Online Marketing - Marktsegmentatie 2

• Online Marketing
• MBO
• Studiejaar 1

Online Marketing

Marktbewerking

Planning 

• Marktsegmentatie
• Segmentatiecriteria consumentenmarkt
• Opdrachten
• Les 2: 
• Opdrachten bespreken
• Segmentatiecriteria zakelijke markt
  

Waar kon je de markt in opdelen als je ging kijken naar demografische variabelen?

Demografisch

• Segmenteren op opbouw van bevolking
• Leeftijd
• Vergrijzing
• Sekse
• Burgerlijke staat

Marktsegmentatie zakelijk

• Macrosegmentatie
• Microsegmentatie 

Macrosegmentatie

• Demografisch
• Geografisch 

Demografisch & geografisch

• Bedrijfsgrootte 
• Locatie
• Branche
• SBI-code
• In- en verkoopvolume

Microsegmentatie

• Procesvariabelen
• Inkoopaanpak
• Situationeel
• Persoonlijk

Procesvariabele

• Ondernemingsstrategie
• Technologie
• Vaardigheden
• Belang voor de verkoper

Inkoopaanpak

• Inkoopgedrag
• RFM
• DMU
• Koopmotieven
• Mate van centralisatie

Situationeel

• Mate van spoed
• Speciale toepassingen
• Orderomvang

Persoonlijk

• Persoonlijke kenmerken/interesses van afnemer
•  Motivatie
• Risico
• Belang voor de koper

Testje

De 4 P's staan voor:

1. Promotie, Personeel, Prijs, Product
2. Product, Prijs, Plaats, Profit
3. Product, Prijs, Plaats, Promotie
4. People, Planet, Profit, Product

Welke marketing is gericht op een groothandel?

1. Detaillistenmarketing
2. Business-to-business marketing
3. Handelsmarketing
4. Dienstenmarketing

Een centrum voor dagbehandelingen gaat fysiotherapie aanbieden voor ouderen. Van wat voor een marketing is hier sprake?

1. Detaillistenmarketing
2. Business-to-business marketing
3. Handelsmarketing
4. Dienstenmarketing

Een bedrijf richt zich met het product op bedrijven met een kleine DMU. Van welke segmentatiecriteria is hier sprake?

1. Inkoopaanpak variabele
2. Procesvariabele
3. Situationele variabele
4. Demografische variabele

Wat is GEEN element van de productmix?

1. Kwaliteit
2. Verpakking
3. Klachtenafhandeling
4. Klantvriendelijkheid

Een bedrijf besluit naast wit en bruin brood ook volkoren en speltbrood te gaan verkopen. Het assortiment wordt:

1. Dieper
2. Breder
3. Langer
4. Hoger

Korting afhankelijk van de afname van producten heet:

1. Betalingskorting
2. Relatiekorting
3. Kwantumkorting
4. Functionele korting

Een private label heet ook wel een:

1. Individueel merk
2. Distribuantenmerk
3. Paraplumerk
4. Kwaliteitsmerk

Philips is een:

1. Individueel merk
2. Distribuantenmerk
3. Paraplumerk
4. Kwaliteitsmerk

Wat zijn kenmerken van diensten? Meerdere antwoorden zijn juist

1. Niet tastbaar
2. Onvergankelijk
3. Vergankelijk
4. Makkelijk standaard te maken