Uitleg mondeling 4m2

• Nederlands
• Middelbare school
• mavo
• Leerjaar 4

SE4 + CSE

SE4: mondeling - 3 boeken

CSE: Centraal Schriftelijk Examen (examenbundel)

extra: taalverzorging

Lesdoel

- Weten wat er van je verwacht wordt op het mondeling en hoe we ons hierop voorbereiden.

- Deadline leesdossier: maandag 10 maart!

-Groepjes oefenmondeling

Planning 4m2

groepje 2 en 6: maandag 17 februari

groepje 1 en 3: woensdag 19 februari 

groepje 4 en 5: donderdag 20 februari

Niet aan de beurt? Lees verder in je derde boek en werk aan je leesdossier/mondeling. Uiterlijke inleverdatum: 

maandag 10 maart (het liefst al op donderdag 19 februari)

Hoe ziet het mondeling eruit?

De opdracht

In de mondelinge presentatie (SE 4) wordt in 8 tot 12 minuten je kennis over de drie door jou gelezen boeken getoetst. Tijdens het mondeling laat je zien dat je de boeken gelezen hebt door concrete voorbeelden te geven en door je mening duidelijk naar voren te laten komen. Je laat zien dat je de boeken begrepen hebt en dat je er iets van geleerd hebt. 

Deel 1

Je vertelt eerst kort waar het eerste boek over gaat (samenvatting), geeft dan de titelverklaring, beschrijft de hoofdpersoon en legt uit of je je ermee kan identificeren of niet. Ook leg je het thema uit. Daarna doe je hetzelfde voor de andere twee boeken. Dit deel duurt ongeveer 6 tot 10 minuten.

Deel 1 - Thema

Wat is het thema van het boek?

Met het thema van een boek wordt bedoeld: de betekenis die je aan het verhaal geeft. Wat denk je dat de schrijver wil dat je leert van dit boek? Een thema geeft in één of twee zinnen aan wat de belangrijkste gedachte achter het verhaal is (de achterliggende gedachte).

Soms is een schrijver erg duidelijk, maar er zijn ook verhalen waarbij de lezer zelf het denkwerk moet verrichten. Het boek Spijt van Carry Slee had bijvoorbeeld als thema ‘de ernstige gevolgen die pesten of gepest worden kan hebben’.

Deel 2

Vervolgens geef je aan welk boek jouw voorkeur heeft en onderbouw je dit aan de hand van een voorbeeld waarbij je een stukje voorleest. Lees ook een fragment voor (uit hetzelfde of een ander boek) dat je niet leuk vond en leg uit waarom. Noem een verschil en een overeenkomst tussen alle drie de boeken. Je sluit af met een pakkende zin, een conclusie, waarin je vertelt waarom een klasgenoot jouw favoriete boek zou moeten lezen. Dit deel duurt 2 tot 6 minuten.

tekstfragment

Je kiest een stuk uit het boek dat jou het meest is opgevallen. Je begint met uit te leggen welk stukje je gaat voorlezen. Je legt dus uit op welk punt je in het verhaal zit (aan het begin of juist aan het eind) en kondigt kort aan wat je zult vertellen. Dan lees je luid en duidelijk - en met gevoel voor de sfeer in het verhaal - het stuk voor. Dat bestaat uit maximaal een halve pagina. Daarna leg je uit wat je zo bijzonder vindt aan het fragment en welke rol dit stuk speelt in de rest van het verhaal. Hiervoor gebruik je beoordelingswoorden zoals mooi, verrassend, spannend, doet me inleven, maakt me blij/verdrietig, etc.

Oefenen in groepjes

Zie overzicht in Classroom en Magister

Presenteer van één boek:

samenvatting, titelverklaring, hoofdpersoon, thema

film = verhaal = tekst = boek

Opdracht: 

1) Geef een samenvatting in 3 tot 10 regels.

2) Leg de titel uit

3) Beschrijf de hoofdpersoon. Identificeer je je hiermee?

4) Leg het thema (onderwerp) uit

5) Welk fragment sprak je het meest/minst aan?

6) Geef je mening

film = verhaal = tekst = boek

opdracht: 

1) geef een samenvatting in 3 tot 10 regels

2) leg de titel uit

3) beschrijf de hoofdpersoon. Identificeer je je hiermee?

4) leg het thema (onderwerp) uit

5) welk fragment sprak je het meest/minst aan?

6) wat vond je van het filmpje?

filmpje

piper