uitleggen hoe paleontologen de ouderdom van fossielen bepalen.
Slide 2 - Tekstslide
Fossielen
In oude aardlagen worden fossielen gevonden. Fossielen ontstaan door remming afbraak door micro-organismen
Verstening – bedekking door zand of slik (zachte delen vergaan, onder grote druk worden de harde delen versteend)
Verdroging – in woestijnen
Kou
Slide 3 - Tekstslide
Slide 4 - Tekstslide
Onderzoek
Uit fossielen kunnen onderzoekers allerlei informatie halen over het uitgestorven dier:
Hoe zag het skelet er uit (-> hoe bewoog het dier zich voort)
Uiterlijk (veren/ huid/ schubben)
Welke kleur hadden de veren? (microscoop)
Slide 5 - Tekstslide
Dateren van fossielen
Gidsfossielen – relatieve leeftijd
C-14 methode - absolute leeftijd
Slide 6 - Tekstslide
Gidsfossielen
Van gidsfossielen is bekend uit welke
periode ze komen.
Bijvoorbeeld Trilobieten leefden 521 tot
250 miljoen jaar geleden. Verschillende
soorten in verschillente periodes. Kom
je die in een aardlaag tegen?
-> relatieve ouderdomsbepaling.
Slide 7 - Tekstslide
C-14 methode/ koolstofdatering
Bepalen van de absolute ouderdom van fossielen aan de hand van isotopen.
Isotopen: chemische elementen die zich chemisch hetzelfde gedragen maar met een verschillende atoommassa.
Slide 8 - Tekstslide
C-14 methode/ koolstofdatering
Koolstof kent uit 3 isotopen met de atoomgewichten 12, 13 en 14. C-12 en C-13 zijn stabiel, C-14 is niet stabiel (radioactief)
Slide 9 - Tekstslide
C-14 methode/ koolstofdatering
C-12, C-13 en C-14 komen in een vaste verhouding voor in de atmosfeer. Levende organismen bevatten C-12, C-13 en C-14 in diezelfde verhouding doordat koolstof steeds wordt vernieuwd.
In dode organismen verdwijnt C14 langzaam.
Slide 10 - Tekstslide
C-14 methode/ koolstofdatering
C14 verdwijnt doordat het
'vervalt' tot Stikstof.
Hierdoor verandert de
verhouding C14/C12.
Slide 11 - Tekstslide
C-14 methode/ koolstofdatering
Elke 5730 jaar is de helft van de C-14 vervallen tot stikstof (N). De halfwaardetijd is dus 5730 jaar.
Slide 12 - Tekstslide
Vraag
Een archeologe heeft een schedel van een sabeltandtijger gevonden waarvan zij de ouderdom wil weten. In het laboratorium meet ze dat de hoeveelheid C14 precies een kwart is van die van levende dieren.
Hoe oud is de schedel?
Slide 13 - Tekstslide
Lesdoel 10.1 Je kunt
beschrijven hoe fossielen ontstaan.
uitleggen hoe paleontologen de ouderdom van fossielen bepalen.