Leesvaardigheid A4A

Agenda

- Quiz 
- Oefentoets
- Voorlezen

Doel: je herhaalt alle kennis van begrijpend lezen H1 t/m 6 en weet waar je nog aan moet werken


1 / 29
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

In deze les zitten 29 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Agenda

- Quiz 
- Oefentoets
- Voorlezen

Doel: je herhaalt alle kennis van begrijpend lezen H1 t/m 6 en weet waar je nog aan moet werken


Slide 1 - Tekstslide

We doen een quiz over alle stof van H1 t/ m H6. 
Maak aantekeningen van de vragen die je fout hebt. 
Als je een vraag over de inleiding fout hebt, zet je in je schrift het woordje inleiding met een kruisje.

Aan het eind laat je je aantekeningen aan mij zien en bepaal je op basis hiervan waar je nog aan wil werken. 

Slide 2 - Tekstslide

Oorzakelijk verband

Slide 3 - Woordweb

Welke functie heeft het middenstuk van de tekst?
A
Nieuwsgierig maken
B
Samenvatten
C
Het onderwerp uitwerken in deelonderwerpen

Slide 4 - Quizvraag

Wat voor soort inleiding heeft deze tekst?
A
Reden – de schrijver legt uit waarom hij deze tekst heeft geschreven.
B
Belangrijkste informatie – de belangrijkste informatie staat al in de inleiding.
C
Opbouw – de schrijver geeft aan wat voor informatie er in de tekst komt.
D
Voorbeeld – de schrijver maakt de lezer nieuwsgierig door een situatie te beschrijven.

Slide 5 - Quizvraag

Wat vind je in het middenstuk van de tekst?
A
de inleiding
B
de mening van de schrijver
C
de conclusie
D
de deelonderwerpen

Slide 6 - Quizvraag

Is de tekst een inleiding of een slot?
A
inleiding
B
slot

Slide 7 - Quizvraag


A
Amuseren
B
Activeren
C
Overtuigen
D
Opiniëren

Slide 8 - Quizvraag

Toelichtend verband

Slide 9 - Woordweb

Lezers de gelegenheid geven hun mening te vormen
A
Opiniëren
B
Overtuigen
C
Amuseren
D
Informeren

Slide 10 - Quizvraag

In Israël zijn de restaurants weer open, maar alleen voor personen met een vaccinatiebewijs

A
Informeren
B
Overtuigen
C
Opiniëren
D
Activeren

Slide 11 - Quizvraag

Betoog
Beschouwing
Uiteenzetting
Overtuigen
Opiniëren
Informeren

Slide 12 - Sleepvraag

Bij welk tekstdoel horen de tekstsoorten: reclametekst, flyer, uitnodiging?
A
Overtuigen
B
Activeren
C
Amuseren
D
Informeren

Slide 13 - Quizvraag

Chronologisch verband

Slide 14 - Woordweb

Bij welk tekstdoel horen de tekstsoorten: gebruiksaanwijzing, studieboek, nieuwsbericht?
A
Overtuigen
B
Activeren
C
Amuseren
D
Informeren

Slide 15 - Quizvraag

Tekstsoorten

Doel van een krantenbericht
A
Informeren
B
Je iets laten doen
C
Mening geven
D
Amuseren

Slide 16 - Quizvraag

Wat is GEEN functie van de inleiding van een tekst?
A
aanleiding noemen
B
samenvatting geven
C
onderwerp introduceren
D
belangstelling wekken

Slide 17 - Quizvraag

1. Welke tekstvormen horen bij welke tekstsoorten?
informatieve tekst
betogende tekst
activerende tekst
amuserende tekst
advertentie
nieuwsbericht
liedtekst
recensie

Slide 18 - Sleepvraag

Sleep de tekstsoorten naar het juiste tekstdoel
Informeren
Activeren
Overtuigen
Amuseren
Opiniëren

Slide 19 - Sleepvraag

Uitleg
indeling tekst
- inleiding: onderwerp introduceren
- middenstuk: deelonderwerpen
- slot: samenvatten / concluderen

Slide 20 - Tekstslide

Functies van de inleiding
Inleiding
  • Onderwerp van de tekst introduceren.
  • Aandacht trekken

Slide 21 - Tekstslide

Het middenstuk

  • Het middenstuk behandelt de diverse aspecten van het onderwerp. 
  • Dit noemen we de deelonderwerpen.
  • denk aan:
  • Gevolgen / voordelen / oplossingen

Slide 22 - Tekstslide

Slot
Als de tekst bestaat uit een driedeling bevat de tekst altijd een slot. In het slot staat een korte samenvatting van de tekst of  het slot geeft een conclusie

Slide 23 - Tekstslide

In het middenstuk van de tekst worden :
A
aspecten van het onderwerp besproken
B
wordt de samenvatting gegeven
C
staan de belangrijkste alinea's
D
staat de hoofdgedachte

Slide 24 - Quizvraag

In het slot van een tekst...
A
...staat vaak veel informatie over het onderwerp (hoe, waarom of wat e.d.)
B
...wordt het belangrijkste van de tekst nog een keer herhaald.
C
..staat waarom je nieuwsgierig wordt om verder te lezen
D
...wordt het onderwerp van de tekst ingeleid.

Slide 25 - Quizvraag

Wat heb je geleerd?
- Noem een ding dat je al wist
- Noem twee dingen die je vergeten was
- Noem iets waar je aan wil werken

Slide 26 - Open vraag

Oefentoets

Slide 27 - Tekstslide

Slide 28 - Link

Slide 29 - Link