In deze les zitten 35 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 60 min
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Planning periode 3
Slide 2 - Tekstslide
Slide 3 - Tekstslide
Lees blz 55
Luister deze uitleg
Slide 4 - Tekstslide
Hiernaast zie je een afbeelding van de ruggenwervels met daarin het ruggenmerg. Welke zenuwcellen vind je vooral in het ruggenmerg?
A
Gemengde zenuwen
B
Bewegingszenuwcellen
C
Schakelzenuwcellen
D
Beweging en schakelzenuwcellen
Slide 5 - Quizvraag
Zet de onderstaande woorden op de juiste plek in het plaatje. Alles moet worden gebruikt.
Spieren
Schakelcellen
Uitloper bewegingszenuwcel
Uitloper gevoelszenuwcel
bewustwording
Zintuig
Hersenen
Slide 6 - Sleepvraag
Prikkel
Reactie
Zet de onderstaande woorden in de juiste volgorde. Welke weg gaat de prikkel tot bewustwording en reactie.
Zintuig
Bewustwording
Impuls terug via schakelzenuwcel
Gevoelszenuwcel
Bewegingszenuwcel
Spier/klier
Impuls
Schakelzenuwcel
Slide 7 - Sleepvraag
Kees loop door het bos, hij ziet in de verte een hert staan. Beschrijf langs welke weg de prikkel (het zien van het hert) gaat. Benoem het zintuig en de cellen waar het impuls wordt gevormd.
Slide 8 - Open vraag
Lees blz 58
Uitleg
Slide 9 - Tekstslide
Liza loopt op straat en hoort een ambulance naderen. Ze springt aan de kant. Noteer de weg die de prikkel geluid gaat tot de bewuste beweging wegspringen.
Slide 10 - Open vraag
Lees blz 60
Slide 11 - Tekstslide
Leg uit wat het verschil is tussen een bewuste en een reflex beweging. Noem in je antwoord de weg van het impuls.
Slide 12 - Open vraag
Juna wil voelen of het water heet is. Ze doet haar vinger eronder en trekt hem gelijk terug. Na het terugtrekken voelt ze pijn.
Leg uit dat je na een reflex-beweging toch ook de pijn voelt.
Slide 13 - Open vraag
Lees blz 63
Slide 14 - Tekstslide
Sleep de nummers naar het juiste vakje
1
2
3
4
Slide 15 - Sleepvraag
Noem alle 5 reflexen die in de tekst staan.
Vertel bij alle reflexen wat de weg is van het impuls.
Slide 16 - Open vraag
Gaat het hier om een bewuste of onbewuste beweging? Sleep de onderdelen naar de juiste plek.
Soort beweging
gevoelszenuwcel
bewegingszenuwcel
schakelzenuwcel
ruggenmerg
bewuste beweging
onbewuste beweging
Slide 17 - Sleepvraag
Waar zitten de schakelcellen waar reflex-impulsen worden gevormd?
A
Ruggenmerg
B
Grote hersenen
C
Ruggenmerg / Hersenstam
D
Ruggenmerg / Kleine hersenen
Slide 18 - Quizvraag
Via welke weg gaat het reflex? Sleep de nummers naar de juiste plek. De 1 bovenaan etc.
1
2
3
4
Slide 19 - Sleepvraag
Zijn de onderstaande bewegingen bewust of onbewust? Sleep ze naar het juiste vakje.
Bewust
Onbewust
niezen
Hoesten na verslikken
Knipperen met je ogen in de zon
Schoppen tegen een bal
krabben aan een muggenbult.
Slide 20 - Sleepvraag
Boek blz 66 - 74
Slide 21 - Tekstslide
Lezen blz 67
Zenuwen
Hormonen
Slide 22 - Tekstslide
Leg uit op welke manier impulsen bij organen aankomen.
Slide 23 - Open vraag
Leg uit op welke manier hormonen bij organen aankomen.
Slide 24 - Open vraag
Hier onder zie je 2 verschillende klieren; speekselklier en hormoonklier. Welke hoort waar?
hormoonklier
speekselklier
Slide 25 - Sleepvraag
Lees de tekst hiernaast en sleep de ontbrekende woorden naar het schema.
tekst
stuurt impulsen
je wordt wakker
lichtgevoelige cellen sturen geen impulsen
je valt in slaap
hersencentrum niet actief
Slide 26 - Sleepvraag
tekst
Slide 27 - Open vraag
Lezen blz 70 -71
timer
3:00
Slide 28 - Tekstslide
Welke 2 hormonen maken de eilandjes van langerhans?
Slide 29 - Open vraag
Welke hormoonklier regelt de werking van andere hormoonklieren?
Slide 30 - Open vraag
Welke hormoonklier maakt het hormoon adrenaline?
Slide 31 - Open vraag
Welke hormoon zorgt er bij jongens voor dat de secundaire geslachtskenmerken zich vormen?
Slide 32 - Open vraag
Sleep de hormoonklieren naar de juiste plek.
schildklier
hypofyse
bijnieren
eilandjes van langerhans
eierstokken
zaadballen
Slide 33 - Sleepvraag
Hoe werkt het groeihormoon uit de hypofyse? Bekijk de 5 gebeurtenissen en sleep het bijbehorende nummer naar het juiste plaatje