iets aan de hand. Maar roepen dat we ten onder gaan aan burn-out klopt niet.’
[5] Onze aandacht voor een burn-out-epidemie heeft misschien ook een zichzelf versterkend effect. Schaufeli: ‘Mensen met wie het niet goed gaat, die ontevreden zijn op hun werk en die zich gestrest voelen, hebben nerveuze klachten. Ze horen een label en plakken dat op. Daarmee is het maar de vraag of het een burn-out is.’
[6] Voordat we nu denken dat burn-out ingebeeld is: burn-out bestaat wel degelijk, benadrukt Schaufeli. Het is een verzameling klachten, een syndroom, zo je wilt. De kern van een burn-out is vermoeidheid. ‘Mensen zijn zo ongelooflijk moe dat ze ’s morgens al moe opstaan. Mensen krijgen een aversie tegen werk. Ze zijn ook vaak cynisch, niet meer betrokken of enthousiast.' Door die uitputting raken aandacht en concentratie verstoord.
[7] Dan is er natuurlijk de vraag: heeft Nederland meer of minder burn-out dan in andere landen? Gemiddeld tien procent van de Europese werknemers voelt zich aan het einde
van de werkdag geregeld uitgeput. In Nederland is dat percentage beduidend lager: 6,4 procent, vergelijkbaar met Denemarken. Slovenië, sinds 2004 lid van de EU, scoort slecht (20,6 procent). In Turkije, geen lid van de EU, maar wel dichtbij Europa, zijn ook veel werknemers uitgeput: 25 procent!
[8] Toch denken we in Nederland dat we ten onder dreigen te gaan aan burn-out. Hoe kan dat? Misschien heeft ons idee over burn-out juist te maken met onze welvaart en onze goed ingerichte samenleving, zegt Schaufeli. ‘Nederland is rijk, er is weinig corruptie, een sterke democratie, er is veel gelijkheid tussen man en vrouw. Juist omdat het zo goed gaat, vallen dingen op die minder goed gaan.’
[9] Volgens Schaufeli moeten we met een burn-out leren leven. Want een dynamische wereld betekent nu eenmaal een aanslag op onze energie. Maar, denkt de psycholoog, met gezamenlijke inspanningen kunnen we het probleem wel beheersen. Op persoonlijk niveau bijvoorbeeld door je grenzen aan te geven, en op bedrijfsniveau door te zorgen voor een goed sociaal klimaat.