T3

Tussenstop 3
p. 205
1 / 40
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsSecundair onderwijs

In deze les zitten 40 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Tussenstop 3
p. 205

Slide 1 - Tekstslide

timer
3:00

Slide 2 - Tekstslide

Welke woorden heb jij gevonden?

Slide 3 - Open vraag

TIP: Check je woordenlijst p. 217-218
timer
2:00

Slide 4 - Open vraag

Slide 5 - Tekstslide

3. a) Welke van deze woorden hebben een positieve connotatie?
oogverblindend – rasecht – troosteloos – verbluffend – woelig
A
oogverblindend - rasecht- troosteloos
B
rasecht - troosteloos - woelig
C
oogverblindend - rasecht - verbluffend
D
rasecht - verbluffend - woelig

Slide 6 - Quizvraag

Slide 7 - Tekstslide

Welk woord hoort niet thuis in de rij?
mistroostig - empathisch - bizar -somber
A
mistroostig
B
empatisch
C
bizar
D
somber

Slide 8 - Quizvraag

Slide 9 - Tekstslide

Maak oefening 4
p. 206
timer
4:00

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Maak oefening 5
p. 206
timer
8:00

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Maak oefening 6
p. 207

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Maak oefening 1
p. 208

TIP: Check je woordenschatlijst!
timer
10:00

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

Maak oefening 2
p. 208
timer
3:00

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Tekstslide

Geef een voorbeeld van een ontkennende zin?

Slide 23 - Open vraag

Welke zin is géén vragende zin?
A
Oei, heb jij de appeltaart laten vallen?
B
Oma, mag ik straks videogamen?
C
Oei, ik heb de appeltaart laten vallen!
D
Wanneer heb je voor het laatst jouw agenda nagekeken?

Slide 24 - Quizvraag

Welke zin is een bevelende zin?
A
Ik zou het fijn vinden als je nu opruimt.
B
Wauw, wat een puinhoop!
C
Neem je jas van de stoel en hang ze op de kapstok.
D
Alle bovenstaande zinnen zijn bevelende zinnen.

Slide 25 - Quizvraag

Geef een voorbeeld van een uitroepende zin?

Slide 26 - Open vraag

Maak oefening 3
p. 209
timer
2:00

Slide 27 - Tekstslide

Slide 28 - Tekstslide

Slide 29 - Tekstslide

Maak oefening 4
p. 210
timer
4:00

Slide 30 - Tekstslide

Slide 31 - Tekstslide

Slide 32 - Tekstslide

Maak oefening 5
p. 210
timer
2:00

Slide 33 - Tekstslide

Slide 34 - Tekstslide

Maak oefening 6
p. 211
timer
6:00

Slide 35 - Tekstslide

Slide 36 - Tekstslide

Slide 37 - Tekstslide

Slide 38 - Tekstslide

Maak oefening 7
p. 212
timer
5:00

Slide 39 - Tekstslide

Slide 40 - Tekstslide