Een betoog is een tekst waarin jij jouw standpunt geeft over een stelling.
Het doel is om de lezer te overtuigen van jouw mening.
Dit doe je doorargumenten te noemen die jouw standpunt onderbouwen.
Slide 7 - Tekstslide
Stelling: in het mbo moet een telefoonverbod komen. Benoem minimaal 2 argumenten voor.
Slide 8 - Open vraag
Stelling: in het mbo moet een telefoonverbod komen. Benoem minimaal 2 argumenten tegen.
Slide 9 - Open vraag
Argument
Met een argument onderbouw je een standpunt (stelling of mening). Je vertelt waarom je iets vindt, waarom je het standpunt verdedigt, waarom je deze mening hebt. Met goede argumenten kun je anderen overtuigen om jouw visie te delen.
Slide 10 - Tekstslide
Tegenargument
Met een tegenargument ontkracht je een standpunt of een argument, je maakt dat standpunt of argument minder aanvaardbaar.
Slide 11 - Tekstslide
Weerlegging
Een argument dat laat zien dat een tegenargument zwak of onwaar is noemen we een weerlegging.
Om je betoog dus extra overtuigend te maken, is het goed
het belangrijkste tegenargument van de stelling te noemen en te weerleggen.
Slide 12 - Tekstslide
Voorbeeld
'Op het mbo moet een telefoonverbod komen'
Tegenargument: het mbo wordt steeds meer gedigitaliseerd.