4.6 De woonomgeving

De Woonomgeving



par. 6
H4 Stedelijke gebieden
Leefomgeving
V5
1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

De Woonomgeving



par. 6
H4 Stedelijke gebieden
Leefomgeving
V5

Slide 1 - Tekstslide

Lesdoel
  • Je begrijpt het verband tussen leefbaarheid en de kenmerken van woning, bewoners en woonomgeving.
  • Je begrijpt het verband tussen leefbaarheid (sociale (on)veiligheid), sociale cohesie en sociale netwerken.
  • Je begrijpt waarom de beleving van de leefbaarheid subjectief is.
  • Je begrijpt waardoor er met name in oude industrie-, haven- en stationsgebieden in de steden grote vernieuwingen plaatsvinden.
  • Je begrijpt dat de keuze voor een bepaald stedelijk vernieuwingsbeleid gevolgen heeft voor de woningvoorraad en de bevolkingssamenstelling van een wijk.
  • Je kunt wijken en buurten vergelijken aan de hand van woningkenmerken, bewonerskenmerken, beleving van de openbare ruimte en gevoerd beleid.
  • Je kunt de leefbaarheid in buurten beargumenteerd beoordelen.

Slide 2 - Tekstslide

Buurtprofiel
Samenvatting van de belangrijkste kenmerken van een buurt.

Inhoud: 
  • Kenmerken woningen
  • Kenmerken bewoners
  • Kenmerken woonomgeving 

Slide 3 - Tekstslide

De woonomgeving
Alles van de voorgevel tot en met de straat.

Leefbaarheid: hoe aantrekkelijk en/of geschikt een gebied of gemeenschap is om er te wonen of te werken.

Slide 4 - Tekstslide

Woonomgeving
Sociale veiligheid

Subjectief: gevoel
Objectief: gemeten 

Afhankelijk van persoonlijke kenmerken

Slide 5 - Tekstslide

Noem een vb van hoe persoonlijke kenmerken een rol spelen het gevoel van de subjectieve veiligheid.

Slide 6 - Open vraag

Maatregelen
overlast en verloedering verminderen de sociale veiligheid

Aanpakken:
  • Inrichting openbare ruimte
  • De mensen zelf

Slide 7 - Tekstslide

Fysiek vlak

Slide 8 - Tekstslide

Openbare ruimte
 voor iedereen, maar van niemand 

wordt gelet op:
  • Toegankelijkheid
  • Onderhoud
  • Overzichtelijkheid
  • Toezicht

Slide 9 - Tekstslide

Sociaal vlak

Slide 10 - Tekstslide

Sociale Cohesie
Het gevoel van saamhorigheid

De bereidheid om een actieve rol te spelen in de buurt

-> invloed op leefbaarheid


Slide 11 - Tekstslide

Noem een voorbeeld van hoe bij jou in de wijk de sociale cohesie wordt/ kan worden verbeterd.

Slide 12 - Open vraag

Buurt- of wijkvoorzieningen

Slide 13 - Tekstslide

Probleemwijken
Segregatie -> goede en slechte wijken.
Slechte wijken: probleemwijken, verpaupering, afname aantal voorzieningen, asociaal gedrag etc. 

Oplossing verbeteren leefbaarheid in de stad: 
1980: stadsvernieuwing
1990: herstructurering


Slide 14 - Tekstslide

Stadsvernieuwing
  • Renovatie 
  • Sloop en nieuwbouw (sanering)

Het verbeteren van de kwaliteit van de woningen

Slide 15 - Tekstslide

Herstructurering
Verbeteren kwaliteit woningen, woningaanbod en openbare ruimte.
-> Slechtste woningen duurder en luxer. 

-> gentrification: aantrekken hoger opgeleide bevolking om meer verscheidenheid aan te brengen in de bevolkingssamenstelling

Slide 16 - Tekstslide

Opdrachten

Maak 
Hoofdstuk 4
§6

Opdr. 1 t/m 6 + hoofdvraag

Slide 17 - Tekstslide