Formuleren H3 - Verbanden tussen (delen van) zinnen
Pak je leesboek en ga lekker lezen!
timer
15:00
1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1
In deze les zitten 15 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 60 min
Onderdelen in deze les
Pak je leesboek en ga lekker lezen!
timer
15:00
Slide 1 - Tekstslide
Wat gaan we deze les doen?
Wat weet je al?
Uitleg Formuleren H3
Zelf aan de slag!
Slide 2 - Tekstslide
Voor we starten....
Noteer eerst het huiswerk in jouw Plenda.
Maandag 4 april:
Formuleren H3: opdr. 1 t/m 4
Formuleren H4: opdr. 1 t/m 4
Vrijdag 8 april:
Toets Spelling en Formuleren H3+4
Slide 3 - Tekstslide
Doelen van deze les:
Aan het einde van de les:
kun je signaalwoorden gebruiken om verbanden tussen (delen van) zinnen aan te geven.
Slide 4 - Tekstslide
Opdracht
Pak pen en papier. Maak van onderstaande zinnen één zin door een verbindingswoord te gebruiken. Probeer zo veel mogelijk verschillende verbindingswoorden te gebruiken.
A. Ik kleed me heel mooi aan.
B. Ik ga naar een feest.
Slide 5 - Tekstslide
H3 Formuleren
Zoals je bij lezen al hebt geleerd, zijn zinnen in een tekst met elkaar verbonden. Een tekst wordt duidelijker als de schrijver/spreker dat verband duidelijk aangeeft.
Je kunt verbanden leggen door signaalwoorden te gebruiken.
Welke tekstverbanden en signaalwoorden ken je nog?
Slide 6 - Tekstslide
H4 Formuleren
verband
signaalwoorden
opsomming
om te beginnen, ook, bovendien, en, daarnaast, vervolgens, verder, ten slotte
tegenstelling
maar, toch, echter, desondanks, aan de ene kant ... aan de andere kant, daar staat tegenover