De onderbouw onderbouwt. Les 3 (hoe ziet een betoog eruit?)

De onderbouw onderbouwt (les 3)
1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

De onderbouw onderbouwt (les 3)

Slide 1 - Tekstslide

Planning
  • Voorkennis vorige week herhalen (betrouwbaarheid bronnen)
  • Opdracht 2
  • Schrijfoefening

Slide 2 - Tekstslide

Hoe kan je checken of een bron betrouwbaar is? (geef minimaal één voorbeeld)

Slide 3 - Open vraag

Slide 4 - Tekstslide

Tekst A

Onderwijsorganisaties: ‘geef geen schooladvies aan een kind in groep acht’

Slide 5 - Tekstslide

Wat is het standpunt van deze tekst?

Slide 6 - Open vraag

Wat zijn argumenten (uit de tekst) vóór dit standpunt?

Slide 7 - Open vraag

Wat zijn argumenten (uit de tekst) tegen dit standpunt?

Slide 8 - Open vraag

Opdracht 2 (tekst A)
a. Wat is het onderwerp van de tekst?
b. Voor wie is de tekst geschreven?
c. Wat is het doel van de tekst?
d. Waar vind je het standpunt waarover geschreven wordt? In de inleiding, het middenstuk of het slot? Noteer de mening/standpunt.
e. Hoeveel argumenten geeft de schrijver? Noteer de argumenten.
f. Noemt hij ook een tegenargument? Zo ja, wélke dan?
g. Wordt het tegenargument weerlegd?
h. Hoe rondt de schrijver de tekst af? (Conclusie, samenvatting, mening of is er geen slot?)
i. Wat is de bron? Is deze betrouwbaar? Leg uit.

Slide 9 - Tekstslide

Tekst B


Het is niet vreemd dat zo veel studenten een burn-out krijgen

Slide 10 - Tekstslide

Wat is het standpunt van deze tekst?

Slide 11 - Open vraag

Wat zijn argumenten (uit de tekst) vóór dit standpunt?

Slide 12 - Open vraag

Wat zijn argumenten (uit de tekst) tegen dit standpunt?

Slide 13 - Open vraag

Opdracht 2 (tekst B)
a. Wat is het onderwerp van de tekst?
b. Voor wie is de tekst geschreven?
c. Wat is het doel van de tekst?
d. Waar vind je het standpunt waarover geschreven wordt? In de inleiding, het middenstuk of het slot? Noteer de mening/standpunt.
e. Hoeveel argumenten geeft de schrijver? Noteer de argumenten.
f. Noemt hij ook een tegenargument? Zo ja, wélke dan?
g. Wordt het tegenargument weerlegd?
h. Hoe rondt de schrijver de tekst af? (Conclusie, samenvatting, mening of is er geen slot?)
i. Wat is de bron? Is deze betrouwbaar? Leg uit.

Slide 14 - Tekstslide

Tekst C


Recensie 'Soul'
Een inspirerende hit van Pixar

Slide 15 - Tekstslide

Wat is het standpunt van deze tekst?

Slide 16 - Open vraag

Wat zijn argumenten (uit de tekst) vóór dit standpunt?

Slide 17 - Open vraag

Wat zijn argumenten (uit de tekst) tegen dit standpunt?

Slide 18 - Open vraag

Opdracht 2 (tekst C)
a. Wat is het onderwerp van de tekst?
b. Voor wie is de tekst geschreven?
c. Wat is het doel van de tekst?
d. Waar vind je het standpunt waarover geschreven wordt? In de inleiding, het middenstuk of het slot? Noteer de mening/standpunt.
e. Hoeveel argumenten geeft de schrijver? Noteer de argumenten.
f. Noemt hij ook een tegenargument? Zo ja, wélke dan?
g. Wordt het tegenargument weerlegd?
h. Hoe rondt de schrijver de tekst af? (Conclusie, samenvatting, mening of is er geen slot?)
i. Wat is de bron? Is deze betrouwbaar? Leg uit.

Slide 19 - Tekstslide

Schrijfoefening
  • Kies uit één van de twee onderwerpen (komt straks in beeld)
  • Ga associëren -> wat past bij het eerste woord? En wat bij het tweede? En wat bij het derde? (De woorden hoeven niet bij het woord daarvoor te passen). Bedenk minimaal 5 woorden

Slide 20 - Tekstslide

Schrijfoefening
  • Kies uit één van de twee onderwerpen (komt straks in beeld)
  • Ga associëren -> wat past bij het eerste woord? En wat bij het tweede? En wat bij het derde? (De woorden hoeven niet bij het woord daarvoor te passen). Bedenk minimaal 5 woorden
Onderwerp 2:
boek
Onderwerp 1:
klaslokaal

Slide 21 - Tekstslide

Schrijfoefening
  • Maak van de woorden je opgeschreven hebt een tekst.
  • Bijvoorbeeld een verhaaltje, een informatieve tekst, een gedichtje... wat je wilt!
Onderwerp 2:
boek
Onderwerp 1:
klaslokaal

Slide 22 - Tekstslide

Afsluiten
Fijn weekend en tot volgende week!

Slide 23 - Tekstslide