In deze les zitten 47 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 45 min
Onderdelen in deze les
Woordenschat
ONBEKENDE WOORDEN BEGRIJPEN
1.1 Betekenis afleiden uit de tekst
Slide 1 - Tekstslide
Wat gaan we vandaag doen?
Periodeplanning bekijken
Theorie Woordenschat 1.1 bespreken
Gezamenlijk oefenen
Zelfstandig aan de slag
Slide 2 - Tekstslide
Periodeplanning
Slide 3 - Tekstslide
Doel
Aan het einde van de les kun je de betekenis van een onbekend woord afleiden uit de tekst waarin dit woord wordt gebruikt.
Slide 4 - Tekstslide
THEORIE
Het kan voorkomen dat je in een tekst een woord tegenkomt waarvan je de betekenis niet weet.
Kijk dan eerst of je de betekenis kunt afleiden uit de tekst:
wordt de betekenis van het woord uitgelegd?
staat er een voorbeeld in de tekst?
Slide 5 - Tekstslide
THEORIE
Gebruik deze tips om de betekenis af te leiden uit de tekst:
Lees de hele zin waarin het woord staat.
Controleer of er in de tekst een synoniem, omschrijving, tegenstelling of voorbeeld genoemd wordt.
Let op afbeeldingen.
Slide 6 - Tekstslide
OEFENEN
Slide 7 - Tekstslide
Wat is een synoniem?
Slide 8 - Woordweb
Noem een synoniem voor: illustratie
Slide 9 - Woordweb
Synoniem
Zoek een synoniem; een woord dat ongeveer dezelfde
betekenis heeft.
Voorbeelden:
lamp-licht
auto-wagen
schoenen-patta's-schoeisel
Slide 10 - Tekstslide
Tegenstelling
Het tegenovergestelde van elkaar
Zoek een tegenstelling, let op signaalwoorden; maar, echter,
daarentegen.
Voorbeelden:
groot-klein
zwart-wit
hoog-laag
Slide 11 - Tekstslide
Een omschrijving zoeken
Van onbekende woorden staat vaak een omschrijving in de tekst.
- Lees een zin of alinea helemaal.
- Zoek een omschrijving van het woord.
Slide 12 - Tekstslide
Zoek voorbeelden
Soms kun je hieruit de betekenis van het woord afleiden.
Zoek naar een voorbeeld, let op signaalwoorden: zoals,
bijvoorbeeld, neem nou, denk aan.
Slide 13 - Tekstslide
OEFENEN
Slide 14 - Tekstslide
Honderden ramptoeristen bezochten het gebied. De politie had veel last van al die mensen die uit nieuwsgierigheid kwamen kijken bij de ramp. Wat is de omschrijving van 'ramptoeristen'?
Slide 15 - Open vraag
Zoek in de volgende zin naar een synoniem of tegenstelling van 'lay-out' een geef aan waar sprake van is (...=...).
De lay-out van dat tijdschrift is sterk verbeterd, sinds die jonge vormgever de opmaak verzorgt.
Slide 16 - Open vraag
Zoek in de volgende zinnen naar een synoniem of tegenstelling van 'nauwkeurig' en geef aan waar sprake van is (...=...).
Onze boekhouder is heel nauwkeurig. Zijn afspraken komt hij stipt na.
Slide 17 - Open vraag
Zoek in de volgende zinnen naar een synoniem of tegenstelling van 'geavanceerde' en geef aan waar sprake van is (...=...).
Het pretpark is vorig jaar vernieuwd, omdat er te veel ouderwetse attracties stonden. In het vernieuwde pretpark hebben ze de meest geavanceerde achtbanen.
Slide 18 - Open vraag
Zoek in de volgende zinnen naar een synoniem of tegenstelling van 'overwegend' en geef aan waar sprake van is (...=...).
Het publiek van het hardstyle-evenement bestond merendeels uit scholieren en studenten. Bij het alternatieve jazzfestival waren de toeschouwers overwegend ouder dan 40.
Slide 19 - Open vraag
Zoek in de volgende zinnen naar een synoniem of tegenstelling van 'geanimeerd' en geef aan waar sprake van is (...=...).
Melissa vertelde geanimeerd over haar nieuwe bijbaan. We hadden haar al een tijd niet zo opgewekt gezien.
Slide 20 - Open vraag
Zoek in de volgende zinnen naar een synoniem of tegenstelling van 'traditionele' en geef aan waar sprake van is (...=...).
In Ede is een nieuwe rioolwaterzuivering geopend die werkt met een vernieuwende technologie. Deze techniek gebruikt veel minder energie dan de traditionele waterzuiveringstechniek.
Slide 21 - Open vraag
Zoek in de volgende zinnen naar een synoniem of tegenstelling van 'gestaag' en geef aan waar sprake van is (...=...).
De Nederlandse game-industrie groeit gestaag. Dit is te zien aan het aantal bedrijven in deze branche dat alsmaar blijft toenemen.
Slide 22 - Open vraag
TOT SLOT
Slide 23 - Tekstslide
HERHALING THEORIE
Gebruik deze tips om de betekenis af te leiden uit de tekst:
Lees de hele zin waarin het woord staat.
Controleer of er in de tekst een synoniem, omschrijving, tegenstelling of voorbeeld genoemd wordt.
Let op illustraties.
Slide 24 - Tekstslide
Aan de slag
Open Noordhoff
Open het tabblad Woordenschat 1.1
Maken opdracht 1, 2, 3, 4, 5
Slide 25 - Tekstslide
LAATSTE 10 MINUTEN KLASSIKAAL SPELLEN!
Slide 26 - Tekstslide
beterspellen.nl
Slide 27 - Link
OEFENEN
WOORDENSCHAT
Slide 28 - Tekstslide
Sommigen vinden het CHARISMA van een manager een belangrijke factor voor het succes van de zaak.
A
opleiding
B
ervaring
C
uitstraling
Slide 29 - Quizvraag
Die voorstellen BEHELZEN een compleet nieuwe invulling van de studie.
A
ontwaren
B
hebben betrekking op
C
beamen
Slide 30 - Quizvraag
Het overleg bevindt zich in een IMPASSE.
A
vergaderzaal
B
moeilijke toestand
C
eindfase
Slide 31 - Quizvraag
De goudhandel FLOREERT als nooit tevoren.
A
ontbeert
B
gaat achteruit
C
bloeit
Slide 32 - Quizvraag
In de middeleeuwen werden lijfeigenen door hun heer GEKASTIJD.
A
uitgelachen
B
gememoreerd
C
gestraft
Slide 33 - Quizvraag
De DISCREPANTIE tussen wat hij zegt en wat hij doet, is wel meer mensen opgevallen.
A
afwijking, gebrek aan overeenstemming
B
onopvallend
C
overeenkomst
Slide 34 - Quizvraag
Ik denk niet dat dat helpt bij het IMPLEMENTEREN van deze strategie.
A
invoeren en in gebruik nemen
B
een gat vullen
C
uit je hoofd leren
Slide 35 - Quizvraag
Dit artikel verduidelijkt hoe je moet citeren en PARAFRASEREN in je proefschrift.
A
Het weergeven van de inhoud met andere woorden
B
scanderen
C
omzetten in andere vorm of ander formaat
Slide 36 - Quizvraag
KOM OP ADEM
Slide 37 - Tekstslide
OEFENEN
WOORDENSCHAT
DEEL II
Slide 38 - Tekstslide
Tijdens deze lessen wordt de CONTEMPORAINE geschiedenis in chronologische volgorde behandeld.
A
sociale
B
hedendaagse
C
culturele
Slide 39 - Quizvraag
Ze mag er dan FRELE uitzien, maar ze is sterker dan je denkt!
A
broos
B
adellijk
C
verward
Slide 40 - Quizvraag
Wetenschappers staan voor een groot raadsel, nu ze een MINUSCUUL deeltje hebben gemeten.
A
heel klein
B
ovaal
C
bol
Slide 41 - Quizvraag
De IMMATERIELE schade valt niet te berekenen
A
schade aan spullen, goederen etc.
B
geestelijke
C
economische
Slide 42 - Quizvraag
Ook hier geldt natuurlijk het ADAGIUM 'voorkomen is beter dan genezen.'