Instructie schrijven

Instructie schrijven 1.3
1 / 30
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMBOStudiejaar 3

In deze les zitten 30 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Instructie schrijven 1.3

Slide 1 - Tekstslide

Doel van deze les: 

Je weet hoe je een instructie moet schrijven.

Slide 2 - Tekstslide

Instructie schrijven 1.3

Slide 3 - Tekstslide

Wat is een instructie?
A
Een uitleg
B
een samenvatting

Slide 4 - Quizvraag

Instructie

Hier leg je uit hoe je iets moet doen of hoe iets werkt. 



Slide 5 - Tekstslide

Vaste regels instructie



- een kopje (titel) 
- benodigdheden 
- een inleiding 
- de stappen
- algemene opmerkingen (eventueel)

Slide 6 - Tekstslide

- stappen nummeren
- begin elke stap met een werkwoord in de gebiedende wijs
- zinnen niet langer dan 10 tot 12 woorden
- afbeeldingen toevoegen (afwegen wanneer)
- juiste verhoudingen: tekst, wit en afbeeldingen
Opmaak en Taalgebruik

Slide 7 - Tekstslide

Doe-woorden! 


In elke instructie staan dwingende 
woorden: 

Pak dit, Roer dat, Draai het

Hiermee begin je je korte zin in een
 instructie. 

Slide 8 - Tekstslide

Waar let je op? Punt 1: uitleg in stappen.

1. elke stap nummer je 




  • je zet streepjes of puntjes neer  

Ten derde:  je gebuikt signaalwoorden: dan, vervolgens, ten derde 
Of
Of

Slide 9 - Tekstslide

Stap 2: het resultaat 

Bij elke stap benoem je het resultaat; check voor de maker.

Slide 10 - Tekstslide

Stap 3: 

Gebruik afbeeldingen om het duidelijker te maken 

Slide 11 - Tekstslide

Noem voorbeelden van
een instructie:

Slide 12 - Woordweb

Voor wie? 

Voor mensen die vaak geen idee 
hebben hoe het moet! 

Hou dit bij elke stap in je hoofd!! 

Slide 13 - Tekstslide

Klaar? 

Check dan of je echt alle stappen in je instructie hebt! 


Slide 14 - Tekstslide

Wat zijn kenmerken van een instructie?

Slide 15 - Open vraag

De opdrachten voor vandaag: 

Boek B bladzijde 84 t/m 86 

Opdracht 1 tot en met 2
(straks ook 3)  


Slide 16 - Tekstslide

Doel van deze les: 

Je weet hoe je een instructie moet schrijven.

Slide 17 - Tekstslide

Wat is een instructie?
A
Een uitleg
B
een samenvatting

Slide 18 - Quizvraag

Instructie

Hier leg je uit hoe je iets moet doen of hoe iets werkt. 



Slide 19 - Tekstslide

Vaste regels instructie



- een kopje (titel) 
- benodigdheden 
- een inleiding 
- de stappen
- algemene opmerkingen (eventueel)

Slide 20 - Tekstslide

- stappen nummeren
- begin elke stap met een werkwoord in de gebiedende wijs
- zinnen niet langer dan 10 tot 12 woorden
- afbeeldingen toevoegen (afwegen wanneer)
- juiste verhoudingen: tekst, wit en afbeeldingen
Opmaak en Taalgebruik

Slide 21 - Tekstslide

Doe-woorden! 


In elke instructie staan dwingende 
woorden: 

Pak dit, Roer dat, Draai het

Hiermee begin je je korte zin in een
 instructie. 

Slide 22 - Tekstslide

Waar let je op? Punt 1: uitleg in stappen.

1. elke stap nummer je 




  • je zet streepjes of puntjes neer  

Ten derde:  je gebuikt signaalwoorden: dan, vervolgens, ten derde 
Of
Of

Slide 23 - Tekstslide

Stap 2: het resultaat 

Bij elke stap benoem je het resultaat; check voor de maker.

Slide 24 - Tekstslide

Stap 3: 

Gebruik afbeeldingen om het duidelijker te maken 

Slide 25 - Tekstslide

Noem voorbeelden van
een instructie:

Slide 26 - Woordweb

Voor wie? 

Voor mensen die vaak geen idee 
hebben hoe het moet! 

Hou dit bij elke stap in je hoofd!! 

Slide 27 - Tekstslide

Klaar? 

Check dan of je echt alle stappen in je instructie hebt! 


Slide 28 - Tekstslide

Wat zijn kenmerken van een instructie?

Slide 29 - Open vraag

De opdrachten voor vandaag: 

Boek B bladzijde 84 t/m 86 

Opdracht 1 tot en met 2
(straks ook 3)  


Slide 30 - Tekstslide