Serveer altijd drinken wanneer iemand eet.
Gebruik een helder glas zodat iemand kan zien wat hij drinkt
thee, warme drank, drinken,
Of gebruik juist een felgekleurde beker om de aandacht te trekken.
Geef, als het mogelijk iemand het glas meteen in de hand
Zet het drinken binnen het blikveld
Vertel waar het drinken staat en wat het is
Bied gedurende de dag verschillende soorten dranken aan, warm en koud.
Voedsel met veel vloeistof kan ook helpen om in de dagelijkse behoefte te voorzien. (Fruit, pap, yoghurt, vla of ijs)