4.2 Weerstand

4.2 - Weerstand
Nodig: schrift, rekenmachine, laptop en boek(je)
1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide
NatuurkundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

In deze les zitten 13 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

4.2 - Weerstand
Nodig: schrift, rekenmachine, laptop en boek(je)

Slide 1 - Tekstslide

Lesdoelen voor vandaag
-Je kent de symbolen en begrippen die horen bij de wet van Ohm
-Je weet hoe de wet van Ohm luidt en hoe deze toegepast moet worden door middel van oefeningen
- Je kan het verschil uitleggen tussen een ohmse en niet-ohmse weerstand.

Slide 2 - Tekstslide

Formule capaciteit
C = I x t


C = Capaciteit in (Ah)
 I = stroomsterkte in ampère (A)
 t = tijd in UUR!

Een accu met een capaciteit van 5 Ah kan een uur lang 5 A aan stroom leveren

Slide 3 - Tekstslide

PHET APPLET WEERSTAND

Ga naar tinyurl.com/nasknask

-Spanning, stroomsterkte en weerstand 
-Kortsluiting binnen een schakeling
-Wat gebeurt er met stroom als weerstand toeneemt?
-Weerstand variëren 


Slide 4 - Tekstslide

Een manier om het te zien....

Slide 5 - Tekstslide

Aantekening 4.2 
Weerstand betekent dat je iets ''tegenhoudt''.
Hoe groter de weerstand -> Hoe kleiner de stroomsterkte
Hoe kleiner de weerstand -> Hoe groter de stroomsterkte

Weerstand korten we af met de letter R en heeft de eenheid Ohm (Ω).
Grootheid
Symbool
Eenheid
Symbool
Weerstand
R
Ohm
Ω

Slide 6 - Tekstslide

Berekenen weerstand
Wet van Ohm geeft het verband tussen spanning, weerstand en stroomsterkte

U = spanning in volt (V)
 I = stroomsterkte in ampère (A) 
 R = weerstand in ohm (Ω)


Slide 7 - Tekstslide

Oefenen
Een magnetron wordt aangesloten op het stopcontact. Wanneer de magnetron aan staat loop er een stroom van 4200 mA doorheen. Bereken de weerstand van de magnetron. Rond af op 1 decimaal.

Slide 8 - Tekstslide

Vraag 2
Je telefoon heeft een vermogen van 0,48 W. De batterij geeft een spanning van 4,0 V. Bereken de weerstand van je telefoon. Rond af op 1 decimaal

Slide 9 - Tekstslide

Formules combineren
en





I=UP
P=UI
R=IU
R=(UP)U=PU2

Slide 10 - Tekstslide

Ohmse weerstand

Slide 11 - Tekstslide

Ga nu zelf aan de slag
Wat? Maak opdrachten: 14, 18 t/m 23 + 25
Hoe? Samen binnen je groepje
Hoe lang? ongeveer 10 minuten
Klaar? Lees 4.3

Slide 12 - Tekstslide

Lesdoelen behaald?
-De leerling heeft de voorkennis van de afgelopen les opgehaald
-De leerling kent de symbolen en begrippen die horen bij de wet van Ohm
-De leerling weet hoe de wet van Ohm luidt en hoe deze toegepast moet worden door middel van oefeningen

Slide 13 - Tekstslide