2VM Versterk jezelf H3

  • Lezen (10 minuten)
  • Doelen
  • Theorie
  • Opdrachten/huiswerk
  • Afsluiting
Welkom bij Nederlands!
Tekst
Mevrouw Wispels-Muilenburg
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 1

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

  • Lezen (10 minuten)
  • Doelen
  • Theorie
  • Opdrachten/huiswerk
  • Afsluiting
Welkom bij Nederlands!
Tekst
Mevrouw Wispels-Muilenburg

Slide 1 - Tekstslide

Inhoud
  • 10 min. lezen
  • Woord van de week
  • Huiswerk nakijken:  H3.8 Test jezelf Spelling
  • Vragen?
  • Quizje (H3.8)
  • Nieuw huiswerk:  Versterk jezelf H3
  • Klaar?: stil lezen + presentatie
  • Afsluiting: Grammatica

Slide 2 - Tekstslide

tegen een stootje kunnen

Slide 3 - Tekstslide

Hij heeft een nieuw pak (gepast).
A
pv
B
volt. dw

Slide 4 - Quizvraag

Tess (herinnert) mij aan onze afspraak.
A
pv
B
volt. dw

Slide 5 - Quizvraag

Ik zijn mail gisteren (beantwoord).
A
pv
B
volt. dw

Slide 6 - Quizvraag

Tom heeft zich ........(vergissen).

Slide 7 - Open vraag

Tom .....(vergissen) zich.

Slide 8 - Open vraag

Elaine heeft haar tante ......(bezoeken).

Slide 9 - Open vraag

De hond .......(verdwalen) in het bos.

Slide 10 - Open vraag

Van welk werkwoord klinkt het voltooid deelwoord niet hetzelfde als de hij/zij/het-vorm tegenwoordige tijd?
A
vertellen
B
beloven
C
vergissen
D
bedenken

Slide 11 - Quizvraag

Welk woord kan géén persoonsvorm zijn in een zin?
A
verbeterd
B
verhuist
C
vergadert
D
gedragen

Slide 12 - Quizvraag

Mijn moeder heeft het huis ......(schoonmaken).

Slide 13 - Open vraag

Ik ben de straat ....(oversteken).

Slide 14 - Open vraag

In welke zin staat een splitsbaar werkwoord?
A
Hij claimde een stuk land.
B
De dokter vroeg zich dat af.
C
Mark reisde met Kim.
D
Hij beaamde dat.

Slide 15 - Quizvraag

mirjam bouwman vertelt: 'we hebben al heel wat scholen bezocht.'
A
Mirjam
B
Mirjam Bouwman
C
Mirjam Bouwman, We
D
Mirjam Bouwman, We, Scholen

Slide 16 - Quizvraag

Waar zijn de hoofdletters correct geschreven?
A
Leon De Winter
B
A. F. van Blaak
C
mevrouw de Groot
D
hans Teeuwen

Slide 17 - Quizvraag

100 meter sprint werd gewonnen door femke bol uit nederland.
A
Meter, Nederland
B
Femke, Bol, Nederland
C
Meter, Femke, Nederland
D
1, Femke, Bol, Nederland

Slide 18 - Quizvraag

2 maanden geleden liet de docent klas 2 weten welke leerstof de leerlingen moesten leren voor deze testweek.
PV = vraagzin maken (ww vooraan)
WG = alle ww + aan het + te + zich + splitsbare ww
O = wie/wat + gez.?
LV = wie/wat + gez. + o. (+ gez.)?
MV = aan/voor wie/ wat is het bestemd?
AV = dit, dat, deze, die, zulke, zo'n, dergelijke
VRV = wie, wat, welke, wat voor (een)

Slide 19 - Tekstslide