Les 2&3: Motieven Deel II & Slavernij in de Amerika's


HC het Britse Rijk
1 / 41
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

In deze les zitten 41 slides, met tekstslides en 5 videos.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les


HC het Britse Rijk

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Deelcontext 1
Leidende vraag: 
Op welke manier ontwikkelden zich de Engelse koloniën in de Amerika's? (1585 - 1833)

KA: 18, 21, 25, 27, 29, 30

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Overzicht lessen en vaardigheden
HC Britse Rijk Deelcontext I
         Les 1 PTA en geschiedenis examen
         Les 2 Deel I motieven kolonisatie Amerika
         Les 3 Deel II motieven kolonisatie
         Les 4: Verschillende soorten koloniën & 
                       The Royal African Company
          Les 5: Amerikaanse onafhankelijkheid

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Motieven voor kolonisatie
  • Economische motieven:
  • De Spanjaarden verdienden veel geld aan de handel met Amerika > Engeland wilde dit ook. 
  • De Portugezen hadden een handelsroute naar Azië  > Engeland wil dat ook. 
  • De oostkust van Amerika was nog niet gekoloniseerd. De Britten hoopten daar rijkdom te vinden. 

  • Politieke motieven:
  • Strategisch van belang voor de oorlog. 
  • Engeland hoopte in Noord-Amerika een goede uitvalsbasis te stichten voor het onderscheppen van de Spaanse vloten via de kaapvaart.

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Pilgrim fathers → Massaschusetts. Vormt met andere kolonies New England

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 7 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Virginia 1585
Uitvalsbasis is nodig voor oorlog en handelstochten: 

  1.  Eerste succesvolle kolonie in Noord-Amerika= Virginia Roanoke.
  2.  Geen goud, maar wel: tabak --> ontstaan plantage-economie. 
  3.  Groeiende irritatie en strijd tussen indianen en kolonisten.
Verklaring beginpunt van de historische context Britse Rijk:
In 1585 vestigden de eerste groep Engelse kolonisten zich in Noord-Amerika, bij Roanoke aan de kust van het latere Virginia, in de hoop daar dezelfde rijkdommen (goud en zilver) aan te treffen die de Spanjaarden en Portugezen uit Midden- en Zuid-Amerika haalden.

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vestigingskoloniën
Plantage koloniën

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Rebbeca Rolf door disney: 

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 12 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Overzicht lessen en vaardigheden
HC Britse Rijk Deelcontext I
         Les 1 PTA en geschiedenis examen
         Les 2 Deel I motieven kolonisatie Amerika
         Les 3 Deel II motieven kolonisatie
         Les 4: Verschillende soorten koloniën & 
                       The Royal African Company
          Les 5: Amerikaanse onafhankelijkheid

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Plantagekoloniën in het zuiden van de huidige VS
Vestigingskoloniën in het noorden van de huidige VS

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Plantages en slavernij
1619: eerste 'tot slaaf gemaakte' Afrikanen arriveren in Jamestown.

Door de driehoekshandel ontstond er een  slavenhandel tussen Afrika en Amerika.
Het verbouwen en verwerken van plantagegewassen (zoals tabak, rijst, thee en indigo) was arbeidsintensief. Er waren veel handen nodig...
Kenmerkende aspecten:
-Wereldwijde handelscontacten, handelskapitalisme en het begin van een wereldeconomie.
-Uitbouw van de Europese overheersing, met name in de vorm van plantagekoloniën en de daarmee verbonden trans-Atlantische slavenhandel en de opkomst van het abolitionisme.

 
KA
Wanneer Afrikaanse stammen in de zeventiende eeuw met elkaar in oorlog waren, maakten ze gevangen tegenstanders tot slaaf. Europese handelaren speelden daarop in door de tot slaaf gemaakte gevangenen te kopen.

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

RAC
Royal African Company

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


Transatlantische slavenhandel

  • Europese handelaren namen producten, zoals munitie, wapens en alcohol mee naar Afrika.
  • Daar werden ze door Afrikaanse stammen geruild tegen slaven: dit waren meestal gevangengenomen leden van andere Afrikaanse stam. 
  • Deze slaven werden vervolgens vervoerd naar slavenmarkten in Zuid-Amerika





De afbeelding laat zien op welke wijze slaven werden vervoerd op een slavenschip. Dergelijke tekeningen werden meestal gemaakt om aan te geven op welke vreselijke manier de slaven werden vervoerd. Deze tekening is gemaakt in opdracht van een commissie van de Engelse regering.

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 21 - Video

Deze slide heeft geen instructies


Waarom slavernij?


  • Veel plantages lagen in Amerika en waren bezit van Europeanen
  • Plantageprducten, zoals koffie, tabak, katoen en suiker, zijn erg populair in Europa
  • Om de producten te verbouwen waren veel landarbeiders nodig.
  • De oorspronkelijke bewoners van dit gebied waren volgens de Europeanen 'ongschikt' voor deze arbeid...of al uitgemoord in de eeuwen ervoor...



Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

0

Slide 23 - Video

Tijdsduur: max. 10 minuten 
Bekijk met de leerlingen de animatie van de trans-Atlantische slavenhandel.  
Vraag: Wat valt hen op? 
Mogelijke antwoorden: jaartal/periode, stipjes zijn schepen, continent Afrika en Midden- en Zuid-Amerika. Stel vragen bijvoorbeeld: Wie weet uit welke landen de meeste schepen vertrokken? etc. 
Vertel dat op deze animatie de overtocht van 10 tot 15 miljoen Afrikanen die tot slaaf gemaakt werden te zien is in de periode van de 15e tot 19e eeuw. Benadruk de lange periode en de hoeveelheid schepen die hier te zien zijn. Deze zijn weergegeven als stipjes. 
Vraag: Waarom werden deze mensen naar Midden- en Zuid-Amerika gebracht?
Antwoord: Ze werden daar gedwongen te werken op plantages in Europese koloniën.  De plantages waar tot slaafgemaakten moesten werken waren van Europeanen. 
Vertel dat het doel van de deze overtocht de handel was. Er is een zogenoemde driehoekshandel waarbij de WIC vanuit Nederland handelde. Het product wat uiteindelijk werd verbouwd in de koloniën en naar Nederland werd verscheept was o.a. suiker en katoen. Deze producten kon de WIC met enorm veel winst verkopen. Deze enorme rijkdom van luxeproducten kostte talloze mensenlevens en zorgde voor veel verdriet. In de volgende slides en opdrachten komen we meer te weten over dit verdriet en hoe deze mensen als product werden gezien.
  
Notitie voor de docent met extra informatie over de driehoekshandel: 
Tussen 1650 en 1860 werden 10 tot 15 miljoen mensen ontvoerd uit verschillende West-Afrikaanse landen van Angola tot Senegal. Ze werden gedwongen om in Midden- en Zuid-Amerika te werken (bijv. Suriname, Brazilië, de Caraïbische eilanden en het Zuiden van de Verenigde Staten). Schepen vertrokken uit West-Europa met handelswaar: vuurwapens, buskruit, ijzer en textiel. In West-Afrika ruilden Europese handelaren deze waar met plaatselijke machthebbers voor mensen, goud en ivoor. Europese handelaren vervoerden de tot slaaf gemaakten in overvolle schepen onder zeer slechte omstandigheden. De Nederlandse WIC heeft zo’n 550.000 mensen verhandeld en naar Amerika gebracht waar zij op Surinaamse, Antilliaanse en Braziliaanse suiker-, koffie- en cacao-plantages moesten werken. Ook werkten ze in het zuiden van de Verenigde Staten op katoenplantages. Veel tot slaaf gemaakten stierven tijdens de boottocht. De schepen vertrokken uit Noord-Amerika en het Caraïbische gebied naar West-Europa met luxegoederen zoals suiker, rum, koffie, katoen, zilver en tabak. De Europese rijkdom en het gebruik van luxeproducten kostte talloze mensenlevens en zorgde voor veel verdriet. 
Bezig met opdrachten
  • Opdrachten: 1,2,3 en 4 op bladzijde 10 van je TB 

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


De Verlichting

  • Periode (vanaf ongeveer 1700) waarin mensen hun kennis (willen) vergroten, door steeds meer uit te gaan van het verstand.
  • Ze waren daarbij kritisch: niet zomaar alles aannemen omdat een koning of de kerk dat zegt.

  • Ze vinden dat iedereen vrij en gelijkwaardig moet zijn: arm of rijk, slim of dom

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


Abolitionisme

  • To abolish betekent in het Engels 'afschaffen'
  • Abolitionisten willen slavernij afschaffen
  • Het past niet bij de ideeën van de Verlichting: mensen zijn gelijkwaardig, of het christendom: mensen moeten voor elkaar zorgen








John Gabriël Stedman (1744-1797) was een Schots-Nederlandse officier in de Schotse Brigade van het Nederlandse leger. Hij hielp bij het onderdrukken van een slavenopstand in Suriname. Hij werd verliefd op een slavin, en probeerde haar vrij te kopen. 

Over zijn ervaringen schreef hij een invloedrijk boek. Hierin bekommerde hij zich openlijk om de rechten van de tot slaafgemaakten, met name om de vraag of zij als mens behandeld moesten worden.

In dit boek verschenen dit soort afbeeldingen die ervoor zorgden dat de strijd van de abolitionisten steeds meer aandacht kreeg.

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


Engeland schaft de slavernij af

  • In Engeland wordt in eerste instantie een wet aangenomen die slavenhandel verbied: er mogen dus geen 'nieuwe' slaven naar Amerika 1807
  • Dit bleek niet voldoende te werken, daarom werd slavernij in 1833 in het hele Britse Rijk afgeschaft.
  • Slavenhouders kregen bij elkaar 20 miljoen pond aan schadevergoedingen









De afschaffing van de slavernij wordt in de krant bekend gemaakt.

Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


Illegale slavenhandel

  • Met slavenhandel werd veel geld verdiend.
  • Ondanks de afschaffing van slavernij, werd er nog steeds illegaal in slaven gehandeld.
  • Als een slavenschip het risico liep om betrapt te worden, werden de slaven overboord gegooid, zodat er geen slaven werden 'gevonden' door de marine







La Amistad (Spaans: De Vriendschap) was een Spaans slaventransportschip waarop in 1839 een opstand uitbrak. Deze opstand zou bekend worden als de Amistadopstand.

In 1997 werd dit verhaal door Steven Spielberg verfilmd in de film Amistad.

Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


Saamhorigheid en nationalisme

  • Ontstaan van saamhorigheid en nationalisme door oorlogen tegen de Fransen en Indianen (Franse en Indiaanse Oorlog, 1754-1763)
  • De Engelse kolonisten verzetten zich steeds meer tegen het gedrag van het moederland Engeland.

  • Ondanks dat ze belasting moesten betalen, mochten ze niet meepraten in het Britse parlement: “No taxation without representation!
Tijdens de oorlog tussen de Engelsen en de Fransen, besloten stammen Native Americans zich aan te sluiten bij de Fransen. Ze zagen in hen een minder groot gevaar dan de Engelsen.

Slide 30 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


De Boston Teaparty (1)

  • De kolonisten wilden geen belasting meer betalen over de geïmporteerde Engelse thee. Ze gingen daarom thee smokkelen.
  • In 1773 verleende de Engelse regering de Britse Oost-Indische Compagnie het monopolie op het importeren van thee uit Azië.
  • De kolonisten gingen deze thee boycotten en dronken alleen nog maar gesmokkelde thee.

Slide 31 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


De Boston Teaparty (2)

  • De Engelsen besloten hun thee goedkoper te maken dan de gesmokkelde thee (Tea Act = Thee wet)

  • In Boston bereikten drie Engelse theeschepen de haven.
  • In de nacht van 16 december 1773, werden de schepen bestormd door een groep als indianen verklede kolonisten. 
  • Ze gooiden alle thee, ongeveer 400 kisten, overboord: de Boston Teaparty

Slide 32 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


Onafhankelijkheidsverklaring

  • Het Congres, het vergadering van de dertien koloniën, willen niet meer bij Engeland horen: de verschillen zijn groot. 
  • Oorlog tegen Engeland begon in 1775.
  • Op 4 juli 1776 verklaren ze zichzelf onafhankelijk: Declaration of Independence.
  • Opgesteld door latere presidenten zoals: Thomas Jefferson en John Adams
De Declaration of Independence.

Slide 33 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Oorlog met Engeland 
1775-1783

  • Het leger van de dertien koloniën werd geleid door generaal George Washington.
  • Voor Engeland is de oorlog lastig en kostbaar vanwege de afstand.

  • In 1781 werd het Engelse leger verslagen bij Yorktown
  • De vrede van de Amerikaanse Onafhankelijkheidsoorlog getekend in Parijs in 1783
Alleen door samen te werken zouden de dertien koloniën kunnen winnen: een slang kan ook niet zonder alle delen van het lichaam. De letters staan voor de namen van de koloniën.
Schilderij van de ondertekening van de vrede in 1783. Het schilderij is nooit afgemaakt omdat de Britten weigerden model te staan.

Slide 34 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Dit gebied werd bij de Vrede van Parijs overgedragen aan de Verenigde Staten.
De eerste 13 staten van de Verenigde Staten.

Slide 35 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


De Verenigde Staten

  • De Verenigde Staten zijn een federale republiek, met gekozen leiders en beperkte macht voor de centrale regering.
  • Er kwam een Grondwet (constitutie) volgens de Trias Politica (driemachtenleer) van Montesquieu: één persoon kan niet alle macht hebben.
  • Bill of Rights: grondrechten voor de inwoners, opgesteld door de Founding Fathers
Dit schilderij werd gemaakt als herinnering aan de Vrede van Parijs. Het schilderij is niet af: de Britse onderhandelaars wilden niet model staan voor het schilderij.

Slide 36 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 37 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 38 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


De Amerikaanse Burgeroorlog
1861-1865




  • De discussie over wél of geen slavernij leidt in de Verenigde Staten uiteindelijk voor een burgeroorlog tussen de Noordelijke Staten (zónder plantages en slaven) en de Zuidelijke Staten (mét plantages en slaven)
  • Uiteindelijk wint het Noorden en wordt slavernij in de hele VS afgeschaft.









    De Noordelijke Staten (blauw): zonder slaven
    De Zuidelijke Staten (rood): met slaven

    Slide 39 - Tekstslide

    Deze slide heeft geen instructies

    Slide 40 - Tekstslide

    Deze slide heeft geen instructies

    Slide 41 - Tekstslide

    Deze slide heeft geen instructies