In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 50 min
Onderdelen in deze les
D-Toets
Slide 1 - Tekstslide
dit is de d toets
Slide 2 - Tekstslide
"Voor en na de wedstrijd hebben supporters zich in Rome ernstig misdragen" - Wat is de persoonsvorm?
A
supporters
B
hebben
C
misdragen
D
ernstig
Slide 3 - Quizvraag
"Voor en na de wedstrijd hebben supporters zich in Rome ernstig misdragen" - Wat is het onderwerp
A
Supporters in Rome
B
Voor en na de wedstrijd
C
Supporters zich in Rome ernstig
D
Supporters
Slide 4 - Quizvraag
"Voor en na de wedstrijd hebben supporters zich in Rome ernstig misdragen" - Wat is de bwb?
A
In Rome
B
Voor en na
C
ernstig misdragen
D
Voor en na de wedstrijd
Slide 5 - Quizvraag
"Voor en na de wedstrijd hebben supporters zich in Rome ernstig misdragen" is er een verplicht wederkerend, toevallig wederkerend of niet-wederkerend werkwoord in de zin?
A
Verplicht wederkerend
B
Toevallig wederkerend
C
niet-wederkerend
D
ernstig-wederkerend
Slide 6 - Quizvraag
"Voor en na de wedstrijd hebben supporters zich in Rome ernstig misdragen" - Wat is het lijdend voorwerp?
A
In Rome
B
De wedstrijd
C
Supporters
D
\
Slide 7 - Quizvraag
ow
wg
lv
mv
bwb
wed.ww
Dankzij mijn mobieltje
kan
ik
me
tegenwoordig
prima
vermaken
in mijn eentje.
Slide 8 - Sleepvraag
Nederland heeft veel onderzoekers voortgebracht, maar wie was de grootste? (noteer de structuur)
A
Hz + Hz (nevenschikking)
B
Hz + Bz (onderschikking)
C
Bz + Hz (onderschikking)
D
Bz + Bz (nevenschikking)
Slide 9 - Quizvraag
Quest stelde die vraag aan wetenschappers en enkele resultaten volgen hier. (noteer de structuur)
A
Hz + Hz (nevenschikking)
B
Hz + Bz (onderschikking)
C
Bz + Hz (onderschikking)
D
Bz+ Bz (nevenschikking)
Slide 10 - Quizvraag
Omdat hij licht beschreef als golfverschijnsel, staat Christiaan Huygens op een. (noteer de structuur)
A
Hz + Hz (nevenschikking)
B
Hz + Bz (onderschikking)
C
Bz + Hz (onderschikking)
D
Bz + Bz (nevenschikking)
Slide 11 - Quizvraag
Welk voegwoord is GEEN onderschikkend voegwoord
A
terwijl
B
voordat
C
dus
D
mits
Slide 12 - Quizvraag
Welk voegwoord is een nevenschikkend voegwoord?
A
aangezien
B
want
C
omdat
D
voodat
Slide 13 - Quizvraag
Zodra Elise terugkomt, smijt ze de tas weg. Welk zinsdeel is de bijzin
A
lv-zin
B
bwb-zin
C
ow-zin
D
mv-zin
Slide 14 - Quizvraag
Dit artikel beschrijft hoe duurzame energievoorziening zich zal ontwikkelen. Welk zinsdeel is de bijzin?