breuken, kommagetallen en procenten

Wat gaan we deze les doen?
Voorkennis ophalen
Doel van deze les
Uitleg
Zelf aan de slag
1 / 27
volgende
Slide 1: Tekstslide
WiskundeMiddelbare schoolvmbo lwooLeerjaar 1

In deze les zitten 27 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Wat gaan we deze les doen?
Voorkennis ophalen
Doel van deze les
Uitleg
Zelf aan de slag

Slide 1 - Tekstslide

Doel van deze les
procenten kunnen uitrekenen

Slide 2 - Tekstslide

Kommagetallen komen we tegen bij:

Slide 3 - Tekstslide

procenten komen we tegen bij:

Slide 4 - Tekstslide

breuken gebruiken we bij:

Slide 5 - Tekstslide

100% is alles             1 hele

50% is de helft   ........     

25% is een kwart  ......

10% is .......
21
41
101

Slide 6 - Tekstslide

Hoeveel in procenten?
A
75%
B
25%
C
40%
D
4%

Slide 7 - Quizvraag

1 hele blijft 1    achter de komma mogen zoveel nullen staan als jij nodig hebt.
1,000 is 1 hele
1,00 is 1 hele
1,0 is 1 hele

0,50 is een halve  
0,5 is hetzelfde ook een halve.

0,25 is een kwart ofwel .....

41

Slide 8 - Tekstslide

In een breuk: ....     geeft het onderste getal aan in 

hoeveel stukken ik de taart heb gesneden. 

Het bovenste getal geeft aan hoeveel stukken ik daarvan heb.
21

Slide 9 - Tekstslide

welke breuk?
A
13
B
33
C
41
D
31

Slide 10 - Quizvraag

cijfers achter de komma
> 5 of hoger dan 5  dan gaat het getal omhoog
< lager dan 5 dan gaat het getal niet omhoog

Slide 11 - Tekstslide

afronden op 1 cijfer achter de komma?
1,18
A
1,2
B
1,1
C
1,19
D
1,0

Slide 12 - Quizvraag

Uitleg:
1,18  moet 1 cijfer achter de komma worden. 
Het laatste cijfer is een 8 dat is hoger dan 5.
Daarom wordt het getal 1,18 het getal 1,2.

Slide 13 - Tekstslide

afronden op 2 cijfers achter de komma
1,194
A
1,20
B
1,19
C
1,21
D
1,18

Slide 14 - Quizvraag

rond af naar één rond getal
0,965
A
0,97
B
1
C
0,96
D
0

Slide 15 - Quizvraag

Je ziet een 25% kaart in een winkel hangen. Waar denk jij aan?
A
de prijs
B
korting
C
de tijd
D
de afstand

Slide 16 - Quizvraag

Waar denk jij aan bij dit getal in een winkel: 19,95

Slide 17 - Open vraag

Je zit F1 te kijken en ziet in beeld staan:
MV 1:1259
Waar denk je aan bij dit getal?

Slide 18 - Open vraag

Je zit naar hoogspringen te kijken op tv en ziet het getal 2,24 in beeld.
Wat geeft dit getal aan?

Slide 19 - Open vraag

Je bent bij de multivlaai en ziet ergens
.... staan. Wat hoort daarbij?
41

Slide 20 - Open vraag

We gaan door met %
Gebruik altijd een verhoudingstabel!
Reken altijd eerst terug naar 1 %

Slide 21 - Tekstslide

10% van 14 euro is?

Slide 22 - Open vraag

50% van 120 euro is?

Slide 23 - Open vraag

1% van 30 euro?

Slide 24 - Open vraag

25,50 is 50% wat is 100%?

Slide 25 - Open vraag

Wat moet ik betalen?
t-shirt 40 euro, nu 25% korting

Slide 26 - Open vraag

Aan de slag
Je gaat zelfstandig aan de slag met de werkbladen

Slide 27 - Tekstslide