EDI-Zelfstandige naamwoorden en lidwoorden

EDI-Zelfstandige naamwoorden en lidwoorden
1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
DuitsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

EDI-Zelfstandige naamwoorden en lidwoorden

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoel
Aan het einde van de les kun je:
  • Duitse zelfstandige naamwoorden herkennen.
  • Correct gebruiken met het juiste lidwoord.



correct gebruiken met het juiste lidwoord.Duitse zelfstandige naamwoorden herkennen 



correct gebruiken met het juiste lidwoord.





Duitse zelfstandige naamwoorden herkennen 



correct gebruiken met het juiste lidwoord.

Slide 2 - Tekstslide

Wat is geen zelfstandig naamwoord
A
Huis
B
Vrouw
C
Wonen
D
Fiets

Slide 3 - Quizvraag

Welke lidwoorden ken in het Nederlands?

Slide 4 - Open vraag

Welke zelfstandige naamwoorden kennen we bijvoorbeeld al in het Duits?
Der Mann
Die Frau
Das Kind
Das Haus
Die Schule
Die Eltern
Het lidwoord "die " komt bij het vrouwelijk en meervoud!

Slide 5 - Tekstslide

De theorie
De uitleg over der, die, en das

Slide 6 - Tekstslide

Mannelijke zelfstandige naamwoorden
Mannelijke personen
der Onkel
der Mann
Mannelijke dieren
der Stier
der Hengst

Slide 7 - Tekstslide

Vrouwelijk zelfstandige naamwoorden
Vrouwelijke personen
die Frau, die Oma
Vrouwelijke dieren
die Kuh, die Katze
Woorden eindigen op
  • -e, die Blume, die Vase
  • -heit, die Wahrheit, die Einheit
  • -keit, die Möglichkeit
  • -schaft, die Mannschaft
  • -ung, die Umgebung

Slide 8 - Tekstslide

Mannelijke zelfstandige naamwoorden
Veel Nederlands woorden die met "het" beginnen.
het kind --> das Kind
het raam --> das Fenster

Slide 9 - Tekstslide

Kies de juiste vorm van het lidwoord der,die, das

Slide 10 - Tekstslide

Kies de juiste vorm van het lidwoord der,die, das

....... Junge
A
Der
B
Die
C
Das

Slide 11 - Quizvraag

Kies de juiste vorm van het lidwoord der,die, das

..... Auto
A
Der
B
Die
C
Das

Slide 12 - Quizvraag

Kies de juiste vorm van het lidwoord der,die, das

......... Frau

A
Der
B
Die
C
Das

Slide 13 - Quizvraag

Kies de juiste vorm van het lidwoord der,die, das

.... Kind
A
Der
B
Das
C
Die

Slide 14 - Quizvraag

Kies de juiste vorm van het lidwoord der,die, das

..... Mann
A
Der
B
Die
C
Das

Slide 15 - Quizvraag

Kies de juiste vorm van het lidwoord der,die, das

...... Stier
A
Der
B
Die
C
Das

Slide 16 - Quizvraag

Alles begrepen?
Heb je het begrepen?
Had je alles goed?
Nee, vraag je docent voor extra uitleg.
Ja, ga aan de slag met de onderstaande opdrachten.

Tijdsduur 15 minuten
Ga naar Kapitel 3
Aufgabe 18,19 en 20
Ben je klaar dan Slim Stampen E



Slide 17 - Tekstslide

Afsluiting van de les
Nog een kleine quiz als afsluiten.

Succes

Slide 18 - Tekstslide

Wat is een voorbeeld van een mannelijk zelfstandig naamwoord?
A
Buch
B
Lampe
C
Lehrer

Slide 19 - Quizvraag

Welke van de volgende woorden is vrouwelijk?
A
De oom
B
De kat
C
Het boek
D
De stier

Slide 20 - Quizvraag

Welk woord is onzijdig?
A
Artzt
B
Heft
C
Schülerin
D
Blume

Slide 21 - Quizvraag

Schrijf 3 dingen
op die je hebt geleerd

Slide 22 - Woordweb