Voorbereiding toets H3

alle gegeven aantekeningen erbij pakken
herhaling middels LessonUp
zelfstandig aan de slag



Doel: jullie zijn voorbereid op het proefwerk van a.s. vrijdag. 
Start je laptop op/blz. 117
1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare school

In deze les zitten 14 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

alle gegeven aantekeningen erbij pakken
herhaling middels LessonUp
zelfstandig aan de slag



Doel: jullie zijn voorbereid op het proefwerk van a.s. vrijdag. 
Start je laptop op/blz. 117

Slide 1 - Tekstslide

Wat heb je geleerd in H3?
Lezen: opsommingen en tegenstellingen herkennen aan de hand van signaalwoorden

Woordenschat: figuurlijk taalgebruik herkennen en begrijpen

Taalverzorging: onderwerp en persoonsvorm zijn gelijk aan elkaar --> meervoud/enkelvoud
voltooid deelwoord herkennen en goed spellen

Slide 2 - Tekstslide

Waar vind je signaalwoorden in een zin?

Slide 3 - Open vraag


  Om welk tekstverband gaat het?
A
opsomming
B
opsomming
C
reden
D
conclusie

Slide 4 - Quizvraag

Waarvan is dit een opsomming?

Slide 5 - Open vraag

welk verband?
Het ene moment is iets helemaal in, maar je knippert met je ogen en het is weer helemaal uit.
A
opsomming
B
tegenstelling

Slide 6 - Quizvraag

Welk verband?
Op school willen ze graag het goede voorbeeld geven. Ook de ouders staan daar vierkant achter.
A
opsomming
B
tegenstelling

Slide 7 - Quizvraag

Welk verband?
Ik vind het goede veranderingen in de kantine. Hoewel de broodjes niet meer ongezond zijn, blijven ze lekker.
A
opsomming
B
tegenstelling

Slide 8 - Quizvraag

Als het onderwerp in een zin meervoud is,
moet de persoonsvorm ____.
Als het onderwerp in een zin meervoud is,
moet de persoonsvorm ____.
A
ook enkelvoud zijn
B
ook meervoud zijn

Slide 9 - Quizvraag

Wat is het belangrijkste woord in het onderwerp:

drie pakken rijst
A
drie
B
pakken
C
rijst

Slide 10 - Quizvraag

De hele klas stoort/storen zich aan de harde muziek.
Onderwerp?

Slide 11 - Open vraag

De hele klas stoort/storen zich aan de harde muziek.
Belangrijkste woord?

Slide 12 - Open vraag

De hele klas stoort/storen zich aan de harde muziek.
A
stoort
B
storen

Slide 13 - Quizvraag

Doel: jullie zijn voorbereid op het proefwerk van a.s. vrijdag. 
Ga online verder met 'trainen' of 'extra opdrachten' van H3

Slide 14 - Tekstslide