GL 7.1 + 7.2 + 73

Welkom allemaal
1 / 42
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

In deze les zitten 42 slides, met tekstslides en 4 videos.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Welkom allemaal

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

7.1 De mens en het milieu

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De mens is afhankelijk van het milieu
energie
voedsel                              water
zuurstof                           recreatie         
grondstoffen

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Concept 19 | Overbevolking   (8.2, 8,3, 8,4)

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Smog 
Bij smog zit er teveel fijnstof in de lucht. 

In Nederland wordt er een smogwaarschuwing gegeven bij 70 microgram fijnstof per m3 in de lucht en een smogalarm als er meer dan 100 microgram fijnstof per m3.
smoke + fog

Slide 5 - Tekstslide

Deze deeltjes zijn van verschillende grootte, herkomst en chemische samenstelling. Uit onderzoek blijkt dat fijnstof bij inademing schadelijk is voor de gezondheid.
Invloeden op het milieu

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Uitputting
Vervuiling

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Uitputting

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 9 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Afname Biodiversiteit






Het gaat om de balans. 
Op het moment dat organismen (dieren, planten) verdwijnen is de balans weg.

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Klimaatverandering
De temperatuur stijgt/daalt en dit geeft
gevolgen

Ook is er afname van biodiversiteit


Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Afname van de biodiversiteit
Oorzaak: toename bevolking, toename gebruik water, toename gebruik grond voor landbouw en huizen en wegen, toename visserij

Gevolg:
uitsterven planten- en diersoorten 
te weinig voedsel en medicijnen

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De aarde gebruiken
Hoeveel aardes hebben we nodig om jouw manier van leven vol te kunnen houden?

Met andere woorden: wat is jouw ecologische voetafdruk?

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Ecologische voetafdruk
Als iedereen op de wereld zou leven zoals de mensen in Nederland, zouden we 3,5 aarde nodig hebben.



Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 15 - Link

Deze slide heeft geen instructies

7.2 Voedselproductie

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Landbouw

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Soorten landbouw
Door het klimaat is Europa geschikt voor landbouw. Er zijn verschillende soorten landbouw.

akkerbouw                      veeteelt                                 tuinbouw

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Voedingsgewassen









(akkerbouw & tuinbouw)
Landbouwhuisdieren









(veeteelt)

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Monocultuur

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Monocultuur
  • Een stuk grond waar maar één gewas op wordt verbouwt
  • Voordeel: snel en makkelijk
  • Nadeel: grote kans op een plaag

Plaag
Er zijn veel dieren van één soort die voedselgewassen aantast
Bestrijdingsmiddelen
Chemisch of biologisch



Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Monoculturen
De grond wordt uitgeput

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bodembewerking

Bemesting 
blz 118

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bemesting
Bemesting met stalmest en kunstmest: productieverhoging

Mineralen (nitraat + fosfaat) toevoegen

Nadeel: niet alle mineralen worden opgenomen en komen in het milieu terecht

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bodembewerking
Ploegen/eggen

Meer zuurstof in de grond,
water kan beter de grond in

*niet-kerende grondbewerking
Het bodem leven wordt niet verstoord.

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Veredeling (planten)
Genetische modificatie

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Veredelen
Een veredelaar kruist planten met gunstige eigenschappen tot er planten uitkomen met een combinatie van deze gunstige eigenschappen

Goed tegen droge/zoute grond

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Genetische modificatie
Erfelijke eigenschappen worden veranderd.

Aardappels die worden gekweekt met bepaalde genen die als eigenschap hebben dat ze bestand zijn tegen ziektes en plagen

GMO
Bang voor transgene die een gevaar zijn voor de natuur.

Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 29 - Video

Deze slide heeft geen instructies


Krachtvoer --> voer met extra bouwstoffen 
Intensieve veeteelt

Slide 30 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

0

Slide 31 - Video

Deze slide heeft geen instructies

in-vitrofertilisatie
(ivf)
Kunstmatige inseminatie
(ki)

Slide 32 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

7.3 Duurzame landbouw

Slide 33 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Gangbare landbouw
= intensief
=bio-industrie
veel voor weinig! 



Grote kans op ziektes en plagen

Slide 34 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bestrijding ziekten & plagen
Ziekte: bacterie, virus of schimmel
Plaag: insect of ander dier (ook konijnen, ganzen, etc.)

Bestrijdingsmiddelen: pesticiden
(niet selectief)
Problemen: resistentie, ophoping (bioaccumulatie) in voedselketen

Slide 35 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vruchtverwisseling
Een boer plant nooit twee jaar achter elkaar hetzelfde gewas op een bepaald stuk grond.

Ziekteverwekkers verdwijnen uit de grond door deze afwisseling

Slide 36 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Natuurlijke bestrijding

In de natuur zoeken naar 'natuurlijke vijanden' van een plaag en die opkweken voor gebruik in de land- en tuinbouw

Slide 37 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Biologische landbouw
voldoende voedsel produceren met oog voor milieu en dierenwelzijn

Akkerbouw: geen kunstmest, vruchtwisseling en kleinere oppervlaktes
-> minder ziekten en plagen 

Veeteelt: meer ruimte, geen preventieve antibiotica etc.

Slide 38 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Kringslooplandbouw
Alle grondstoffen en eindproducten worden hergebruikt in een kringloop

In tegenstelling tot gangbare landbouw

minder tot geen kunstmest nodig

Slide 39 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Precisielandbouw
Gebruik van speciale meetapparatuur

Per deel van de akker wordt bekeken wat de behoeft is.

Onnodig veel gebruik van bestrijdingsmiddel wordt voorkomen

Slide 40 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Verticale landbouw
Gewassen worden verbouwt in grote gebouwen (in verschillende lagen)

geen bemesting of bestrijdingsmiddelen 

weinig transport

Slide 41 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 42 - Video

Deze slide heeft geen instructies