18. schrijfdossier opdracht 2 sollicitatiebrief

PLANNING VAN DEZE LES
1.  De nulmeting staat het tweede lesuur Nederlands klaar voor Giovanni. Starttijd: 11:05 uur. Je hebt oortjes nodig en je kunt als je wilt in een andere ruimte de toets maken. De meesten zijn met 45 a 60 minuten klaar met de 40 vragen. Het is wel belangrijk om het helemaal af te krijgen. 

► StartUp
2.  Ophalen
3.  Eén zin; drie vragen
4.  Het Schrijfdossier: overzicht en opdracht 2, inclusief theorie
5.   Volgende keer

1 / 32
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 32 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 120 min

Onderdelen in deze les

PLANNING VAN DEZE LES
1.  De nulmeting staat het tweede lesuur Nederlands klaar voor Giovanni. Starttijd: 11:05 uur. Je hebt oortjes nodig en je kunt als je wilt in een andere ruimte de toets maken. De meesten zijn met 45 a 60 minuten klaar met de 40 vragen. Het is wel belangrijk om het helemaal af te krijgen. 

► StartUp
2.  Ophalen
3.  Eén zin; drie vragen
4.  Het Schrijfdossier: overzicht en opdracht 2, inclusief theorie
5.   Volgende keer

Slide 1 - Tekstslide

►STARTUP
► Wie: Giovanni, Chanel, Tessa, Daniel

Maak die en lever die in via CumLaude. De twee bestanden moeten gelijktijdig worden geüpload: een in Word en een PowerPoint. 

Bianca en Renate mogen hun tweede bestand naar mij mailen. 

Slide 2 - Tekstslide

2. OPHALEN
De zinsdelen van een zin vind je als volgt:  
   
1. Zet de zin in een andere tijd. Dat wat verandert, is een werkwoord/de pv.
2. Zet streepjes (in je hoofd) meteen voor en na de persoonsvorm (pv). 
3. Je laat nu de persoonsvorm op dezelfde plek staan. 
    a) Dat wat ervóór staat, is al een zinsdeel. Dat krijg je gratis.  
    b) Wat kan er nog meer vóór? Dat is dan ook een zinsdeel. 

Het moeten nog wel goede Nederlandse zinnen zijn! 
    

Slide 3 - Tekstslide

ONDERWERP
De persoonsvorm is een werkwoord dat het onderwerp 'laat werken'.  

Kijk maar: 'Emy | heeft | een feestje.' 
►Wat is de persoonsvorm? 


Stel de vraag 'wie of wat' aan de persoonsvorm
Het antwoord is het onderwerp. 


Slide 4 - Tekstslide

3. QUIZZZ!
Eén zin, drie vragen! 

Slide 5 - Tekstslide

Wat zijn de juiste zinsdelen ook alweer?

'Mijn tante is vandaag jarig'
A
Mijn| tante |is | vandaag jarig
B
Mijn tante | is | vandaag jarig
C
Mijn tante |is| vandaag | jarig

Slide 6 - Quizvraag

Wat is de persoonsvorm?

'Mijn tante | is | vandaag | jarig'
A
Mijn tante
B
is
C
vandaag
D
jarig

Slide 7 - Quizvraag

En wat is het onderwerp?

'Mijn tante | is | vandaag | jarig'
A
Mijn tante
B
is
C
vandaag
D
jarig

Slide 8 - Quizvraag

4. HET SCHRIJFDOSSIER
Maak een Word-bestand aan met een voorblad 'Schrijfdossier'. Noem het bestand: Schrijfdossier 2023-2024 [jouw voor- en achternaam]

Volg de richtlijnen in het Schrijfdossier en maak de opdrachten. 
Kopieer en plak die vervolgens in jouw Schrijfdossier. 

Je maakt het Schrijfdossier naar voorbeeld van de StartUp, dus met voorblad, automatische inhoudsopgave, inleiding, kern (de opdrachten) en slot (de reflectie). Vergeet ook niet de Pagina-eindes en de paginanummering. 
 


Slide 9 - Tekstslide

OVERZICHT
dinsdag 13 februari: de sollicitatiebrief via e-mail
dinsdag 27 februari: het persbericht
dinsdag 05 maart: een onderzoeksartikel
dinsdag 12 maart: het formulier en een begeleidende e-mail
dinsdag 19 maart: het betoog
dinsdag 26 maart: de reflectie
► dinsdag 2 april: je controleert jouw verslag met behulp van opdracht 8, daarna lever je jouw Schrijfdossier via CumLaude in. 

Deadline dinsdag 2 april, 22:00 uur. Pas op: dit is een serieuze deadline. Een echte. 


Slide 10 - Tekstslide

DE SOLLICITATIEBRIEF
Pas de theorie van Bouwsteen 3 toe: 

In de inleiding stel je jezelf voor en schrijf je waar je de vacature hebt gezien.
Je schrijft dat je de vacature heel leuk vindt. 

In de kern schrijf je waarom jij voor de functie in aanmerking komt. 
Maak gebruik van alinea's! 

In het slot maak je gebruik van een passende afsluiting naar de taalconventies van de sollicitatiebrief. 









Slide 11 - Tekstslide

DE SOLLICITATIEBRIEF
In jouw sollicitatiebrief overtuig je de lezer dat je geschikt bent voor de baan. 
Tekstdoel: je wilt uitgenodigd worden voor een gesprek. 

  • je schrijft in formele taal (netjes)
  • het is een zakelijke brief en die heeft een eigen indeling 
  • maximaal 3/4 A4 - zo houd je wat over voor het gesprek

Belangrijk:
- de taalconventies van een sollicitatiebrief
- de volgorde, in alinea's

Slide 12 - Tekstslide

voorbereiding
  • welke informatie kan je vinden over het bedrijf? 

  • staat er een contactpersoon in de vacaturetekst? Die naam gebruik je in je aanhef. 

  • kan je bellen voor meer informatie? Alleen bellen als je ook echt een vraag hebt!


Slide 13 - Tekstslide

DE START
► in een e-mail gebruik je de onderwerpsregel om aan te geven wat het onderwerp is.  

[aan]
[van]
Sollicitatie naar de functie van .... → géén punt of komma

Geachte heer, mevrouw, 








Slide 14 - Tekstslide

►In een brief zet je het onderwerp bij de 'betreft-regel'.

NAW-gegevens afzender (jij - de zender)

NAW-gegevens doelgroep (die ander - de ontvanger)


Zwolle, 9 februari 2024 → géén punt of komma, wel de datum uitschrijven


Betreft: sollicitatie naar de functie van .... → géén punt of komma







Slide 15 - Tekstslide

DE AANHEF
Geachte heer/mevrouw,    → hierachter moet een komma

Allemaal prima: 
Beste mevrouw Deutz,
Beste meneer Van Pijkeren, 
Geachte heer Van der Molen, 
Geachte heer, mevrouw,
Geachte mevrouw De Bruyckere, 

Controleer altijd de vacature, misschien staat er een contactpersoon vermeld.




Slide 16 - Tekstslide

DE INLEIDING
  • Stel jezelf voor:

Mijn naam is X X en ik ben X jaar. Ik volg de opleiding Dierverzorging aan het Zone.college in Zwolle. 


► je schrijft de functie met kleine letter: dierverzorger (daar zijn er meer van)
► je volgt een opleiding met de titel Dierverzorging (daar is er maar eentje van)
► hoe schrijft de organisatie haar eigen naam? Jatten!

Slide 17 - Tekstslide

NOG MEER INLEIDING
  • Je schrijft waar je de vacature hebt gezien:
Ik zag uw vacature in [naam blad]. 
Ik werd geattendeerd op jullie vacature door [Voornaam, Achternaam]
Via Indeed zag ik uw vacature.  

  • Je schrijft waarom jij solliciteert:
Deze vacature sprak mij meteen aan, omdat ...
Ik werd meteen enthousiast van de vacature, want ... 

►Houd de zinnen kort, maar geen 'telegramstijl'. 

Slide 18 - Tekstslide

TWEEDE ALINEA: de kern
►Lees de vacaturetekst nog een keer door. Welke karaktereigenschappen moet je hebben? Laat die woorden terugkomen. Je zet dit in een nieuwe alinea. Het is immers een deelonderwerp van het hoofdonderwerp 'sollicitatie'.  

Ik kan goed zelfstandig werken en ook in teamverband.
  
Vragen ze nog meer karaktereigenschappen/werkeigenschappen? Die kunnen allemaal bij elkaar in deze alinea.

Slide 19 - Tekstslide

DERDE ALINEA: de kern
►Lees de vacaturetekst nog een keer door. Wat zijn 'harde' eisen? Die moeten apart in een alinea, want het is een nieuw (deel)onderwerp. 

Hoeveel uren willen ze dat je gaat werken?
De gevraagde X uren per week zijn voor mij goed haalbaar en eventueel kan ik in het weekend werken. 
  
Welke dagen willen ze dat je werkt? Moet je in het bezit zijn van rijbewijs B? Moet je een auto hebben? Welke diploma's vragen ze? Hoeveel ervaring moet je hebben? ► voor deze vacature mag je van alles verzinnen! 


Slide 20 - Tekstslide

SLOTALINEA en SLOTZIN
  • Je breit er een eind aan: je geeft de laatste informatie en sluit af met jouw naam. 

Tot slot heb ik ook mijn cv toegevoegd. Bij vragen of interesse kunt u mij zowel telefonisch als via e-mail bereiken. 

  • De slotzin is ook weer een alinea: je stuurt aan op een uitnodiging voor gesprek. 

Mijn motivatie licht ik met plezier toe in een gesprek. 
  




Slide 21 - Tekstslide

AFSLUITING
Met vriendelijke groet,  → hier een komma aan het eind

Voornaam Achternaam  → hierachter niets



Bijlage: cv       → hierachter geen interpunctie


  




Slide 22 - Tekstslide

spellingtips e.d.
  • curriculum vitae of levensloop: afkorten met kleine letter: cv.

  • geen hobby's of opleidingen in jouw brief, die staan al in jouw cv.

  • schrijf je [u] in de brief, switch dan niet naar [jullie]. Kies één van de twee.

  • hun is NOOIT onderwerp. Je begint een zin dus nooit met [hun].

Slide 23 - Tekstslide

spellingtips e.d.
  • schrijf actief, dus in de tegenwoordige tijd - één werkwoord per zin. 

  • interpunctie. Waar komt een komma? Lees je tekst altijd na. Heb je alle hoofdletters? Punten?  

  • schrijf in de alinea de zinnen achter elkaar door! 

  • gebruik geen afko's, maar schrijf ze in het middenstuk volledig (uit).

Slide 24 - Tekstslide

de vacature
Dierverzorgers: in jouw e-mail van school staat de vacature die je kunt gebruiken. Het staat ook op de volgende slide. 

De vacature van Sytskes bloembinderij is inmiddels verlopen...

→ Geeft niets, gewoon reageren op de vacature. Je mag ervaring verzinnen! 
 

Slide 25 - Tekstslide

Slide 26 - Link

5. VOLGENDE WEEK
... krijg je les over het persbericht en ga je deze ook schrijven.  

Lees alvast de derde opdracht door, die vind je in het Schrijfdossier.  

Slide 27 - Tekstslide

4. INFORMATIE OVER DE NULMETING
Voorbeeld:  Bouwsteen 5 is grijs bij jou. 
Dan kan je drie dingen doen: 

1. zelfstandig in het voren werken aan een blauwe Bouwsteen.
2. aan Nederlands werken tijdens Nederlands.
3. je bent vrij van Nederlands voor de duur van de Bouwsteen die bij jou grijs is. 


Slide 28 - Tekstslide

5. OVERZICHT
De komende weken gaan we bezig met de opdrachten uit het Schrijfdossier (zie de volgende slide voor een overzicht)

Daarna gaan we klassikaal verder met Bouwsteen 04, daarna Bouwsteen 05, enz. 
We doen drie lesuren over één Bouwsteen. Het vierde lesuur heb je de Bouwsteentoets over die Bouwsteen. 

Eén Bouwsteen duurt dus twee lesweken. 

Slide 29 - Tekstslide

Na het Schrijfdossier
Bouwsteen 04. dinsdag 9 + 16 april ►Samenhang (signaalwoorden)
- dinsdag 16 april het 2e lesuur Nederlands bouwsteentoets 04.

Bouwsteen 05. dinsdag 23 april + 7 mei ►Hoofd- en bijzaken
- dinsdag 7 mei het 2e lesuur Nederlands bouwsteentoets 05.
Wie hoeven deze bouwsteen niet te doen: Chaya, Liselotte, Else, Wendely, Fenna, Daniel en Merel.
► Weet je al wat je gaat doen? Mail mij jouw besluit!

Slide 30 - Tekstslide

Bouwsteen 06. dinsdag 14 + 21 mei ► Informatie en meningen
- dinsdag 21 mei het 2e lesuur Nederlands bouwsteentoets 06. 
Wie hoeven deze bouwsteen niet te doen:
Chaya, Else, Tessa, Wendely, Fenna, Daniel, Herma en Merel.

Bouwsteen 07. dinsdag 28 mei + 4 juni ► Evalueren
- dinsdag 4 juni het 2e lesuur Nederlands bouwsteentoets 07.

Slide 31 - Tekstslide

Bouwsteen 08.  dinsdag 11 + dinsdag 18 juni ► Samenvatten
- dinsdag 18 juni het 2e lesuur Nederlands bouwsteentoets 08.

Eindtoets Bouwstenen.  dinsdag 25 juni
- het eerste lesuur herhaling (de hoogtepunten) van alle bouwstenen
- dinsdag 25 juni het tweede lesuur Nederlands de eindtoets.

Vier lesuren in totaal over: dinsdag 2 juli en 9 juli.  
In deze lesuren kan je bouwsteentoetsen inhalen. 

Slide 32 - Tekstslide