blok 3, mv opdr 123 (rvl)

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo
• Leerjaar 3

Grammatica - Blok 3 

Lesdoelen

Aan het einde van de les, heb je het ontleden nog eens herhaald tm meewerkend voorwerp. 

Persoonsvorm

De persoonsvorm is altijd een werkwoord. 

Een werkwoord geeft aan wat er wordt gedaan. 

Bijvoorbeeld: lopen, fietsen of lezen.

Er zijn 3 manieren om de PV te vinden:

* De zin vragen maken

* De zin in een andere tijd zetten. 

* Het veranderen van het getal van de zin. 

Onderwerp

ONDERWERP 

• Je kunt het onderwerp in de zin vinden door eerst de persoonsvorm te vinden in de zin. 
• Als je de persoonsvorm gevonden hebt in de zin kun je de volgende vraag stellen:
• Wie/wat + persoonsvorm?

Lijdend voorwerp

Het antwoord op de vraag:

wie of wat + gezegde + onderwerp?

De politieagent bekeurt de hardrijder. 

Wij hebben gisteren nieuwe make-up gekocht bij de Etos.

hebben =

1. PV
2. WWG
3. OND
4. LV

Wij hebben gisteren nieuwe make-up gekocht bij de Etos.

Wij

1. PV
2. WWG
3. OND
4. LV

Wij hebben gisteren nieuwe make-up gekocht bij de Etos.

hebben gekocht =

1. PV
2. WWG
3. OND
4. LV

Wij hebben gisteren nieuwe make-up gekocht bij de Etos.

nieuwe make-up=

1. PV
2. WWG
3. OND
4. LV

Meewerkend voorwerp

Het antwoord op de vraag:

aan/voor wie + gezegde + onderwerp + lijdend voorwerp?

Wij hebben gisteren nieuwe make-up gekocht voor Janske. 

De postbode geeft mijn oma een brief.

huiswerk

Maak opdracht 1-2-3 

blz 136/137