3.1 Organismen in hun omgeving oefeningen 3M JdR
1 / 12
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Temperatuur is ....
A
Een abiotische factor
B
Een biotische factor
C
Geen biotische en geen abiotische factor
Slide 2 - Quizvraag
De hoeveelheid voedsel is een ____________ factor
A
Biotisch
B
Abiotisch
Slide 3 - Quizvraag
De hoeveelheid zuurstof in de lucht is een _________ factor
A
Biotisch
B
Abiotisch
Slide 4 - Quizvraag
Concurrentie is een ___________ factor
A
Biotisch
B
Abiotisch
Slide 5 - Quizvraag
Is het eiland IJburg een ecosysteem?
A
Ja
B
Nee
Slide 6 - Quizvraag
voorjaarsbloeiers
Klimplanten
wortelrozetten
woestijnplanten
bloeien voordat er bladeren aan de bomen komen
zorgen ervoor dat de planten genoeg ruimte voor zichzelf hebben, zodat hij genoeg mineralen en water tot zijn beschikking heeft.
groeit langs de boomstam richting het licht.
hebben aanpassingen om waterverlies tegen te gaan. (bijna geen bladeren, dikke waslaag, of een dikke bladeren
Slide 7 - Sleepvraag
Zoogdieren en vogels zijn warmbloedig, wat betekent dat?
Slide 8 - Open vraag
Een mens heeft
A
knipkiezen en hoektanden
B
knobbelkiezen, hoektanden en snijtanden
C
richelkiezen en snijtanden
Slide 9 - Quizvraag
Een mens is een ...
A
omnivoor
B
carnivoor
C
herbivoor
Slide 10 - Quizvraag
Een kievit is een weidevogel, welke poten zal de kievit hebben?
A
Klimpoten
B
zwempoten
C
grijppoten
D
steltpoten
Slide 11 - Quizvraag
De kerkuil is een echte jager. Het liefst pakt hij muizen om op te eten. Welke poten zal een steenuil hebben?
A
Steltpoten
B
Grijppoten
C
klimpoten
D
zwempoten
