunstige eigenschappen

Goed tegen droge/zoute grond

Slide 27 - Tekstslide

Genetische modificatie
Erfelijke eigenschappen worden veranderd.

Aardappels die worden gekweekt met bepaalde genen die als eigenschap hebben dat ze bestand zijn tegen ziektes en plagen

GMO
Bang voor transgene die een gevaar zijn voor de natuur.

Slide 28 - Tekstslide

Slide 29 - Video


Krachtvoer --> voer met extra bouwstoffen 
Intensieve veeteelt

Slide 30 - Tekstslide

0

Slide 31 - Video

in-vitrofertilisatie
(ivf)
Kunstmatige inseminatie
(ki)

Slide 32 - Tekstslide

7.3 Duurzame landbouw

Slide 33 - Tekstslide

Gangbare landbouw
= intensief
=bio-industrie
veel voor weinig! 



Grote kans op ziektes en plagen

Slide 34 - Tekstslide

Bestrijding ziekten & plagen
Ziekte: bacterie, virus of schimmel
Plaag: insect of ander dier (ook konijnen, ganzen, etc.)

Bestrijdingsmiddelen: pesticiden
(niet selectief)
Problemen: resistentie, ophoping (bioaccumulatie) in voedselketen

Slide 35 - Tekstslide

Vruchtverwisseling
Een boer plant nooit twee jaar achter elkaar hetzelfde gewas op een bepaald stuk grond.

Ziekteverwekkers verdwijnen uit de grond door deze afwisseling

Slide 36 - Tekstslide

Natuurlijke bestrijding

In de natuur zoeken naar 'natuurlijke vijanden' van een plaag en die opkweken voor gebruik in de land- en tuinbouw

Slide 37 - Tekstslide

Biologische landbouw
voldoende voedsel produceren met oog voor milieu en dierenwelzijn

Akkerbouw: geen kunstmest, vruchtwisseling en kleinere oppervlaktes
-> minder ziekten en plagen 

Veeteelt: meer ruimte, geen preventieve antibiotica etc.

Slide 38 - Tekstslide

Kringslooplandbouw
Alle grondstoffen en eindproducten worden hergebruikt in een kringloop

In tegenstelling tot gangbare landbouw

minder tot geen kunstmest nodig

Slide 39 - Tekstslide

Precisielandbouw
Gebruik van speciale meetapparatuur

Per deel van de akker wordt bekeken wat de behoeft is.

Onnodig veel gebruik van bestrijdingsmiddel wordt voorkomen

Slide 40 - Tekstslide

Verticale landbouw
Gewassen worden verbouwt in grote gebouwen (in verschillende lagen)

geen bemesting of bestrijdingsmiddelen 

weinig transport

Slide 41 - Tekstslide

Slide 42 - Video