4.1 Wereld: Een wereld van verschillen

4.1 Een wereld van verschillen
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 40 min

Onderdelen in deze les

4.1 Een wereld van verschillen

Slide 1 - Tekstslide

Planning
week 13: Introductie en Zoeken in de atlas


week 14: 4.1 Een wereld van verschillen

week 15: 4.2 Meten van welvaart en welzijn
        4.3 Ongelijkheid in arme en rijke landen

week 16: 4.4 Globalisering verandert de      wereld

Week 17 en 18: Meivakantie 




Slide 2 - Tekstslide

Lees de leerdoelen van paragraaf 4.1.
Welk leerdoel weet, begrijp of kan je al?
Herkennen van welvaart en armoede in een land .
Armoedegrens in een rijk land hoger ligt dan in een arm land.
Met cijfers/kaarten aantonen wat een rijk of arm land is.

Slide 3 - Poll

Je kunt de wereld opdelen in het rijkere noorden en het armere zuiden.
Arme landen worden ook wel ontwikkelingslanden genoemd. 
.
rm

Slide 4 - Tekstslide

De afgelopen 20 jaar is het deel van de wereldbevolking dat in extreme armoede leeft…
A
bijna verdubbeld
B
ongeveer gelijk gebleven
C
bijna gehalveerd

Slide 5 - Quizvraag

Hoeveel meisjes in de lage-inkomenslanden maken de basisschool af?

A
20%
B
40%
C
60%

Slide 6 - Quizvraag

Hoeveel mensen op de wereld hebben enige toegang tot elektriciteit?

A
20%
B
50%
C
80%

Slide 7 - Quizvraag

Armoede in de wereld
De armoedegrens geeft aan hoeveel geld je elke dag nodig hebt voor eten, een onderdak en kleding.

Wat kun je zien in de grafiek hiernaast:
  • In de wereld zijn grote verschillen in armoede:
  • De armoede in de wereld lijkt minder te worden.
  • Afrika ten zuiden van de Sahara blijft achter ten opzichte van andere gebieden.

Armoede per regio %

Slide 8 - Tekstslide

Big Mac Index
Hoe hoog de armoedegrens van een land is, hangt af van de prijzen in dat land.

Met 3 euro op zak kun je in sommige landen geen Big Mac kopen!


Slide 9 - Tekstslide

De koopkracht is hoeveel je mag kopen.
A
goed
B
fout

Slide 10 - Quizvraag

Scharreleconomie
In rijke landen hebben de meeste mensen werk. Bij werkloosheid is er vaak een uitkering mogelijk.

In Afrika ten zuiden van de Sahara hebben weinig mensen een baan. Uitkeringen krijgen de mensen niet, ze zijn straathandelaar, gids voor toeristen. Deze mensen verdienen geld in de scharreleconomie.

Slide 11 - Tekstslide

In rijke landen werken veel mensen in de dienstensector of in de industrie. In de landbouw worden veel machines gebruikt.
In arme landen werken veel mensen in de landbouw, maar er is weinig geld en kennis om machines te gebruiken.

Slide 12 - Tekstslide

Onderwijs

Slide 13 - Tekstslide

School in Afrika
In Afrika naar school gaan is niet zo normaal als in Nederland. 

Wat zijn de verschillen?
  • klassen zitten erg vol
  • kinderen delen pen en boeken
  • docenten verdienen erg weinig

Slide 14 - Tekstslide

Studieplanner


Maak de opdrachten volgens je eigen studieplanner.

Slide 15 - Tekstslide

Hoe duidelijk vond je deze LessonUp?
0100

Slide 16 - Poll