Kinderziektes en medicatie les 2

Kinderziekten en medicaties 
1 / 27
volgende
Slide 1: Tekstslide
WelzijnMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 27 slides, met interactieve quiz, tekstslides en 8 videos.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Kinderziekten en medicaties 

Slide 1 - Tekstslide

Indeling/ Afronding 
14 maart 13:45- 17.00
&
21 maart 13:45 - 17.00
Opdrachten in het opdrachtenblad
en
samenwerking opdrachten in de les

Slide 2 - Tekstslide

Wat hebben we gedaan? 
- Alle 9 meest voorkomende kinderziekten behandeld
- Inentingen plicht 
- Informatie Poster gemaakt 

Slide 3 - Tekstslide

Wat gaan we doen? 
-Kort terugblikken
-Langdurige ziekten of levenslange ziekten(chronische ziekten) 
- Medicatie toedienen 
- Gezondheid hygiëne en besmetting
- Opdrachten in het opdrachtenblad 

Slide 4 - Tekstslide

Wat weten jullie nog van de vorige les? Kinderziekten.

Slide 5 - Open vraag

Wat hebben we gedaan? 
Waterpokken, Rodehond, Bof, Mazelen, Vijfde ziekte, Zesde ziekte, Roodvonk, Kinkhoest, Hersenvliesontsteking. 




Slide 6 - Tekstslide

Inleiding 
Kinderen kunnen ook te maken krijgen met  ziekten waarbij het ziekteproces langduriger is, of zelfs levenslang.
 Deze ziekten beïnvloeden het dagelijks leven behoorlijk (het kind/ ouders) 
- Hulpmiddelen 
-Aanpassingen 
 

Slide 7 - Tekstslide

Chronische ziekten 
Kenmerken chronische ziekte: 
  •  duurt langer dan drie maanden, of komt vaker dan drie keer per jaar voor en zal vermoedelijk steeds weer voorkomen. Chronisch betekent dat de ziekte niet kan worden voorkomen met een vaccin en niet met medicijnen te genezen is. Door medicijngebruik kunnen alleen de symptomen van de ziekte worden onderdrukt.

Slide 8 - Tekstslide

We onderscheiden vier typen chronische ziekten:

1. levensbedreigende chronische ziekten, zoals kanker 
2. chronische ziekten met terugkerende klachten, zoals astma en epilepsie
3. aandoeningen die progressief verslechteren en invaliderend kunnen zijn, zoals reuma
4. chronische psychiatrische stoornissen.

Slide 9 - Tekstslide

Migraine 
Migraine is een aanval van hevige hoofdpijn die plotseling kan opkomen( kan een uur of een paar dagen duren) De hoofdpijn zit meestal aan één kant van het hoofd.  Tijdens een aanval kun je misselijk worden en /of  overgeven. 
Migraine is een aandoening van de zenuwbanen in de hersenen, de samenwerking met de bloedvaten is tijdelijk verstoord. 

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Video

Migraine - 'Aura'
  • Je ziet lichtflitsen, vlekken of sterretjes.
  • Je gezichtsveld wordt kleiner.
  • Je ervaart tintelingen aan één kant van het lichaam.
  • Je ervaart krachtverlies aan één kant van het lichaam. Het komt voor dat dit krachtverlies zo ernstig is dat er sprake is van verlamming. Dit noemen we hemiplegische migraine.



Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Video

Diabetes mellitus
Er zijn twee verschillende soorten suikerziekte:

Diabetes type 1: openbaart zich bijna altijd al tijdens de kinderjaren.
Diabetes type 2: openbaart zich meestal op een volwassen leeftijd.

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Video

Epileptische aanval 
Epilepsie is een stoornis in de hersenen die gepaard gaat met aanvallen. Het kan ontstaan door een plotselinge, tijdelijke verstoring van het elektrische evenwicht in de hersenen. (kortsluiting) 

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Video

Astma
Astma is een aandoening in de luchtwegen, waarbij er altijd kleine ontstekingen in de longen aanwezig zijn. De luchtwegen zijn bij astma overgevoelig voor bepaalde prikkels.

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Video

Allergie 
Een allergie is een overgevoelige reactie van het afweersysteem. Bij een allergie wordt een stof, waar het lichaam normaal gesproken goed tegen zou moeten kunnen, afgeweerd. Het lichaam protesteert als het ware tegen deze stof.

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Video

Signaleren 
 Een ziek kind zendt indirect en meestal onbewust signalen uit. Het is vaak niet één aanwijzing die aantoont dat een kind ziek is.
Signalen van ziekte bij baby’s zijn vaak nauwelijks merkbaar of onduidelijk en de ziekte kan soms sneller verergeren dan bij oudere kinderen.

Iets signaleren bij een kind is de eerste stap. 

Slide 22 - Tekstslide

Medicatie toedienen 
Een kind kan bij een ziekte afhankelijk zijn van het gebruik van medicijnen.

En soms moeten medicijnen ook worden toegediend als het kind op het KDV  is. Hiervoor worden met de ouders afspraken gemaakt.

Slide 23 - Tekstslide

De regel van vijf 
Bij het toedienen van medicijnen kunnen veel fouten worden gemaakt. 

Om dat te voorkomen gebruiken we de regel van 5; 
1. de juiste persoon 2. de juiste tijd 3. de juiste medicijnen 4. de juiste dosis (hoeveelheid en samenstelling)de juiste toedieningswijze.

Het is belangrijk dat de juiste persoon de juiste medicijnen op het juiste tijdstip met de juiste dosering en met de juiste toedieningswijze krijgt toegediend.


Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Video

Slide 26 - Video

Opdrachtenblad 
Samenwerking opdracht in Share Point. 

Individuele opdrachten 


Slide 27 - Tekstslide