Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
Vraagzinnen en vraagwoorden
Bienvenue!
On corrige les exercices 8, 9, 10
Comment poser des questions?
On fait l'exercice 13, 14, (15)
1 / 21
volgende
Slide 1:
Tekstslide
Frans
Middelbare school
mavo
Leerjaar 2
In deze les zitten
21 slides
, met
interactieve quizzen
,
tekstslides
en
1 video
.
Lesduur is:
30 min
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
Bienvenue!
On corrige les exercices 8, 9, 10
Comment poser des questions?
On fait l'exercice 13, 14, (15)
Slide 1 - Tekstslide
On corrige les exercices 8, 9, 10
Klaar? Kijk naar bladzijde 26 van je tekstboek
Pakken:
Je IPad, aantekeningschrift, pen
timer
6:00
Slide 2 - Tekstslide
Slide 3 - Tekstslide
Lesdoel:
Aan het einde van de les kan ik vragen stellen in het Frans op verschillende manieren.
Slide 4 - Tekstslide
manier 1: stem aan het eind van de zin omhoog
(vragend uitspreken)
Vous êtes à l'école. ->
Jullie zijn op school.
Vous êtes à l'école?
->
Zijn jullie op school?
Tu achètes un cadeau. ->
Jij koopt een cadeau.
Tu achètes un cadeau?
->
Koop jij een cadeau?
Slide 5 - Tekstslide
Maak de volgende zin vragend: Il habite à Lyon.
timer
0:30
Slide 6 - Open vraag
Êtes-vous à l’école? ->
Zijn jullie op school?
Achètes-tu un cadeau? ->
Koop jij een cadeau ?
Pas op ! Deze manier gebruik je niet bij namen of zelfstandige naamwoorden
(personen of dingen, waar je de/het voor kunt zetten)
Manier 2: de Nederlandse manier
(Onderwerp en persoonsvorm/gezegde omdraaien)
Slide 7 - Tekstslide
Maak de volgende zin vragend: Vous parlez français. (manier 2)
timer
0:30
Slide 8 - Open vraag
Est-ce que + onderwerp + (persoonsvorm) gezegde + rest van de zin
Est-ce que vous êtes à l’école ? ->
Zijn jullie op school ?
Est-ce que tu achètes un cadeau ? ->
Koop jij een cadeau ?
Manier 3: Est-ce que gebruiken
Slide 9 - Tekstslide
Maak de volgende zin vragend: Tu joues de la guitare. (manier 3)
timer
0:30
Slide 10 - Open vraag
Dus...
*
Vragend uitspreken
: Tu es fatigué. -> Tu es fatigué
?
*
Omdraaien
: Tu vas à la plage. ->
Vas-tu
à la plage?
*
est-ce que
: Tu as fait les devoirs de maths.
Est-ce que
tu as fait les devoirs de maths?
Slide 11 - Tekstslide
Noem zoveel mogelijk Franse vraagwoorden (waar/wanneer/hoe/hoeveel/wie etc.)
Slide 12 - Woordweb
Welke vraagwoorden kennen we??
Où = Waar
Quand = Wanneer
Comment = Hoe
Combien = Hoeveel
Pourquoi = Waarom
Qui = Wie
Qu'est-ce que = Wat
Slide 13 - Tekstslide
Met een vraagwoord:
Vraagwoord + est-ce que + de gewone zin
Pourqoui
est-ce que
vous êtes à l'école? (waarom)
Quand
est-ce que
vous êtes à l'école? (wanneer)
Qu'
est-ce que
tu fais? (wat)
Où
est-ce que
tu habites? (waar)
Combien
est-ce que
tu as payé? (hoeveel)
Slide 14 - Tekstslide
Andere manieren...
Gewone zin + vraagwoord -> Tu habites
où
?
Vraagwoord + gewone zin ->
Comment
tu t'appelles?
Vraagwoord + omdraaien ->
Combien
as-tu payé?
Slide 15 - Tekstslide
Slide 16 - Video
Traduisez en néerlandais:
Où est Ellen?
Slide 17 - Open vraag
De juiste Franse vertaling voor hoeveel is:
A
Comment
B
Combien
C
Qu'est-ce que
D
Commence
Slide 18 - Quizvraag
Qui a 15 ans?
Slide 19 - Open vraag
On fait l'exercice 13 A B
Klaar? Maak opdracht 14 en 15 uit je werkboek
Slide 20 - Tekstslide
https:
Slide 21 - Link
Meer lessen zoals deze
H2 Vraagzinnen en vraagwoorden
Augustus 2024
- Les met
16 slides
Frans
Middelbare school
mavo
Leerjaar 2
H2 Vraagzinnen en vraagwoorden
April 2024
- Les met
16 slides
Frans
Middelbare school
mavo
Leerjaar 2
2V 23-03
Maart 2021
- Les met
28 slides
Frans
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2
M/H 2 HS 5 LES 6
April 2024
- Les met
19 slides
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
Poser une question.
April 2024
- Les met
51 slides
Frans
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2,3
een vraag stellen
September 2024
- Les met
18 slides
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
les 2 vraagzin ontkenning herhalen
Januari 2021
- Les met
19 slides
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
2h4 - di090424
April 2024
- Les met
19 slides
Frans
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 4