Tekststructuur - noteer de belangrijkste zaken die horen bij de inleiding-kern en slot
(in stilte - 6 min)
Slide 2 - Tekstslide
DELEN- deel wat je hebt opgeschreven met je klasgenoot.
Vul aan waar je nog dingen gemist hebt.
Slide 3 - Tekstslide
Alinea's
Zinnen die bij elkaar horen
Kernzin - belangrijkste informatie
Eigen functie - zie voorbeeld volgende dia.
Logische volgorde
Voorbeeld toets: schrijf de kernzin op van alinea 6. --> welke kennis heb je dan nodig?
Slide 4 - Tekstslide
Slide 5 - Tekstslide
Functiewoorden
6 min om met behulp van het boek + internet uit te zoeken wat functiewoorden zijn. Je moet het kunnen uitleggen aan de hand van een voorbeeld.
Slide 6 - Tekstslide
Functiewoorden
Functie van een alinea of tekstdeel (meerdere alinea's of deel van een alinea).
Je leest een zin - sommige woorden vertellen je wat je kunt verwachten van de alinea of tekstdeel -
- soms moet je goed lezen om zelf de functie van de alinea te bepalen - kijk mee naar alinea 1 van MOET JE NIEZEN? NIET TEGENHOUDEN
Slide 7 - Tekstslide
FUNCTIE?
Voel je een niesbui opkomen? Wat je ook doet, probeer die niet tegen te houden door je neus of mond dicht te houden. Dokters geven dit advies naar aanleiding van een 34-jarige Britse man die een gat in zijn keel kreeg door niet te zien.
Geen functiewoord = zelf bepalen = welke kennis heb je nodig om dit te kunnen?
Slide 8 - Tekstslide
Opdracht
Noteer achter elk woord een voorbeeld of uitleg zodat je de betekenis kent van het woord.
We zijn hier direct bezig met leren voor de toets.