Jeudi 29 septembre

Jeudi 29 septembre
Objectif d'apprentissage:
discuter des réponses de monsieur Ibrahim 
révision des articles en français

1 / 32
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 5,6

In deze les zitten 32 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Jeudi 29 septembre
Objectif d'apprentissage:
discuter des réponses de monsieur Ibrahim 
révision des articles en français

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Monsieur Ibrahim
Où étions-nous rester?
Avec quels personnages avions-nous fait connaissance?

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Monsieur Ibrahim et les fleurs du Coran 

 In groepjes  de begeleidingsvragen bespreken. 
Benoem een voorzitter die deelnemers het woord geeft om zo te kijken wat er uit de antwoorden komt. 
+/- 15 minuten 

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Chapitre 5/ la nourriture
Aujourd'hui nous allons parler de la nourriture et nous allons répéter la grammaire des articles ( lidwoorden)

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

LES ARTICLES

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

L'article défini et indéfini

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

1. L'article défini = bepaald lidwoord
  • La personne en face de moi. 

  • Je promène le chien.

  • Les enfants vont à l'école. 

=DE of HET in het Nederlands

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Kies het juiste lidwoord:
............ hôtel est fermé à cause du Corona.
A
le
B
la
C
l'
D
les

Slide 8 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welk lidwoord is juist?

____îles.
A
le
B
la
C
les
D
l'

Slide 9 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

2. L'article indéfini= onbepaald lidw
  • J'ai un vélo rouge.

  • Il me donne une rose. 

  • Je mange des fruits.

= EEN in het Nederlands

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

3. Masculin ou féminin?
Je kan niet altijd weten of een woord mannelijk of vrouwelijk is!
MANNELIJK
VROUWELIJK
MEERVOUD
mannelijke woorden  
eindigen op:

 -ment, -al, -eur, -on:

un règlement, un journal, un vendeur, un ballon


vrouwelijke woorden eindigen op:

- té, -sion, -euse, -e

la beauté, la décision, la vendeuse, la pomme
Een woord dat op -x of -s eindigt staat vaak in het meervoud:

- les jeux, les yeux, des enfants, des fruits

Slide 11 - Tekstslide

Als je vragen hebt, mag je mij altijd een berichtje sturen! 
L'article partitif= het delend lidwoord

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

5. L'article partitif= delend lidwoord
Je weet NIET hoeveel:




  • Je mange du pain (Ik eet brood)
  • J'achète de la nourriture (Ik koop eten)
  • Je bois de l'eau (Ik drink water
WE VERTALEN DIT NIET IN HET NEDERLANDS!!
masculin
féminin
voyelle
singulier
du
de la
de l'
pluriel
des
des
des

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

5. L'article partitif= delend lidwoord
Je weet WEL hoeveel:




  • Il boit assez d'eau (Hij drinkt genoeg water)
  • J'achète beaucoup de fruits (Ik koop veel eten)
  • Je mange un peu de salade (Ik eet een beetje sla)

masculin/ féminin/ pluriel
voyelle
singulier
de
d'
pluriel
de
d'

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

5. L'article partitif= delend lidwoord
Na een ONTKENNING: 
DE of D' (ook voor meervoud!)

  • Je ne mange pas de viande (Ik eet geen vlees)
  • Il ne mange plus de fruits (Hij eet geen fruit meer)
  • Vous ne prenez pas d'oranges?

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

na een getal (1, 2, 3 etc) volgt
A
het delend lidwoord
B
geen delend lidwoord maar direct het zelfst. nw

Slide 16 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Deux kilos ....... pommes
(Kies het goede delend lidwoord)
A
des
B
de la
C
de
D
géén lidwoord

Slide 17 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Je prends ..... poisson.
(Kies het goede delend lidwoord)
A
de la
B
du
C
de l'
D
des

Slide 18 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Kies het juiste delend lidwoord:
Je prends une salade avec ___ poivrons.
A
du
B
des
C
de la
D
de l'

Slide 19 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Geef het juiste delend lidwoord.
'Elle prend ..... lait.'
A
du
B
de la
C
de l'
D
des

Slide 20 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Het delend lidwoord geeft een onbepaalde hoeveelheid aan.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 21 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Je ne bois pas ..... coca.
(Kies het goede delend lidwoord)
A
du
B
des
C
de la
D
de

Slide 22 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welk delend lidwoord hoort in deze zin: " je n'ai pas ...... argent"
A
d'
B
du
C
de la
D
de l'

Slide 23 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Attention!!!
Als je na de w.w aimer/adorer/préférer/détester een z.n.w krijgt dan krijg je altijd een bepaald lidwoord (le/la/les/l')  na het ww.
Bijv. j'aime les frites --> ik houd van frieten
Il adore le coca--> hij is dol op cola
Il aime faire du sport

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

L'article contracté = het samengetrokken lidwoord

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

4. L'article contracté = samengetrokken lidwoord

Bij de voorzetsels 'à' en 'de' :


à + le = au
de + le = du
à + la = à la
de + la = de la
à + les = aux
de + les= des

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

1. Vous téléphonez ________________
père de Thierry?
A
au
B
à l'
C
à la
D
aux

Slide 27 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

2. Le professeur va parler ___________________ élèves.
A
au
B
à l'
C
à la
D
aux

Slide 28 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

4. C’est un cadeau ______________ amis de l’école.
A
du
B
de l'
C
de la
D
des

Slide 29 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

5. Philippe habite près ____________ gare.
A
du
B
de l'
C
de la
D
des

Slide 30 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Au travail
Pour voir si tu as compris la grammaire fais l'exercice 1 et 2 à la page 12.
Continue après avec le vocabulaire à la page 11 jusqu'à la page 15
Préparer après le jeu de rôle 3 p. 14 et 15
Préparer le jeu de rôle 1 à la page 15 et 16 

Slide 31 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Les devoirs
Pour mardi : Finir oefening 1 et 2 p. 12
Vocabulaire p. 11 /13 et 15 opschrijven
Pour Jeudi: leren idioom hst 1 t/m 5
Lezen MI t/m p. 32 
PW idioom: Mardi 7 octobre 

Slide 32 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies