2023-06-19 Dermatica

2023-06-19 Dermatica
Dermatica
1 / 39
volgende
Slide 1: Tekstslide
BSP apothekersassistentenMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 39 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 240 min

Onderdelen in deze les

2023-06-19 Dermatica
Dermatica

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Programma & Lesdoelen
Lesdoelen
  • Je kunt zelfstandig een kinderdosering berekenen 
  • Je kent de indeling van verschillende dermatica
  • Je kunt de samenstelling van zalf/crème beoordelen
  • Je weet op welke wijze dermatica bereid worden
  • Je weet op welke wijze je dermatica dient te verpakken
- Vragen van jullie
- Casus uit de praktijk
- Kinderdosering 
- Uitleg dermatica

Slide 2 - Tekstslide

Uitleg dermatica (P 7+ 12)
 K3: Biedt productzorg
 W1: Stelt voorgeschreven (industrieel gemaakte) geneesmiddelen beschikbaar
W2: Stelt op maat gemaakte geneesmiddelen beschikbaar
W3: Zorgt voor logistiek en beheer


Rondvraag
Vragen ?

Slide 3 - Tekstslide

Lukt het met het KZD Interculturele diversiteit? 
Heeft er iemand een casus vanuit de praktijk? 
Maak een korte presentatie over een casus/recept. 
Achtergrond informatie gnm + patiënt+ evt. zz

Slide 4 - Tekstslide

Wie heeft er een leerzame casus vanuit de praktijk?
Wan welk ziektebeeld is er sprake, is dit af te leiden uit de medicatie? Welke leefstijladviezen zijn van belang. 
Dit is leerzaam om verbanden te leggen, daarnaast mooie voorbereiding KZD Spec. doelgroepen. 

VD
ND
Max
conclusie 
pk
fr
pe
Kinderdosering 

Werk de doseringscontrole uit.
- Welke farmacotherapeutische groep?  
- Bij welke aandoening wordt dit voorgeschreven?  
- Welke sterkte is het meest geschikt om af te leveren? 
- Welke dosering komt er op het etiket te staan ?
 

Wat is het eerste dat je gaat vragen 
bij de aanname van dit recept? 
  • gewicht kindje is 16 kg 

Slide 5 - Tekstslide

Kinderdosering zoek je op in kinderformularium.
Meestal komt dit overheen met Informatorium, nu is er verschil. 

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

VD
ND
Max
conclusie 
pk
125 mg
-
-
-
fr
2x
2x 
-
volgens norm
pe
250 mg
240 mg
500 mg
boven norm
onder max
Kinderdosering 

Werk de doseringscontrole uit.
Kinderformularium is leidend.
15 mg/kg/dag in 2 doses. Max: 500 mg/dag. 


Gewicht kindje is 16 kg 

bijstellen naar de normdosering: 
25 mg/ml → 9,6 ml per dag is 4,8 ml per keer
50 mg/ml  →  4,8 ml per dag is dus 2, 4 ml per keer

Slide 7 - Tekstslide

25 mg/ml = 9,6 ml per dag is 4,8 ml
50 mg/ml 4,8 ml per dag is dus 2, 4 ml per keer

Afgesproken qua afronding bij range:
tot 1 ml op 2 decimalen nauwkeurig
tot 3 ml op 1 decimaal nauwkeurig
> 3ml afronden op een hele of halve ml, naar boven.
Bij een range nooit onder de range uitkomen! 
Dermatica

Slide 8 - Woordweb

Wat weet je ervan? 
Waar let je op?
Welke vormen van dermatica zijn er?
Wat zijn de verschillen tussen de verschillende vormen?


Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 10 - Tekstslide

Indifferente crèmes en zalven

Slide 11 - Tekstslide

Natte huid→ veel water dat verdampt en neemt dan vocht mee uit de huid.
Droge huid→ sluit de huid af, vocht kan daardoor niet verdampen, hydrateert op die manier de huid. Over het algemeen: nat met nat en droog met droog behandelen.

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 13 - Tekstslide

Dispergeren is het afwrijven van een stof=stof fijn verdelen, vooraf fijngemaakt. Stoffen die niet/ onvoldoende oplossen = dispergeren (fijngemaakt). Deeltjesgrootte 90 of gemicroniseerd anders vooraf fijnwrijven.

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 15 - Tekstslide

constituentia= basis

Slide 16 - Tekstslide

Hydrofobe→basis bestaat uit vetten
Makkelijk te mengen in kunststof of rvs mortieren → middels gelijke delen.
Verwarmen op waterbad.

Slide 17 - Tekstslide

Vaste vetten → lipofiele stoffen.
Vaak hebben FNA preparaten een combinatie van deze stoffen.

Slide 18 - Tekstslide

Drie manieren om farmacon toe te voegen: oplossen, mengen en afwrijven.

Slide 19 - Tekstslide

Let goed op wat er op het recept staat, bijv. basis voor
Bereidingsprotocol uitprinten in Protype. In het FNA staat beschreven op welke wijze je stoffen kunt toevoegen.

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 21 - Tekstslide

lange lipofiele staart met een hydrofiel hoofd.

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 23 - Tekstslide

O/W kan verdund worden met water (laatstgenoemde is de buitenste fase)
W/O kan verdund worden met olie of vet.
Cetiol V→ goed smeerbaar
Sorbinezuur→ conserveermiddel
Sorbitol→ gaat de uitdroging van crème tegen

Slide 24 - Tekstslide

Boven een bepaalde concentratie breekt de emulsie bij verwerking van bepaalde stoffen, er ontstaan dan oliedruppels (bijv. alcohol, salicylzuur) zie tabel onverenigbaarheden

Slide 25 - Tekstslide

Vetten hoeven niet geconserveerd te worden→ bacteriën kunnen niet groeien in vetten.
Gezuiverd water bederft sneller dan kraanwater ivm het ontbreken van zouten die de bacteriegroei remmen.
Afleveren in tubes→ gaat bacteriegroei en indrogend effect tegen.
methylparahydroxybenzoaat→ werkt onvoldoende in crèmes, overgevoeligheid op de huid.
cetrimide→ zo mogelijk combineren met 0,1% dinatriumedetaat (antioxidant) , versterkt de werking.
Chloorhexidine-digluconaat→ onverenigbaar met carbomeer, neerslag ontstaat vaak pas na enige tijd.
Propyleenglycol→ in hogere concentraties kan huidirritatie voorkomen; vooral onder occlusie en in huidplooien.
Methylparahydroxybenzoaat en propylparahydroxybenzoaat zijn goed vetoplosbaar en daarom minder geschikt voor conservering van crèmes, echter wel voor gels en oplossingen. Propylparahydroxybenzoaat wordt alleen in combinatie met methylparahydroxybenzoaat gebruikt; ze versterken elkaars werking.

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 29 - Tekstslide

Cetomacrogolzalf → bevat meer emulgator, daardoor beter geschikt voor toevoegingen dan koelzalf of cetomacrogolcrème met vaseline.
De basis voor cetomacrogolzalf en crème kan worden gebruikt bij balneotherapie= therapie voor een zeer droge huid.

Slide 30 - Tekstslide

Cera Lanette SX=oude naam, de preparaten daarna vernoemd
De emulgator van Lanettecrème is stabieler dan die van cetomacrogolcrème. Bij Lanette II speciale bereiding in acht nemen, altijd eerst FNA raadplegen, daarna LNA procedures. In Protype gestandaardiseerd CBV, let wel op autorisatieparaaf.

Slide 31 - Tekstslide

Trometamol toegevoegd aan carbomeer (zout, reageert zuur) om de ph te neutraliseren.
Met aminen neutraliseert carbomeer ook→alcoholgel.
Gels toegepast op natten en of jeukende huidaandoeningen, kan ook op behaarde hoofdhuid. Indrogend effect dus niet op droge (hoofd)huid.

Slide 32 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Waar zou jij een zalf in verpakken ?
A
fles
B
pot
C
tube
D
afhankelijk van de zalf

Slide 33 - Quizvraag

Voor FNA kijk verpakking.
Afhankelijk van de basis.
Welke voordelen heeft een tube boven een pot? 
Houdbaarheid en indroging.
Het volgende recept krijg je aangeboden, welke kennis heb jij rondom dit recept?
- Wat ontbreekt op het recept ? 
- Welke farmacotherapeutische groep? 
- Welk ziektebeeld heeft deze mevrouw? 
- Waar dien je op te letten in de historie van deze vrouw ? 
- Wat vraag je na over het gebruik? 


  

Slide 34 - Tekstslide

- Wat ontbreekt op het recept ? Indicatie. Voor 23 gnm is dit verplicht, waaronder mtx.
- Welke farmacotherapeutische groep? Immunosuppresiva
- Welk ziektebeeld heeft deze mevrouw? Reuma Artritis? (MDL arts dan ziekte van Crohn)
- Waar dien je op te letten in de history van deze vrouw ? Of er ook foliumzuur gebruikt wordt. Volgens de history 5 mg 1w1t.
- Wat vraag je na? Op welke dag zij dat gebruikt, niet dezelfde dag. Tenminste 24 ertussen


VD
ND
Max
conclusie 
pk
fr
pe
Doseringscontrole
R\Methotrexaat 2.5mg tablet
da 180st VU
S: 1w8t
Werk de doseringscontrole uit.
Welke CI kun je vinden bij MTX?


Slide 35 - Tekstslide

eerst normdosering opzoeken en dan invullen. 
Let op, lijkt op een eenvoudig recept, maar je dient op een hoop gegevens te letten. 

CI DIALYSE HEMODIALYSE: METHOTREXAAT
VD
ND
Max
conclusie 
pk
20 mg
-
-
fr
1x per week
1 xper week
per week
pe
20 mg
> 7,5 mg*

30 mg 
Doseringscontrole
R\Methotrexaat 2.5mg tablet
da 180st VU
S: 1w8t
Werk de doseringscontrole uit.
Welke CI kun je vinden bij MTX?



* na bereiken van de optimale klinische respons de dosering geleidelijk verlagen tot de laagst werkzame dosis; volgens de NVR-richtlijn Reumatoïde artritis ligt de meest effectieve dosis rond 25 mg per week;

CI DIALYSE HEMODIALYSE: METHOTREXAAT
Bij verminderde nierfunctie neemt de klaring van methotrexaat af, waardoor het risico op toxiciteit toeneemt. Tijdens het gebruik van methotrexaat kan de nierfunctie afnemen. Methotrexaat wordt verwijderd door hemodialyse.

Slide 36 - Tekstslide

eerst normdosering opzoeken en dan invullen. 
Let op, lijkt op een eenvoudig recept, maar je dient op een hoop gegevens te letten. 

CI DIALYSE HEMODIALYSE: METHOTREXAAT
Farmaceutische rekenen
R/   Ac. Salicylicum 4   g
       Cr. cetomacrogol    ad 250   g

Norm dosering volgens Informatorium is 20 - 50 mg/g 
Voldoet dit recept aan de norm? 


Bijstellen volgens de norm, hoeveel gram salicylzuur dien je dan af te wegen ? 


Welk percentage in % zet je op je etiket?  
4g = 4000 mg
4000 mg in 250 g
   ? in 1 g → 4000mg/250 = 16 mg/g is dus onder de norm. 
20 mg/g is dus 20 mg x 250g = 5000 mg = 5 g
5 g/250 g x 100% = 2 %   of je weet dat 1% = 10 mg/g
dan is dus 20 mg/g = 2%
Cetomacrogolcrème met 2% salicylzuur

Slide 37 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Is het verhaal van vandaag duidelijk geweest?
Ja
Nee

Slide 38 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Welke vragen heb je nog over de lesstof ?

Slide 39 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies