Les 6 Financieel Thema financiele administratie

Financiële administratie 
1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
Thema FinancieelMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 120 min

Onderdelen in deze les

Financiële administratie 

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat gaan we doen?


week 6: financiële administratie: exact online gebruiken 
week 7: kleine budgetten
week 8: gegevens invoeren
week 9: inhalen

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Lesdoelen
  1. Je kunt het administratieve proces rondom verkoop uitleggen
  2. Je kunt de functie van het beoordelen van orders op de kredietlimiet toelichten
  3. Je kunt een kredietlimiet van een klant invoeren en opzoeken

Slide 3 - Tekstslide

Vertel de studenten wat ze kunnen verwachten van de les.
De verkoopadministratie, welke documenten horen daarbij?

Slide 4 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Welke documenten horen bij de verkoopadministatie?

  1. Orderbevestiging
  2. Factuur
  3. Leveringsbon
  4. Eventueel een retourformulier

Slide 5 - Tekstslide

Noem de belangrijkste documenten die bij het administratieve proces van verkoop horen.
Opdracht SPL Verkoopadministratie






Je kunt het administratieve proces rondom verkoop uitleggen

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 7 - Link

Deze slide heeft geen instructies

Het administratieve proces is belangrijk
Het administratieve proces zorgt voor een correcte en transparante afhandeling van de verkoop.
Orderbevestiging
Factuur
Leveringsbon
Retourformulier

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Waarom is het administratieve proces belangrijk?

Slide 9 - Tekstslide

Leg uit waarom het administratieve proces belangrijk is voor de verkoop.
Orderbevestiging
Een orderbevestiging is een document waarin de verkoopvoorwaarden en de gegevens van de koper en verkoper worden vastgelegd.

Slide 10 - Tekstslide

Leg uit wat een orderbevestiging is en waarvoor het dient.
Factuur
Een factuur is een document waarin de verkochte producten en de prijs hiervan worden vastgelegd.

Slide 11 - Tekstslide

Leg uit wat een factuur is en waarvoor het dient.
Leveringsbon
Een leveringsbon is een document waarin wordt vastgelegd welke producten zijn geleverd en op welk tijdstip.

Slide 12 - Tekstslide

Leg uit wat een leveringsbon is en waarvoor het dient.
Retourformulier
Een retourformulier is een document dat wordt gebruikt als een klant een product wil retourneren.

Slide 13 - Tekstslide

Leg uit wat een retourformulier is en waarvoor het dient.
Kredietlimiet
Veel bedrijven verkopen ook producten of diensten op rekening. Dit betekent dat de klant niet direct betaalt, maar pas later. Dit is een risico voor een bedrijf: sommige klanten betalen niet, terwijl de producten of diensten al wel geleverd zijn. Met als gevolg dat er betalingsherinneringen en aanmaningen verstuurd moeten worden. Maar ook dat helpt niet altijd. Wanneer een klant failliet gaat, valt er soms niets meer te halen. Werken met een kredietlimiet is een belangrijke manier om dit soort grote problemen te voorkomen!

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Schrijf in je eigen woorden op wat een kredietlimiet precies is

Slide 15 - Open vraag

voorbeeld: met je credit card kan je maximaal 5000 euro uitgeven. als je meer uitgeeft zijn daar kosten en strafmaatregelen aan verbonden.
SPL
Ga de opdrachten 1,2,3,4 in de les maken

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 17 - Link

Deze slide heeft geen instructies

Opdrachten 1,2,3,4 bespreken
Klassikaal
Elkaars opdrachten nakijken

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

Slide 19 - Open vraag

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.
Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

Slide 20 - Open vraag

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.
Welke werkprocessen moet je kunnen uitvoeren?
P2-K1-W2 Voert financiële processen uit
Je verwerkt financiële gegevens in geautomatiseerde systemen. 
Je codeert, controleert en registreert financiële documenten en voert de gegevens in de geautomatiseerde systemen. 
Je stelt zelfstandig financiële documenten op, voorziet ze van een code en registreert de opgestelde financiële documenten. Je voert de meest voorkomende financiële calculatie en processen uit. 
Bij afwijkingen of bijzonderheden overlegt je met de opdrachtgever. 
Je werkt volgens procedures en je bent je bewust dat je werkt met vertrouwelijke en gevoelige informatie.

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies