*Begrijpend lezen H4, havo 2

klas V2 -Begrijpend lezen - nn6 

Hoofdstuk 4


- feiten
- meningen 
- argumenten
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare school

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

klas V2 -Begrijpend lezen - nn6 

Hoofdstuk 4


- feiten
- meningen 
- argumenten

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen
Na deze lessen kun je: 
- feiten herkennen en formuleren
- meningen herkennen en formuleren
- argumenten herkennen en formuleren
- onderscheid maken tussen standpunten en argumenten

Slide 2 - Tekstslide

Maak van de onderstaande woorden twee groepen.
aantrekkelijk belachelijk blokjespatroon eng kaal hoofd lelijk mooi oorbellen piercings walgelijk zwarte baard gezellig zwarte tong tatoeages

Slide 3 - Tekstslide



aantrekkelijk
belachelijk
eng
lelijk
mooi
walgelijk
gezellig


blokjespatroon
kaal hoofd
oorbellen
piercings
zwarte baard
zwarte tong
tatoeages

Slide 4 - Tekstslide

meningen:

aantrekkelijk
belachelijk
eng
lelijk
mooi
walgelijk
gezellig
Feiten:

blokjespatroon
kaal hoofd
oorbellen
piercings
zwarte baard
zwarte tong
tatoeages

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Video

Feiten en meningen
Een feit is iets waarvan je kunt controleren of het waar is of niet. 

Een mening (of een standpunt) is wat iemand van iets vindt. Met deze mening kun je het eens of oneens zijn. 

Een mening herken je vaak aan de volgende signaalwoorden: 
ik vind, volgens mij, lijkt mij, naar mijn mening, mijns inziens 

Slide 8 - Tekstslide

Argumenten
Als een auteur zegt waarom hij/zij iets vindt, 
dan gebruikt hij/zij één of meerdere 
argumenten (redenen). 

Argumenten herken je vaak aan de volgende signaalwoorden: 
want, omdat, namelijk, immers. 
Feitelijke argumenten zijn het sterkst om iemand te overtuigen.

Slide 9 - Tekstslide

Feit of mening:

Veel dunne mensen hebben mijns inziens een eetprobleem.
A
feit
B
mening

Slide 10 - Quizvraag

Feit of mening:

In het reglement staat: 'Ben je te laat, meld je dan bij de conciërge.'
A
feit
B
mening

Slide 11 - Quizvraag

Feit of mening:

Merijn leest nooit in de boeken die zijn moeder uit de bibliotheek haalt.
A
feit
B
mening

Slide 12 - Quizvraag

Feit of mening:

Sven had precies een half uur nodig om zijn haar in model te brengen.
A
feit
B
mening

Slide 13 - Quizvraag

Wat is het standpunt en wat is het argument in onderstaande zin?

Omdat sommige leerlingen faalangstig zijn, geeft meneer Vonk geen onverwachte so's.

Slide 14 - Open vraag

Veel dunne mensen hebben mijns inziens een eetprobleem.
In het reglement staat: 'Ben je te laat, meld je dan bij de conciërge.'
Merijn leest nooit de boeken die zijn moeder uit de bibliotheek haalt.
Mark had precies een half uur nodig om zijn haar in model te brengen.
Ali vindt dat Gouda een grote stad is.
feit
feit
feit
mening
mening

Slide 15 - Sleepvraag

Slide 16 - Tekstslide