Vraag en aanbod quiz

Vraag en aanbod quiz
1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

In deze les zitten 14 slides, met interactieve quizzen en tekstslide.

Onderdelen in deze les

Vraag en aanbod quiz

Slide 1 - Tekstslide

De leveringsbereidheid van een producent is
A
De prijs die de producent ontvangt voor zijn product
B
De hoeveelheid die de producent wil leveren bij elke prijs
C
Het verschil tusen de ontvangen prijs en de kostprijs
D
De prijs die de producent minimaal wil ontvangen

Slide 2 - Quizvraag

Hoe ontstaat een evenwichtsprijs?
A
Dit ligt aan de evenwichtshoeveelheid
B
Waar de vraag gelijk is aan het aanbod. Hier ontstaat de prijs.
C
Dit mag de winkelier zelf bepalen.
D
Zodra het evenwicht is gevonden tussen inkomsten en uitgaven.

Slide 3 - Quizvraag

Evenwichtsprijs
A
TO=TK
B
qv=qa
C
MO=MK
D
MO=0

Slide 4 - Quizvraag

Wat is de evenwichtsprijs en evenwichtshoeveelheid?
A
€5 en 800 producten
B
€5 en 400 producten
C
€6 en 600 producten
D
€6 en 800 producten

Slide 5 - Quizvraag

Wat is het consumentensurplus bij p = € 0,40?
A
0.10
B
0,50
C
1
D
4,50

Slide 6 - Quizvraag

De minimale leveringsbereidheid wordt weergegeven door punt:
A
A
B
B
C
C
D
D

Slide 7 - Quizvraag

De volgende kostenfunctie is gegeven:
TK= 10q + 60
Wat zijn de marginale kosten?
A
MK = 10
B
MK = 60
C
MK = 50
D
MK= 6

Slide 8 - Quizvraag


A
A,B, C is harberger driehoek
B
A,B,D is totale welvaartsverlies
C
A, C, D is consumentensurplus
D
B,C,D is producentensurplus

Slide 9 - Quizvraag

Welke kleur heeft het consumentensurplus?
A
Groen
B
Blauw
C
Rood
D
Geel

Slide 10 - Quizvraag

In de zomer is er meer behoeften aan ijsjes. Bij veel ...... naar ijsjes kan de producent ...... verhogen
A
vraag, aanbod
B
aanbod, vraag

Slide 11 - Quizvraag

Het welvaartsverlies door een inefficiënte marktvorm heet
A
de Cournot-driehoek
B
de Harberger-driehoek
C
de Pareto-driehoek

Slide 12 - Quizvraag

Bereken de afzet bij maximale winst:
MO = -5q + 40
MK = 30
A
Q = 0,5
B
Q =2
C
Q = 5
D
Q = 30

Slide 13 - Quizvraag

MO = 16. MK = q + 4.
TK = 0,5q2 + 4q + 40.
Bereken de maximale winst.
A
q = 12 TW = 32
B
q = 16 TW = 24
C
q = 4 TW = 0
D
q = 12 TW = 12

Slide 14 - Quizvraag