Zorg voor anderen

Zorg voor anderen
1 / 25
volgende
Slide 1: Tekstslide
ZorgVoortgezet speciaal onderwijs

In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Zorg voor anderen

Slide 1 - Tekstslide

Aan het einde van deze les weet je hoe je kan omgaan met zorgvragers.

Slide 2 - Tekstslide

Als assistent dienstverlening en zorg help je andere mensen (zorgvragers). 

Je gaat bijvoorbeeld een stuk wandelen of helpt bij het doen van de boodschappen. Bij alle hulp die je aanbiedt let je er op wat een zorgvrager zelf nog kan. Je gaat op een fijne manier met de ander om.

Slide 3 - Tekstslide

Waar kan jij een zorgvrager bij helpen?

Slide 4 - Woordweb

In de zorg heb je contact met mensen. 

Je voert een gesprek, houdt een hand vast en je assisteert bij het aankleden. 

Een goede communicatie is dan belangrijk. 

Slide 5 - Tekstslide

Communiceren is het overbrengen en ontvangen van een boodschap. 

We kennen verbale en non verbale communicatie.

Voor een zorgvrager is het fijn om te weten wat er gaat gebeuren. Probeer je maar eens te verplaatsen in de ander.

Slide 6 - Tekstslide

Wat is non verbale communicatie?

Slide 7 - Open vraag

Sommige zorgvragers voelen zich eenzaam. 

Soms ben jij de enige persoon die langkomt op een dag. 

De meeste zorgvragers vinden het dan fijn om een praatje met je te maken. Door vragen te stellen toon je interesse.

Slide 8 - Tekstslide

LSD-methode
Voor een goed gesprek is het belangrijk dat je goed luistert, regelmatig samenvat en de juiste vragen stelt. 

Slide 9 - Tekstslide

Waar staan de letters L, S, D voor in de LSD-methode?

Slide 10 - Open vraag

Naomi werkt in de thuiszorg. Ze helpt meneer Vos twee keer in de week thuis bij het schoonmaken van zijn huis. Vandaag komt ze bij hem langs. Ze wil graag een gesprekje met hem voeren. Ze ziet een foto op zijn kast staan.

Slide 11 - Tekstslide

Welke vraag zou ze aan meneer Vos kunnen stellen om een gesprek te beginnen?

Slide 12 - Open vraag

Bekijk de volgende video waarin Anna een envelop aan mevrouw Zwaans geeft.

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Video

Gaat Anna op de juiste manier met mevrouw Zwaans om? Leg uit.

Slide 15 - Open vraag

Let Anna volgens jou op non-verbale communicatie?
A
Ja
B
Nee

Slide 16 - Quizvraag

Bekijk de video waarin Anna op een andere manier met mevrouw Zwaans omgaat.

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Video

Wat doet Anna nu beter?

Slide 19 - Open vraag

Wat heeft dit voor effect op mevrouw Zwaans?

Slide 20 - Open vraag

Bij de omgang met zorgvragers is het belangrijk dat je je kunt inleven in een ander. 

Dit noemen we empathie.

Je kunt je verplaatsen in de gedachten en gevoelens van een ander.

Slide 21 - Tekstslide

Mevrouw Jansen heeft een nieuwe heup. Ze gaat vandaag wandelen met Anna. Het lopen gaat langzaam, maar het gaat iedere dag een stukje beter.

Slide 22 - Tekstslide

Hoe kan Anna empathie tonen?

Slide 23 - Open vraag

Zou jij later in de zorg willen werken? Leg uit.

Slide 24 - Open vraag

Slide 25 - Tekstslide