Je schrijft een hoofdletter:
1. Aan het begin van een zin : Ik ga zo naar huis.2. Namen: Pietje Puk, Ashram College
3. Merknamen: Coca cola, Toyota, Samsung
4. Aardrijkskundige namen: Portugal, Rijn, Berlijn, Nieuwkoop enz.
5. Woorden afgeleid van aardrijkskundige namen: Franse wijn, Nederlander, Iraanse jongen, Engels
6. Heilige personen, boeken, feestdagen: Allah, God, Bijbel, Koran, Kerstmis