WEBB H32 Regels voor de activa en passiva deel 1

H32 Regels voor de activa en de passiva

32.1 Waarderingsgrondslagen
32.2 Vaste activa
1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
BedrijfseconomieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

H32 Regels voor de activa en de passiva

32.1 Waarderingsgrondslagen
32.2 Vaste activa

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen
  • Je kunt de methode omschrijven waarop activa in een onderneming gewaardeerd kunnen worden.

Slide 2 - Tekstslide

Waarderingsgrondslagen
De waarderingsgrondslag: de wijze waarop activa in de externe balans worden gewaardeerd. 
  • Toegestaan voor de vlottende activa is de verkrijgingprijs: de inkoopprijs plus bijkomende kosten: het werkelijk betaalde bedrag → historische aanschafprijs. 
  • Voor de vaste activa is de actuele waarde de andere toegestane waarderingsgrondslag. De actuele waarde is de waarde op het waarderingsmoment →  herwaardering

Slide 3 - Tekstslide

Waarderingsgrondslagen 
Op welke manier is de waarde van activa op de balans vastgesteld? 
  • Verkrijgingsprijs (= inkoopprijs + bijkomende kosten) 
  • Vervaardigingsprijs (= kosten bij productie) 
  • Actuele waarde (= herwaardering) 

Slide 4 - Tekstslide

Opgave 32.2

Slide 5 - Tekstslide


Slide 6 - Open vraag

Herwaardering vaste activa
Waarde van een vast actief op de balans wordt aangepast naar actuele waarde. 


Slide 7 - Tekstslide

Herwaardering vaste activa
Waarde van een vast actief op de balans wordt aangepast naar actuele waarde. 




Zowel balanspost machines als herwaarderingsreserve stijgen met €25.000 
Maar wat nu als waarde daalt? 


Slide 8 - Tekstslide

Opgave 32.3

Slide 9 - Tekstslide


Slide 10 - Open vraag

Leerdoelen
  • Je kunt de vaste activa onderscheiden in immateriële vaste activa, materiele vaste activa en financiële vaste activa.
  • Van elke categorie vaste activa voorbeelden noemen.

Slide 11 - Tekstslide

Vaste activa

Slide 12 - Tekstslide

Immateriële vaste activa
  • Niet-tastbare vaste activa van de onderneming die wel waarde vertegenwoordigen
  • Afschrijven gedurende gebruiksperiode of opgegeven afschrijvingstermijn

Slide 13 - Tekstslide

Soorten immateriële vaste activa
  • Research en development 
  • Vergunning / Concessie  (verschil?)
  • Licentie 
  • Goodwill (wat is het en hoe bereken je de hoogte?) 

Slide 14 - Tekstslide

Goodwill
Goodwill = overnamesom onderneming - eigen vermogen 

  • Waarom wordt er vaak goodwill betaalt bij overnames? 
  • Afschrijven op goodwill alleen toegestaan bij overname door een derde.

Slide 15 - Tekstslide

Immateriële vaste activa
Activa die je niet kunt zien of aanraken maar wel een waarde hebben. 

  • R&D: kosten van onderzoek en ontwikkeling
  • concessie: recht om iets te exploiteren (gasveld, 4G-netwerk)
  • vergunning: recht plaatsing verkoopkraam
  • licentie: recht om een door een ander bedrijf ontwikkelde toepassing of product te gebruiken en exploiteren.
  • goodwill: overnameprijs van een onderneming - eigen vermogen (vergoeding voor de goede reputatie van de onderneming)

Slide 16 - Tekstslide

Opgave 32.5

Slide 17 - Tekstslide


Slide 18 - Open vraag

Materiële vaste activa
  • Gebouwen
  • Installaties
  • Machines
  • Auto's 
  • Inventaris 

Slide 19 - Tekstslide


Slide 20 - Open vraag

Financiële vaste activa
  • Verschil deelneming en effecten
  • deelneming: duurzame investering met als doel bijdrage aan eigen onderneming 
  • effecten: indien belegging van overtollige liquiditeiten met als doel financieel gewin = rendement

Slide 21 - Tekstslide

Financiële vaste activa 
  • deelnemingen (> 50% zeggenschap= dochtermaatschappij, al vanaf 5% deelneming meldingsplicht ) 
  • vorderingen op groepsmaatschappijen 
  • effecten (als belegging langer dan een jaar)


Slide 22 - Tekstslide

Deelnemingen of effecten?

Slide 23 - Tekstslide

Aan de slag!
Maken t/m 32.7

Slide 24 - Tekstslide