filmverslag 4 basis

filmverslag leerjaar 4
1 / 11
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 4

In deze les zitten 11 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 40 min

Onderdelen in deze les

filmverslag leerjaar 4

Slide 1 - Tekstslide

Lesdoelen
Na deze les: 
- Weet je wat je waaruit het filmverslag moet bestaan. 
- Weet je wanneer je het filmverslag moet inleveren. 

Slide 2 - Tekstslide

kaft
Op de kaft moet staan:
- titel van de film
- voornaam + achternaam 
- klas


Slide 3 - Tekstslide

Algemene informatie

- Titel
- Regisseur
- Jaar van verschijnen
- Genre (wat voor een soort film is het: een Sciences Fiction, detective, roman etc)

Slide 4 - Tekstslide

Titelbeschrijving
Waarom heet deze film 'Zwartboek'?

Leg in je eigen woorden uit waarom de regisseur voor deze titel van de film gekozen heeft.

Slide 5 - Tekstslide

gebeurtenissen
Beschrijf in 200-300 woorden waar de film over gaat. Je maakt dus een samenvatting van de film. Denk aan:
- De inleiding, het begin van de film.
- De kern, het middenstuk van de film.
- Het slot, hoe loopt het af.

Voor dit onderdeel mag je internet gebruiken, je moet alleen wel de stukjes tekst in eigen woorden herschrijven! Let op, niet meer dan 300 woorden.

Slide 6 - Tekstslide

personages
Wie is/zijn de hoofdpersoon/hoofdpersonen uit de film? 

Noem 1 hoofdrolspeler en 3 bijfiguren. Vertel hier ook iets over (man/vrouw, karakter, uiterlijk, leeftijd) 
Doe dit in een verhaaltje, niet met een opsomming.

Slide 7 - Tekstslide

tijd en ruimte
Wanneer speelt de film zich af? 
Is dat in de middeleeuwen, in het heden, toekomst of 100 jaar geleden?
 Geef ook aan waaraan je dat kunt zien in de film. 

Waar speelt de film zich af? Is dat op een school, op het strand, in een stad? 

Geef bij tijd én ruimte voorbeelden uit de film!

Slide 8 - Tekstslide

hoe is de film geschreven?
Vond je de film makkelijk of moeilijk te begrijpen? Geef ook een toelichting
. Gebruik argumenten
Zijn er scenes in de film die je liever zou overslaan? Geef hiervan een voorbeeld. Als er geen stukken in zitten die je liever zou overslaan, moet je dat ook uitleggen.  

Slide 9 - Tekstslide

jouw eigen mening
Het meest belangrijke van het filmverslag is jouw eigen mening. Als je een film hebt gezien, dan heb je daar een mening over. Je vindt de film bijvoorbeeld leuk, spannend, saai of misschien wel aangrijpend. De mening die jij over een film hebt, is jouw mening en dus altijd goed.
Maar let op! Je moet ook kunnen aangeven waarom jij een bepaalde mening hebt over de film. Deze mening moet je dus ook kunnen beargumenteren. Dit kun je doen door voorbeelden uit de film te gebruiken. Beschrijf dit in minimaal 10 zinnen.


Slide 10 - Tekstslide

en verder... 
- Je verslag moet uitgeprint zijn en in het mapje waar ook je boekverslagen in zitten. 
-lettergrootte 12, kopjes mogen 14 of dikgedrukt
- Inleveren vóór 1 maart. 

Slide 11 - Tekstslide