Beleid en waarde

Beleid en waarde
1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 3

In deze les zitten 15 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Beleid en waarde

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Link

Slide 3 - Video

Beleid vs. waarde
Herkenwoorden: ‘moet worden ingevoerd’, ‘verplichten’, of ‘moet worden verboden’.
Herkenwoorden: ‘doet meer kwaad dan goed’, ‘is beter dan’, ‘zouden altijd moeten’, slecht’, ‘goed’, of ‘mogen’.
Voorstanders tonen aan dat er een nieuw beleid of nieuw plan moet worden ingevoerd.


Voorbeeld: Scholen moeten dure merkkleding verbieden.
Voorstanders tonen aan dat een bepaald oordeel redelijk is. Ze willen je ervan overtuigen dat iets goed of slecht is.

Voorbeeld: Het is goed dat iedereen mag dragen wat hij of zij wil.

Samengevat

Slide 4 - Tekstslide

Iedereen moet een jaar in het leger na de middelbare school
A
Beleid
B
Waarde

Slide 5 - Quizvraag

Het is beter om je eigen konijn te slachten dan om een konijn te kopen bij de slager
A
Beleid
B
Waarde

Slide 6 - Quizvraag

Accounts van influencers die fake news verspreiden moeten tijdelijk gedeactiveerd worden
A
Beleid
B
Waarde

Slide 7 - Quizvraag

Alleen landen die vrouwenrechten respecteren hebben recht op ontwikkelingshulp
A
Beleid
B
Waarde

Slide 8 - Quizvraag

Boven de 30 graden moet iedereen een korte broek aan
A
Beleid
B
Waarde

Slide 9 - Quizvraag

Oefenen argumentatiekaart
timer
10:00
Argumentenkaart
Vul argument 2 aan en verzin een nieuw argument voor argument 3.

Je mag internet gebruiken. Werk het zo goed mogelijk uit.

Slide 10 - Tekstslide

Dierentuinen zijn duur.
Vul jouw uitleg bij dit argument in. Het voorbeeld hoeft er niet bij!
VOOR

Slide 11 - Open vraag

Bedreigde dieren zijn veilig in dierentuinen.
Vul jouw uitleg bij dit argument in. Het voorbeeld hoeft er niet bij!
TEGEN

Slide 12 - Open vraag

Geef je derde argument in 2 losse antwoorden door. Als eerst je argument, vervolgens de uitleg bij je argument.
Voorstanders

Slide 13 - Woordweb

Geef  je derde argument in 2 losse antwoorden door. Als eerst je argument, vervolgens de uitleg bij je argument.
Tegenstanders

Slide 14 - Woordweb

Debatvorm: lagerhuisdebat
VOOR
TEGEN
timer
5:00

Slide 15 - Tekstslide