Les 3 Digitale vaardigheden
1 / 15
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 2 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 3 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 4 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 5 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Je bent vanochtend opgestaan en nu op school. Hoeveel apps heb je intussen al doorgenomen in die tijd?
Slide 6 - Woordweb
Vertel hoe jij zelf de dag doorkomt in gebruik van smartphone, tablet, computer. Trigger leerlingen
om na te gaan welke apps zij gebruiken, en maak ze bewust van gebruik dat ze zelf niet doorhebben.
Denk bijv. aan cijfers opvragen, rooster, buienradar, bank etc.
Ga verder in op gezondheidsapps: check je jouw schermtijd, focus, app-gebruik etc.?
Maak nu een onderscheid in prive en werk: welke apps gebruik je specifiek voor een of ander?
Waarom vind jij het belangrijk om uit
te zoeken wat je online doet?
te zoeken wat je online doet?
Slide 7 - Open vraag
Leg uit dat slim met apps omgaan betekent dat je de juiste apps gebruikt, op een voor jou goede
manier en zonder dat het een tijdvreter wordt. Pak je smartphone erbij en kijk eens kritisch naar
de apps die je erop hebt staan. Heb je écht alles nodig wat erop staat? Durf de bezem er gelijk
rigoureus doorheen te halen en gooi apps die teveel tijd vreten er gewoon vanaf. Belangrijk: laat
de verwijderde apps minimaal gedurende de tijd die je nodig hebt om een nieuwe gewoonte aan
te leren van je telefoon af, zo geef je je brein ook écht de kans om eraan te wennen.
Ik wil wat minder tijd nutteloos scrollen op mijn telefoon
Ik wil beter zicht hebben op welke apps ik op welke manier gebruik
Ik wil mindfull met mijn telefoongedrag omgaan.
Slide 8 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 9 - Tekstslide
In deze les staan de online profielen centraal. Vertel aan de leerlingen dat we het over hun profiel gaan
hebben, die de ene keer een positief en de andere keer een negatief beeld achterlaten bij anderen.
Met de keuze van hun foto’s, berichten en bio's bouwen ze een eigen reputatie op: de kijker ‘vindt’ iets
hiervan. Veelal onbedoeld draagt een leerling deze reputatie met zich mee: een reeks online foto’s
geeft niet het volledige beeld van het (echte) leven. In deze les wordt ingegaan op de keuze van de
leerling en de ontvangst door de kijker.
Op welke sociale media bekijken de leerlingen elkaar en zichzelf? Wat is populair?
Wat voor soort foto’s vinden de leerlingen positief en wat voor soort vinden ze negatief?
Wat vinden de leerlingen van foto’s waar iemand zich (te) bloot op laat zien (sexting)?
Waar ligt hun grens? Welke foto’s zouden ze wel van zichzelf posten en welke niet?
Welke foto’s zouden ze van anderen wel en juist niet willen zien?
Is een foto met een ‘duckface’ positief of negatief?
Welke berichten zijn niet 'handig'?
Hebben de leerlingen al een zakelijk account op een profiel? Bijv. Linkedin.
Zorg dat elke leerling even aan de beurt komt. Creeer een veilige omgeving
voor de opdracht.
Opdracht: https://www.linkedin.com/help/linkedin/answer/a551417/hoe-maak-ik-een-goed-linkedinprofiel-?lang=nl lees deze tips en trucs goed door.
Slide 10 - Tekstslide
?
Beoordelen van elkaars profielen, maar ook het beslissen om een foto of
bericht online te zetten, heeft alles met gevoel te maken. Wanneer voelt
een foto goed en wanneer niet en hoe komt dat? We gaan zo een oefening
doen waar ons gevoel over foto’s een belangrijke rol speelt, daarom doen
we weer eerst even de Bodyscan. Laat de leerlingen gedurende één minuut
hun ogen sluiten en laat hen ontspannen op hun stoel zitten. Laat hen hun
aandacht richten op uw stem.
voeten?
Voel je tenen eens. Voel je die goed? Wiebel je tenen eens. Hoe voelt dat?
Nu gaan we eens naar de enkels. Hoe voelen deze? Kan je ze een beetje buigen? Zijn ze
soepel of zijn ze stijf?
Dan gaan we langs je kuiten naar je knieën. Kun je deze goed voelen? Buig ze maar even. Hoe
voelt dat?
Dan gaan we langs je bovenbenen naar je heupen. Zit je goed op je stoel? Voel je de druk van
de stoel op je zitvlak? Beweeg je bovenlichaam eens naar links, naar rechts, naar voren en
weer naar achteren. Hoe voelt dat in je heupen? Gaat dan gemakkelijk of ben je een beetje
stijf?
Dan gaan we naar je navel. Hoe voelt het in je buik? Is het daar rustig? Ofben je daar
onrustig? Voel dat eens goed.
Dan gaan we van je onderrug, langs je ruggengraat naar je schouders toe. Hoe voelen je
schouders? Zijn ze ontspannen of houd je ze een beetje strak of gespannen?
Til je schouders nu eens heel langzaam omhoog naar je oren. Steeds een stukje verder
omhoog. Houd ze daar eens even vast. En laat ze dan in één keer vallen en adem daarbij hard
uit. Doe dat nog eens.
Dan gaan we via je keel naar je gezicht. Hoe voelt je gezicht? Zijn je mondspieren, je wangen en
je oogspieren goed ontspannen?Laat deze spieren eens even los.
Dan gaan we naar je voorhoofd. Hoe voelt je voorhoofd? Voel dat eens goed. Ontspan je
voorhoofd zoveel mogelijk.
Dan gaan we naar de kruin. Het hoogste puntje van je hoofd. Hoe voelt het daar?
Doe nu langzaam je ogen weer open.
Bodyscan
Afsluiting
Hoe vond je deze oefening?
Wat voelde je tijdens de oefening?
En waar voelde je dat?
Viel het je ook op hoe rustig het werd in de klas?
Stel de afsluitende vragenset en laat iedere
Slide 11 - Tekstslide
Laat studenten de tabel invullen en vervolgens een profiel aan te maken op Linkedin (eventueel als huiswerk)
Motivatie vraag: Waarom is het voor jou belangrijk om te zorgen dat
mensen een positief beeld in de sociale media van jou krijgen? Wat
levert dat je op?
Strategie vraag: Wat kun je doen om te zorgen dat mensen een
positief beeld in de sociale mediavan jou krijgen? Hoe kun je jezelf
helpen herinneren als je bezig bent met sociale media?
Slide 12 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 13 - Tekstslide
https://mbomediawijs.nl/wp-content/uploads/2019/11/bijlage-2-kijkersvragen-chatten.pdf OPDRACHT PRINTEN
Slide 14 - Tekstslide
Laat studenten de test doen uit de link en bespreek de resultaten. Bekijk daarna samen de afbeelding!
Slide 15 - Tekstslide
Wat is er allemaal strafbaar online?
Eigenlijk is dat antwoord heel gemakkelijk: wat je in het echte leven niet mag, mag je op het internet ook niet! Er gelden namelijk dezelfde wetten en regels die vastgelegd zijn in het wetboek van strafrecht.
Strafbare feiten zijn op internet wel lastiger te herkennen en ook niet altijd zichtbaar. Een goed voorbeeld hiervan is bedreiging: Als je op straat iemand bedreigt, is dat heel zichtbaar. En als je daarbij ook nog eens geweld gebruikt, is het bovendien heel duidelijk dat je een grens overgaat en iets doet wat niet mag. Als je iemand via bijvoorbeeld WhatsApp bedreigt, lijkt het misschien minder erg of serieus. Maar dat is het natuurlijk niet! Ook al sta je niet in levende lijven tegenover iemand, het is net zo goed een bedreiging en dus strafbaar.
Vraag het de politie: Wat mag wel en niet online?
Vrij land
We leven in een vrij land, waarin we vinden dat je alles moet kunnen zeggen. Maar daar zijn wel grenzen aan. Die worden niet alleen bepaald door de wet, maar ook door onszelf, in de vorm van fatsoensregels. We noemen dat ‘nettiquette’ ( de etiquette op het net) als het om online communicatie gaat.
Die grenzen staan niet vast. Daardoor moeten we dus altijd met elkaar in gesprek blijven; ervaringen, gevoelens en meningen delen en naar elkaar luisteren. Dat is maar goed ook, want als je luistert, leer je wat andere voelen en dat ze gekwetsts kunnen zijn op momenten dat jij dat zelf helemaal niet zou zijn., Of andersom natuurlijk. Het is, tot de wet de grenzen aangeeft, aan onszelf of we daar rekening mee willen houden of niet.
Hoe dan ook; je bent zelf verantwoordelijk voor de gevolgen van je gedrag, dus ook voor je online gedrag; ook als je je berichten anoniem plaatst.
