Marketing les 12a

Vraag 5 
Een zorginstelling voor dementerende ouderen maakt een omgevingsanalyse. Geef bij elk van onderstaande ontwikkelingen aan bij welk onderdeel van de DESTEP ze horen?
 


A. = Dit is een economische omgevingsfactor: het gaat om koopkracht en bestedingsvermogen.
B. = Dit is een ecologische omgeving.
C. = Dit is de technologische omgeving.
D.= Dit is de demografische omgeving.
F. = Dit is de sociaal-culturele omgeving.

1 / 30
volgende
Slide 1: Tekstslide
MarketingMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 30 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 64 min

Onderdelen in deze les

Vraag 5 
Een zorginstelling voor dementerende ouderen maakt een omgevingsanalyse. Geef bij elk van onderstaande ontwikkelingen aan bij welk onderdeel van de DESTEP ze horen?
 


A. = Dit is een economische omgevingsfactor: het gaat om koopkracht en bestedingsvermogen.
B. = Dit is een ecologische omgeving.
C. = Dit is de technologische omgeving.
D.= Dit is de demografische omgeving.
F. = Dit is de sociaal-culturele omgeving.

Slide 1 - Tekstslide

Herhaling lesstof
Ansoff Groeistrategieën 

Slide 2 - Tekstslide

Nieuwe theorie 

Slide 3 - Tekstslide

Marktbenaderingsstrategie/ segmentatiestrategie
  • Als je m.b.v. Ansoff je Groeistrategie hebt bepaald
  • Daarna bepaal je je marktbenaderingsstrategie

  • D.m.v marktsegmentatie deel je de markt op in verschillende groepen afnemers



Slide 4 - Tekstslide

Marktbenaderingsstrategie / segmentatiestrategie
  • Ongedifferentieerde marketingstrategie
    1 bedrijfsformule voor de gehele markt 
  • Geconcentreerde marketingstrategie (nichestrategie)
    =
    1 bedrijfsformule op een segment van de markt 

  • Gedifferentieerde marketingstrategie
  • Verschillende bedrijfsformules op verschillende segmenten van de
  •  markt



Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Contrasegmentatie
= voegt een bedrijf één of meer segmenten samen in één marktbenadering. Hierdoor wordt het een groter segment en kun je de marketinginstrumenten efficiënter inzetten.
 Dit gebruik je als de segmenten te klein worden om effectief te benaderen

Slide 8 - Tekstslide

Kannibalisatie
 = verkoop van een nieuw product gaat ten koste van de verkoop van een bestaand product of soortgelijk product (van dezelfde fabrikant)

Slide 9 - Tekstslide

Segmentatie
  • Doelgroep = nauwkeurig omschreven groep potentiële klanten met dezelfde voorkeuren waarop je je marketinginstrumenten richt
  • Segmenteren = Opsplitsen van de totale markt in segmenten op basis van kenmerken.

  • Marktsegment = groep klanten met gemeenschappelijke kenmerken



Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Voorwaarden effectieve segmentatie:

Segmentatiecriteria zijn criteria waaraan een segment moet voldoen. Dit zijn de volgende kenmerken:

 
Homogeen = Binnen een segment moet de respons op een marketingactiviteit zoveel mogelijk homogeen zijn. 
Voldoende omvang = Een segment moet winstgevend zijn en een te klein segment kan niet winstgevend worden.  
Meetbaar = Klanten moeten worden gelabeld zodat we kunnen zien tot welk segment ze behoren. Pas dan is ook meetbaar welke effecten marketingacties hebben op een segment.  
Bereikbaar = Het moet mogelijk zijn met een segment te kunnen communiceren.

Slide 12 - Tekstslide

Segmentatiecriteria voor consumenten:

  • Geografische criteria ( gemeente, provincies, landen)
  • Demografische criteria (leeftijd, geslacht, grootte en samenstelling gezin, etnische afkomst)
  • Socio-economische criteria (inkomen)
  • Gedragscriteria (normen & waarden, gewoonten (cultuur) interesses, lifestyle, winkeltrouw)




Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Let op! 
Segmentatie criteria lijken op DESTEP maar zijn dus niet hetzelfde!

Slide 15 - Tekstslide

HUISWERK VOOR DONDERDAG

  • Meerkeuzevragen (Teams)
  • Casus Team LiGA (Teams)

Slide 16 - Tekstslide

Huiswerk Tracking Masters

Slide 17 - Tekstslide

1. Noem vier belangrijke aspecten van de externe omgeving van Tracking Master bv die in de tekst besproken zijn.

- afnemersgedrag
- concurrentiesituatie
- economische ontwikkelingen
- technologische ontwikkelingen.

Slide 18 - Tekstslide

2. Welk niveau hoort bij de antwoorden van vraag 1: micro-, meso- of macroniveau?

- afnemersgedrag: mesoniveau
- concurrentiesituatie: mesoniveau
- economische ontwikkelingen: macroniveau
- technologische ontwikkelingen: mesoniveau

Slide 19 - Tekstslide

3. Welke kansen, bedreigingen, sterktes en zwaktes zie jij voor Tracking Master bv?

Kansen: economie trekt aan, ATB-fiets populairder, e-bike rukt op, bestedingen aan luxegoederen nemen verder toe, gestegen consumentenvertrouwen, export naar Europa en de VS. 
Bedreigingen: concurrentie uit Azië, waarschijnlijk later ook in het topsegment.

Sterktes: gericht op het topsegment, vooroplopend in productontwikkeling.
Zwaktes: prijsstelling is hoger dan die van concurrenten.

Slide 20 - Tekstslide

4. Noem drie belangrijke aspecten die in de interne analyse van Tracking Master bv waarschijnlijk aan bod zullen komen.

- huidig marketingbeleid
- financiële situatie
- R(esearch) & D(evelopment)-capaciteiten.

Slide 21 - Tekstslide

5. Wat is het strategische marketingdoel van Tracking Master bv?

Over vier jaar een omzet van € 18 miljoen x 1,5 = 27 miljoen. Daarnaast een begin maken met de export van fietsen.

Slide 22 - Tekstslide

6. Zou jij het strategische marketingdoel van Tracking Master bv SMART noemen? Waarom wel of juist niet?

S: de doelstelling is specifiek wat betreft wat Tracking Master bv wil bereiken.
M: de doelstelling is goed meetbaar, namelijk 15% omzetgroei in vier jaar.
A: of de doelstelling acceptabel is, is moeilijk te beoordelen op basis van de tekst.
R: is niet goed te bepalen, maar gezien alle kansen lijkt de doelstelling wel realistisch.
T: na vier jaar, dus tijdgebonden.

Slide 23 - Tekstslide

7. Vind jij dit doel een echt marketingdoel of juist niet? Motiveer je antwoord.

Ja, het gaat om een omzetstijging van 15% en dat bereik je door marketing.

Slide 24 - Tekstslide

8. Hoe zou jij de missie van Tracking Master bv kunnen formuleren?

Bijvoorbeeld: ‘Tracking Master bv wil een bijdrage leveren aan de actieve en sportieve ontspanning van mensen door kwaliteitsfietsen te verkopen.’ Het is leuk om dat in een pay-off te verpakken: ‘kwaliteit voor sportieve beweging’. 

Slide 25 - Tekstslide

9. Formuleer enkele kernwaarden voor Tracking Master bv.

In het antwoord moet staan dat het ze om kwaliteit gaat en dat ze mensen willen helpen om gezond te bewegen.
Bijvoorbeeld:
- kwaliteit leveren
- gezond bewegen
- vooroplopen in technologische ontwikkelingen.

Slide 26 - Tekstslide

10. Formuleer de visie van Tracking Master bv.

Aansluiting vinden bij de kopgroep van fabrikanten van ATB-fietsen in het hogere segment.

Slide 27 - Tekstslide

11. Hoe zou jij de corebusiness van Tracking Master bv definiëren?

Bijvoorbeeld: ATB-fietsen aanbieden in het hogere segment. 

Slide 28 - Tekstslide

12. Geef met enkele steekwoorden aan wat in de business definition van Tracking Master bv zal staan.

De business definition brengt het speelveld van de organisatie in kaart. Dus: Wat doe je nu en wat zou je op je werkterrein nog meer kunnen doen? Voor Tracking Master bv betekent dit in elk geval de markt van ATB-fietsen en dan vooral het hogere assortiment daarin. Op hetzelfde speelveld kunnen ze bijvoorbeeld ook kijken naar iets lagere segmenten, andere exportmarkten dan die de tekst noemt of de toepassing van ontwikkelde technologieën in andere producten. Ook het toepassen van zinvolle productontwikkelingen in het eigen product zou je tot de business definition kunnen rekenen.

Slide 29 - Tekstslide

13. Welke PMC’s heeft Tracking Master bv volgens jou in het assortiment?

In een PMC koppel je een product of productgroep aan een doelgroep.
In dit geval gaat het maar om één PMC: hoogwaardige ATB-fietsen voor de echte liefhebbers die het zich kunnen veroorloven.

Slide 30 - Tekstslide