Hoe kun je soms een standpunt herkennen?
Signaalwoorden: ik vind, volgens mij, ik denk dat, dan ook, dus, daarom, kortom, ...
Het standpunt wordt niet altijd expliciet genoemd; het kan ook impliciet (indirect) verwoord worden.
-Is het echt nodig om zoveel vakantiefoto's te posten? Standpunt: Ik vind dat je te veel
vakantiefoto's post. (retorische vraag)
- Het transferbedrag voor die voetballer is 200 miljoen dollar; alsof hij Messi is.
Standpunt: Volgens mij is die voetballer voor veel te veel geld aangekocht. (vergelijking)