6.1 een wereldeconomie

6. Regenten en Vorsten
1600-1700

6.1 een wereldeconomie
1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

6. Regenten en Vorsten
1600-1700

6.1 een wereldeconomie

Slide 1 - Tekstslide

Wat weet je over de VOC?

Slide 2 - Woordweb

Leerdoel
Aan het eind van deze presentatie kun je herkennen en uitleggen waarom Nederland in de 17e eeuw een rijk land werd

Slide 3 - Tekstslide

Het kenmerkend aspect 
Wereldwijde handelscontacten, handelskapitalisme en het begin van een wereldeconomie


Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Video

In je eigen woorden: wat wordt bedoeld met handelskapitalisme en wereldeconomie?

Slide 6 - Open vraag

Specerijen
  • Erg interessant, meer smaak, langere houdbaarheid, medicijn.

  • Groeit alleen in Zuidoost-Azië.

  • Door lange route, met veel tussenhandel zijn specerijen peperduur.

  • Val Constantinopel: noodzaak eigen zeeroutes West-Europese landen

Slide 7 - Tekstslide

Waarom een VOC?
  • Steeds meer Nederlandse bedrijven (compagnieën) gaan naar Indië varen.

  • Hierdoor ontstaat veel concurrentie tussen Nederlanders onderling

  • De prijs van de specerijen daalt hierdoor snel, de winst dus ook

  • Nodig: monopolie

Slide 8 - Tekstslide

VOC in 1602 
  • 2000 Schepen en 30.000 man personeel
  • Handelt in heel Azië --> multinational
  • Doel: zoveel mogelijk winst maken. Geweld is toegestaan.
  • Aandeelhouders laten hun geld in de onderneming zitten i.p.v. zich na iedere reis te laten uitbetalen

Slide 9 - Tekstslide

Batavia
Nederlanders stichten op Java de belangrijkste factorij (handelspost) Batavia.
Dit wordt het hoofdkwartier van de VOC in Azië.
Batavia heet nu weer Djakarta.

Slide 10 - Tekstslide

Welke twee voordelen had de oprichting van de VOC (voor de oprichters)
A
Veiligheid, verlies werd gedeeld door de aandelen.
B
Eindelijk kwamen er specerijen naar de Nederlanden.
C
Driehoekshandel en daarmee slavenhandel kon worden gestart
D
Geen nationale concurrentie, later zelfs monopolie.

Slide 11 - Quizvraag

Vandaag
Ga naar lessonup.com
log in met de code linksonder

We gaan het hebben over de WIC en de slavenhandel
Kort iets over representativiteit van bronnen

Slide 12 - Tekstslide

Historische vaardigheden
Is een bron representatief?
Het lastigste is om te bepalen of een bron representatief is. Dat wil eigenlijk zeggen of hetgeen er staat ook algemeen geldt.
  • Is het een uitzondering? Dan is het niet representatief.
  • Is het geen uitzondering? Dan is het representatief



Slide 13 - Tekstslide

Een bron is representatief...
A
wanneer hij er netjes uitziet
B
wanneer hij geldt voor één persoon
C
wanneer hij geldt voor een grote groep personen
D
wanneer hij geldt voor twee personen

Slide 14 - Quizvraag

Even oefenen
Is de man links representatief voor de inwoners van de Nederlandse Republiek in de 17e eeuw?

Slide 15 - Tekstslide

Is de man links representatief voor de inwoners van de Nederlandse Republiek in de 17e eeuw?

Slide 16 - Open vraag

Is de man links representatief voor de kledingkeuze van rijke handelaren in de Nederlandse Republiek in de 17e eeuw?

Slide 17 - Open vraag

Even oefenen
Is de man links representatief voor de kledingkeuze van rijke handelaren in de Nederlandse Republiek in de 17e eeuw?

Slide 18 - Tekstslide

1621: De WIC
  • Doel: handelsmonopolie en kaapvaart (oorlog tegen Spanje)


  • handelde in slaven en suiker
  • had gebieden in West-Afrika, de Nederlandse Antillen en Suriname in handen.
  • Aantal verhandelde slaven: ongeveer 600.000.


Slide 19 - Tekstslide

Driehoekshandel
Handel in West-Afrika en Amerika

Mercantilisme: Overheid bemoeid zich actief met de economie van het land.

WIC was geen succes


Slide 20 - Tekstslide

Plattegrond van een slavenschip

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Video

Huiswerk
Lees 6.1 Een wereldeconomie
Maak opgave 7, 8, 14, 15

Slide 23 - Tekstslide