13.1 deel 2 Interacties tussen soorten

Welkom

Jas uit en tas van tafel
Pak laptop 
Ga in deze Lesson Up 



1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Welkom

Jas uit en tas van tafel
Pak laptop 
Ga in deze Lesson Up 



Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen
Grote Afrikaanse zoogdieren hebben bijna altijd ossenpikkers op zich zitten. Redeneer waarom dit zo is. 

Ik kan de begrippen: predator-prooi, symbiose, mutualisme, commensalisme, parasitisme uitleggen en herkennen in een context

Ik kan uitleggen op welke manieren dieren voorkomen dat ze worden opgegeten

Slide 2 - Tekstslide

Waarom zijn tijgers oranje terwijl ze in de jungle leven?

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Video

Camouflage
- Predator-prooi relatie

- Voorkomen dat je gezien wordt en dus voorkomen dat je opgegeten wordt

- Werkt voornamelijk op zicht, maar zijn er nog andere manieren tot camouflage?

Slide 5 - Tekstslide

Mimicry
- Predator-prooi relatie

- Voorkomen als iets of iemand anders en dus voorkomen dat je wordt opgegeten


Slide 6 - Tekstslide

Symbioses
Het samenleven van individuen van verschillende soorten. Er zijn drie samenlevingsvormen. 

Mutualisme (beide partners hebben baat) + /+
Parasitisme (een heeft baat, de ander last) +/ -
Commensalisme (een heeft baat, de ander geen last) +/ o

Slide 7 - Tekstslide

Mutualisme is een vorm van symbiose, waarbij allebei de soorten voordeel hebben van de relatie. Een win win situatie dus.
Voorbeelden van mutualisme

Slide 8 - Tekstslide

Commensalisme is een vorm van symbiose, waarbij één van de soorten voordeel heeft van de relatie en de ander maakt het niet zo veel uit. (geen voordeel en geen nadeel)
Commensalisme bij planten noem je epifytisme
De reiger profiteert van de insecten die op de mest afkomen en de in de omgewoelde grond zitten. Buffel heeft geen uitgesproken voordeel of nadeel
Remora vissen zwemmen mee en eten de restjes van de haai.

Slide 9 - Tekstslide

Parasitisme is een vorm van symbiose, waarbij één van de soorten voordeel heeft van de relatie en de ander een nadeel.
Voorbeelden van parasieten en gastheer

Slide 10 - Tekstslide

Er zijn duidelijke verschillen tussen parasitisme en predatie.
-  Meestal is de parasiet klein ten opzichte van de gastheer. De predator is meestal groot vergeleken met de prooi.
- parasiet en gastheer leven langere tijd samen; bij predator prooi is er een (eenmalige) korte ontmoeting.
-  de prooi wordt gedood, de gastheer heeft schade, maar blijft in leven (een parasiet heeft niets aan een dode gastheer)

Slide 11 - Tekstslide

Deze symbiose is...
A
Mutualisme
B
Parasitisme
C
Commensalisme

Slide 12 - Quizvraag

Deze symbiose is...
A
Mutualisme
B
Parasitisme
C
Commensalisme

Slide 13 - Quizvraag

De relatie tussen de neushoorns en ossenpikkers blijkt ingewikkelder dan van te voren gedacht. De ossenpikkers voeden zich niet alleen met teken die in de wonden van een neushoorn zitten, maar zorgen er ook voor dat de wonden van de neushoorn niet kunnen helen door ze open te pikken. Welke vorm/vormen van symbiose komt/komen hier voor? Leg uit.

Slide 14 - Open vraag

Eindexamenvraag havo 2019

Over de relaties tussen de plant, de vleesetende luis, de spin en de fruitvliegjes worden drie uitspraken gedaan:
1. Tussen de vleesetende luis en de plant is sprake van mutualisme.
2. Tussen de vleesetende luis en de fruitvliegjes is sprake van
parasitisme.
3. Tussen de spin en de fruitvliegjes is sprake van predatie.

Noteer de nummers 1, 2 en 3 onder elkaar op je antwoordblad en schrijf achter elk nummer of de betreffende uitspraak juist of onjuist is.

Slide 15 - Tekstslide

Over de relaties tussen de plant, de vleesetende luis, de spin en de fruitvliegjes worden drie uitspraken gedaan:
1. Tussen de vleesetende luis en de plant is sprake van mutualisme.
2. Tussen de vleesetende luis en de fruitvliegjes is sprake van parasitisme.
3. Tussen de spin en de fruitvliegjes is sprake van predatie.

Noteer de nummers 1, 2 en 3 en schrijf achter elk nummer of de betreffende uitspraak juist of onjuist is.

Slide 16 - Open vraag

Aan de slag

- hw : leren 13.2 maken opdr 3 tm 18

Ben je klaar? zoek op de LessonUp. par. 13.1 deel 2
- Bekijk de video's en beantwoord de vragen
- Verwachting Osmoseproef


Slide 17 - Tekstslide