MTH P8 keuzeles

Welkom bij de les!
Onderwerpen:
  • WCS classificatiemodel (6.1.2)
  • Wondreiniging en ontsmetten (6.2.2)
  • Plaatselijke verdoving (6.2.4)
  • Venapunctie (5.12)
  • POC Analyzers (5.15)
  • Bezinking (5.16)
  • Weefsel, wondvocht (e.d.) voor versturing (5.19)
  • Audiometrie en stemvorkproeven (5.26)
  • Visustest (5.27)
  • Zuurstofsaturatiemeting (5.28)
  • Urine opvangen (5.6)
1 / 37
volgende
Slide 1: Tekstslide
MthMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 37 slides, met tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Welkom bij de les!
Onderwerpen:
  • WCS classificatiemodel (6.1.2)
  • Wondreiniging en ontsmetten (6.2.2)
  • Plaatselijke verdoving (6.2.4)
  • Venapunctie (5.12)
  • POC Analyzers (5.15)
  • Bezinking (5.16)
  • Weefsel, wondvocht (e.d.) voor versturing (5.19)
  • Audiometrie en stemvorkproeven (5.26)
  • Visustest (5.27)
  • Zuurstofsaturatiemeting (5.28)
  • Urine opvangen (5.6)

Slide 1 - Tekstslide

Opdracht 2de uur
In groepjes van 2 lesje van 5-10 minuten voorbereiden.
Einde van de les is de les af
EN
Maak 2 quizvragen (inclusief het juiste antwoord) 
Lever deze vragen in tijdens de les

Volgende week presenteren tijdens de les

Slide 2 - Tekstslide

Onderwerpen presentatie

Faeces onderzoek 5.17
Fluor onderzoek 5.18
Longfunctie 5.25
Allergie 5.21
Enkel-arm-index 5.24
Instrumentkennis kleine chirurgie
Brandwonden 6.3.2
Handen reinigen 2.3.8
Reinigen, desinfectie, steriliseren 2.4
Oren uitspuiten 6.7

Lesvorm = vrij (presentatie, actief) (geen quiz) EN
2 quizvragen (+antwoorden)
Iedereen komt aan het woord

Slide 3 - Tekstslide

 WCS-CLASSIFICATIEMODEL (6.1.2)
 WCS-classificatiemodel -> classificatiemodel van de Woundcare Consultant Society. Bruikbaar voor bijna alle wonden.​

 
Wonden worden op kleur ingedeeld: rood, geel, zwart
(is vaak een combi).

Slide 4 - Tekstslide

Lees wondclassificatiemodel in je boek 
H6.1.2
Wat zijn de kenmerken van 
rode, gele en zwarte wonden

Slide 5 - Tekstslide

Rode wond
Herstelweefsel (granulatieweefsel) met jonge cellen en bloedvaatjes-> genezing​

Behandeling:​
Wond beschermen en laten genezen in vochtige omgeving


Slide 6 - Tekstslide

Gele wond
Ontstekingsmateriaal-> laag dode huidcellen en ziektekiemen(etter/pus)​


Behandeling:​
Ontstekingsmateriaal verwijderen-> reinigen met speciaal verbandmateriaal 

Slide 7 - Tekstslide

Zwarte wond
Necrotisch weefsel-> dood weefsel-> wond kan niet genezen​

Behandeling:​
Necrotisch weefsel verwijderen met schaar en pincet of necrose-oplossers in ZKH of thuiszorg

Slide 8 - Tekstslide

Wondreiniging (6.2.2)
  1. Reinigen​
  2. Ontsmetten​
  3. Wondexcisie of wondtoilet​
  4. Z.n. plaatselijke verdoving​
  5. Wondsluiting​
  6. Keuze van wondbedekker​
  7. Nazorg​
  8. Verslaglegging

Slide 9 - Tekstslide

Reinigen
  •  Wondinfectie voorkomen​
  •  Doet lichaam deels zelf door bloeding​
  •  Zacht stromend lauw water met een gaasje​
  •  Kraan eerst 30 sec. open laten staan​


 Meer info: www.thuisarts.nl 





Slide 10 - Tekstslide

6.2.2. Ontsmetten
Desinfectans-> gaat vermenigvuldigen van ziektekiemen tegen.​

  • Alcohol/ethanol -> voor huid en wondranden, niet in de wond.​
  • Chloorhexidine -> bacteriedodende stof.​
  • Jodiumtinctuur -> sterk werkend. Let op: allergieën!​ Slecht afwasbaar
  • Povidonjodium-> tegen bacteriën en schimmels. Minder allergische reacties.​ Slecht afwasbaar. Je ziet goed het ontsmette gebied
  • Natriumhypochloriet -> voor decubitus en ulcus cruris​ (losmakend en oplossend effect op necrotisch weefsel
  • Zilversulfadiazine -> bacteriedodend -> oppervlakkige 2e graads brandwonden bij volwassenen, geeft bij wondcontrole een zilververkleuring





Slide 11 - Tekstslide

https://www.thuisarts.nl/wonden/ik-heb-snij-of-scheurwond
Beantwoord de volgende vragen:
  1. Hoe ontstaat een scheurwond?
  2. Als er geen verband voorhanden is, wat gebruik je dan?
  3. Welke mogelijkheden zijn er om een wond te dichten?
  4. Hoe dek je de wond af? (note: geen vetgaas gelijmde wonden)
  5. Wanneer moet men weer contact opnemen met de huisarts?

Slide 12 - Tekstslide

Venapunctie (5.12)
Doel venapunctie:
Als een druppel bloed niet voldoende is....
Venapunctie meestal uit elleboogader
Ader=vene=veneus bloed

Slide 13 - Tekstslide

Belangrijk!
  • Volgorde verschillende buisjes (zie tabel 5.8 in je boek)
  • Buisjes zwenken, niet schudden!
  • Etiket op het buisje plakken

  • Nazorg patiënt:
  • afdrukken (bij gebruik antistolling 15 min)

Slide 14 - Tekstslide

Handig
  • Flauwvallen gebeurt minder snel als patient een halve liter water drinkt en tijdens de bloedafname de bilspieren aanspant
  • Als er geen bloed in het buisje komt: iets verder opschuiven
  • "bloedfontein" 

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Video

POC Analyzers (5.15)
"Point of care"


Kleine apparaten waarmee testen in bloed, urine en faeces kunnen worden uitgevoerd buiten het laboratorium.
Kennen jullie voorbeelden?

Slide 17 - Tekstslide

Glucose:                       Ezelsbruggetje: 5,6,7,8, veel woorden
Nuchter <5,6               veel woorden-> hoge cijfers
Niet nuchter <7,8
-----Zie onder

Slide 18 - Tekstslide

Plaatselijke verdoving (6.2.4)
Meestal lidocaine

Soms met epinefrine (adrenaline) -> verkramping van de bloedvaten -> bloed minder, verdoving werkt iets langer, niet in eind arteriën -> voorbeelden?


Slide 19 - Tekstslide

Meestal veldblokkade (infiltratie anesthesie) 

Oberst anesthesie: Gevoelszenuwen worden geblokkeerd

Prikangst: lidocaïne pleister (lange inwerktijd)

Slide 20 - Tekstslide

 Bezinking (5.16)
Bezinking (afstand die erytrocyten zakken in bepaalde tijd)
Bezinkingssnelheid erytrocyten" (BSE)
Doel:
  • uitsluiten van ernstige ziekten
  • opflamming auto-immuunziekten (bv reuma)
  • aantonen ontsteking (licht verhoogd bij verkoudheid)
Nadeel:
  • Uitslag duurt enkele uren

Slide 21 - Tekstslide

Wat gebeurt er?
  • Bloedcellen zakken langzaam naar beneden
  • Plasmakolom en leuko-laagje (buffycoat) worden zichtbaar
  • Plasma moet lichtgeel zijn

Slide 22 - Tekstslide

Wat meet je?
  • Je meet lengte plasmakolom+buffycoat
  • Na een uur aflezen
  • Scheiding niet duidelijk? -> gesluierde bezinking

Slide 23 - Tekstslide

De uitslag
Zie tabel 5.13 van je boek

Let op afwijkende kleur plasma!!
(5.16 boek)

Slide 24 - Tekstslide

Weefsel, wondvocht (e.d.) voor versturing (5.19)
Materiaal opsturen naar laboratoria:

  • PA-laboratorium (weefsel)
  • Microbiologisch laboratorium (aantonen ziektekiemen)
  • Klinisch chemisch laboratorium (bloed-urine)
  • Hematologisch laboratorium (bloed, beenmerg)

Slide 25 - Tekstslide

Weefsel
Voorbeeld: moedervlek
  • In potje met formaldehyde 4%
  • Weefsel helemaal bedenkt met vloeistof
  • Potje goed afsluiten
  • Etiket met patiënt gegevens

Slide 26 - Tekstslide

Kweek
Voorbeelden: wondvocht, urine, sputum, faeces, slijm, fluor
(bacteriën, gisten/schimmels, virussen = microbiologisch)

Gebeurt met wattenstaafje in een 
afgesloten reageerbuisje
Afname-materialen en formulieren worden 
verstrekt door laboratoria

Slide 27 - Tekstslide

Handig om te weten
Zie blauw kader in hoofdstuk 5.19

Slide 28 - Tekstslide

Audiometrie en stemvorkproeven (5.26)
Doel: mate van gehoorverlies aantonen

Perceptieslechthorendheid: beschadiging slakkenhuis, gehoorzenuw of hersenen

Geleidingsslechthorendheid: trommelvlies of het middenoor. 
Het trommelvlies kan een perforatie hebben of verdikt zijn. Soms zit er vocht in het middenoor in plaats van lucht.

Slide 29 - Tekstslide

Notatie:
Rechts is Rood is Rond
Links is Blauw is Kruisje

Hoofdtelefoon:
Rechts is Rood
Links is Blauw
AD=Audio Dexter = Rechts
AS=Audio Sinister = Links

Slide 30 - Tekstslide

De test v.a. 6 jaar
Zie protocollenboek

Slecht gehoor:
Uitval van 30dB op drie of meer toonhoogten van 500-4000Hz of
Uitval van 40 dB of meer in het gebied 500-4000Hz

Slide 31 - Tekstslide

Visustest (5.27)
Doel: gezichtsscherpte bepalen
Oog afdekken met occlusiebril
Visusbepaling meestal met correctie (bril/lenzen)
VOD = visus ocullus dexter = rechter oog
VOS =  visus ocullus sinister = linker oog

Slide 32 - Tekstslide

Opdracht
Maak een mindmap over geneesmiddelentoediening

Slide 33 - Tekstslide

Mindmap medicatie toedienen

Slide 34 - Tekstslide

Zuurstofsaturatiemeting (5.28)
Perifere percutane zuurstofsaturatiemeting = pulsoximetrie

perifeer=buitenrand
percutaan = huid
Dus aan de buitenrand van het lichaam door de huid wordt bepaald of bloed voldoende zuurstof bevat.
Sp02..%

Slide 35 - Tekstslide

Hoe?
Door vingersensor
Door oorsensor (oorlel)
Door voorhoofdssensor

In acute situaties vaak langere tijd meten
Handig: warme handen 
Gezonde waarden: 95-100%, te weinig bij SpO2 < 92%

Slide 36 - Tekstslide

Urine opvangen (5.6)
  • Urine zit meestal 3-4 uur in de blaas (ochtendurine)
  • Plaszakje (eerst drinken, dan plakken)
  • Clean catch: middenstroom (midstream) = schoonmaken, drinken, plassen, opvangen tijdens plassen

Slide 37 - Tekstslide